393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home
393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home
393 Deel II: het uiterlijk van Forum Hadriani “De ... - VU-DARE Home
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
hoofdwegen <strong>van</strong> 65 voet. Ook de omschrijving als “diepe zwarte grond” past bij <strong>het</strong> grondspoor <strong>van</strong><br />
<strong>het</strong> hoofdriool, mede omdat deze “blijft aaneengeschakeld voortloopen” tot de rand <strong>van</strong> de<br />
opgravingsput. 1912 Verder geeft Reuvens voor <strong>het</strong> spoor dieptematen <strong>van</strong> ongeveer een kwart meter<br />
boven NAP. 1913 Indien <strong>het</strong> wegdek hier ook zo’n 0,8 meter boven de bodem lag, zou <strong>het</strong> wegdek circa<br />
1,1 meter boven NAP hebben gelegen. Omdat <strong>het</strong> wegdek door de bolling waarschijnlijk een of een<br />
paar decimeter hoger was dan <strong>het</strong> aangrenzende loopniveau, sluit dat goed aan bij aanwijzingen dat<br />
<strong>het</strong> loopniveau in de aangrenzende insula V<strong>II</strong>I ongeveer een meter boven NAP lag. Het spoor is <strong>van</strong>af<br />
<strong>het</strong> kruispunt bezien te volgen tot aan de zuidelijke rand <strong>van</strong> de opgravingsput <strong>van</strong> Reuvens, circa<br />
twintig meter zuidelijker. Mogelijk lag de bodem <strong>van</strong> <strong>het</strong> riool bij <strong>het</strong> kruispunt nog iets hoger op<br />
bijvoorbeeld 0,3 meter boven NAP. Langs de andere hoofdweg was <strong>het</strong> verval dan 0,3 procent tot<br />
eerder genoemd stuk dat door Holwerda is opgegraven ter hoogte <strong>van</strong> <strong>het</strong> Huis met de Hoekporticus<br />
(huis <strong>II</strong>.1), circa honderd meter verderop, met daar de bodem op ongeveer NAP-niveau. Dat de bodem<br />
<strong>van</strong> <strong>het</strong> riool bij <strong>het</strong> centrale kruispunt <strong>van</strong> de twee hoofdwegen op ongeveer 0,3 meter boven NAP<br />
lag, verklaart dat daar<strong>van</strong> weinig is teruggevonden toen in 1988 een klein deel <strong>van</strong> <strong>het</strong> kruispunt werd<br />
opgegraven. Alleen in <strong>het</strong> hoogste vlak was vermoedelijk nog een klein stuk <strong>van</strong> <strong>het</strong> hoofdriool <strong>van</strong> de<br />
decumanus maximus zichtbaar. Bij <strong>het</strong> verdiepen resteerden alleen nog de diepere paalgaten <strong>van</strong> de<br />
wegconstructie.<br />
Nabij <strong>het</strong> centrale kruispunt zijn ook particuliere aansluitingen op <strong>het</strong> hoofdriool aangetroffen. De<br />
jurist Ulpianus beschrijft hoe dergelijke private riolen (cloacae privatae) uitkwamen op de publieke<br />
riolen (cloacae publicae). 1914 Van andere steden, waaronder Xanten, is bekend dat met name de<br />
rijkere huizen overeenkomstig de opmerkingen <strong>van</strong> Ulpianus inderdaad een private afvoer bezaten.<br />
Vaak waren <strong>het</strong> kleine rechthoekige kanalen waar<strong>van</strong> de bodem was bedekt met tegels of dakpannen.<br />
Hetzelfde materiaal werd ook vaak aan de bovenkant <strong>van</strong> kanalen gebruikt. Ook kwamen houten<br />
constructies voor. 1915 Van een stenen afvoerkanaal is in Voorburg een restant aangetroffen in <strong>het</strong> Huis<br />
met de Kelders (V<strong>II</strong>I.1) (afb. 12.7). Karakteristiek zijn de dakpannen op de bodem die duidelijk maken<br />
dat de afvoer ongeveer twee decimeter breed was. Het is een constructie die in veel plaatsen<br />
voorkomt, bijvoorbeeld in Xanten en Heerlen. 1916 In Valkenburg had een dergelijke goot een vrij groot<br />
verval <strong>van</strong> zo’n twee procent, wellicht om te voorkomen dat viezigheid <strong>van</strong> buiten in huis zou<br />
stromen. 1917 Het Voorburgse riool had volgens Reuvens “een helling naar <strong>het</strong> noorden”, dat is in de<br />
richting <strong>van</strong> de hoofdweg (decumanus maximus). 1918 De waterpassingen geven aan dat <strong>het</strong> “gootje”<br />
ongeveer een meter boven NAP lag. Dat past bij de tekening waar <strong>het</strong> gootje maar net onder de vloer<br />
ligt (afb. 12.7). 1919 Het hoofdriool lag iets minder dan tien meter verderop zodat bij 2 procent verval de<br />
particuliere goot op ongeveer 0,8 meter boven NAP in <strong>het</strong> hoofdriool uitkwam. Deze plek lag ongeveer<br />
tien meter ten zuiden <strong>van</strong> <strong>het</strong> kruispunt. Indien bij <strong>het</strong> kruispunt zoals hierboven aangegeven de<br />
rioolbodem op ongeveer 0,3 meter boven NAP lag, bevond de bodem zich bij een verval <strong>van</strong> 0,3<br />
procent hier niet veel lager. De particuliere afvoer bevond zich dus ongeveer een halve meter boven<br />
de bodem <strong>van</strong> <strong>het</strong> hoofdriool. Zo’n hoge aansluiting is ook bekend uit andere Romeinse steden. 1920<br />
Met zo’n hoge inlaat werd voorkomen dat de inhoud <strong>van</strong> een bijvoorbeeld bij hevige regen goed<br />
gevuld hoofdriool zou terugstromen in de huizen. Bij <strong>het</strong> nabijgelegen huis V<strong>II</strong>I.3 of V<strong>II</strong>I.4 duidt een<br />
spoor eveneens op een privé-aansluiting op <strong>het</strong> hoofdriool <strong>van</strong> de cardo maximus. Omdat Reuvens hier<br />
alleen een grondspoor gevonden lijkt te hebben, gaat <strong>het</strong> vermoedelijk om een houten afvoer. Verder<br />
heeft in de cardo 1 <strong>het</strong> middenriool zoals gezegd mogelijk te maken met een private afvoer <strong>van</strong> de<br />
stadsvilla.<br />
De afvoerrichting <strong>van</strong> <strong>het</strong> hoofdriool in de cardo decumanus in de richting <strong>van</strong> de Vliet maakt <strong>het</strong><br />
goed mogelijk dat dit riool uitkwam in <strong>het</strong> noordelijke uiteinde <strong>van</strong> de insteekhaven (afb. 15.20). Die<br />
afvoerrichting komt overeen met de vermoedelijke particuliere afvoer die <strong>van</strong>uit <strong>het</strong> Huis met de<br />
bronzen Munten (huis V<strong>II</strong>I.3) of <strong>het</strong> Huis met de Porfierschildering (huis V<strong>II</strong>I.4) op dit hoofdriool loosde<br />
en schuin in zuidelijke richting liep. Bij die richting was de kans <strong>het</strong> kleinst dat de inhoud <strong>van</strong> <strong>het</strong><br />
hoofdriool <strong>het</strong> particuliere riool binnendrong. Het was vrij gewoon om rioolwater in open water te lozen.<br />
Dat was bijvoorbeeld <strong>het</strong> geval in Xanten, Keulen, Londen en Rome. 1921 De arts Galenus en de dichter<br />
Juvenalis waarschuwen daarom voor de consumptie <strong>van</strong> vis uit dergelijk water. Om dezelfde reden<br />
1912 Reuvens veldboekje 13 december 1828.<br />
1913 Kaart RA 30. c.10 en grote kaart: tussen de 185 en 189 centimeter beneden <strong>het</strong> nulpunt op 2,12 m - NAP.<br />
1914<br />
Digesta 43.23.1.3.<br />
1915<br />
Grote 1995,283, Abb. 17; Jansen 2002b,161; Ditmar-Trauth 1995,106.<br />
1916<br />
Afb. RMO RA 30.e.18; Rieche en Heimberg 1998,61 (Xanten); Waslander 1994,36 (Heerlen).<br />
1917<br />
Glasbergen 1967,40.<br />
1918<br />
Reuvens Dagboek <strong>II</strong>,237 (vertrek <strong>II</strong>).<br />
1919<br />
Afgemeten aan tekening wat waterpassingen RA 30 c. 36 met “waterpassing der waterloopen en gooten”.<br />
1920 Bijvoorbeeld Ostia: Jansen 2002b,161.<br />
1921 Zie bijvoorbeeld de lozing op de haven in Londen: Milne 1985,131 afb. 75; Brigham 1990,112 fig. 6.1- 6.3.<br />
630