Rapport final de l'étude: Remèdes juridico-institutionnels pour une ...

de conceptie en de exploitatie van een toekomstig voorstadsnet). Vooral betreffende de
conceptie en de exploitatie van het autowegennet rond Brussel wordt het gebrek aan overleg
aangehaald.
De Commissie stelt voor om het overleg bedoeld in artikel 6,§3 bis, 3° van de Bijzonder Wet
Hervorming Instellingen uit te breiden tot alle vervoersmodi en het overleg en de
samenwerking tussen alle overheden en alle betrokken gezagsniveaus te bevorderen teneinde
een doeltreffend mobiliteitsbeleid te ontwikkelen.
Krachtens 92bis, § 2 sluiten de gewesten in ieder geval een samenwerkingsakkoord voor de
regeling van de aangelegenheden die betrekking hebben op de diensten voor het
gemeenschappelijk stads- en streekvervoer en taxidiensten die zich uitstrekken over meer dan
één gewest.
Daarnaast moeten de federale overheid en gewesten eveneens een samenwerkingsakkoord
sluiten in verband met het onderhoud en de exploitatie van de ontwikkeling van de
telecommunicatie en telecontrolenetwerken die in verband met het verkeer en de veiligheid de
grenzen van een gewest overschrijden.
Het niet naleven van het door het artikel 6, § 3bis, Bijzonder Wet Hervorming Instellingen
voorgeschreven overleg is een grond van vernietiging, zowel van wetgevende normen 44 als van
administratieve besluiten en verordeningen. In het laatste geval kan de niet naleving enkel door
de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of de gemeenschappelijke
gemeenschapscommissie worden ingeroepen 45 . De gewone Hoven en Rechtbanken kunnen
krachtens artikel 159 van de grondwet wat hen betreft de overheidsakten buiten toepassing laten
wanneer het voorgeschreven overleg niet werd nageleefd. De exceptie van een wettigheid
wegens niet naleving van de betrokkenheid kan in dit geval door éénieder worden ingeroepen 46 .
De reglementering van de toegang tot het beroep van ondernemer van personen- of
goederenvervoer blijft een federale bevoegdheid 47 .
In uitvoering van een beslissing van het overlegcomité, regering- executieven van 9 mei 1989,
wordt het overleg tussen de federale overheid en de gewesten inzake verkeer en vervoer,
gehouden in de schoot van de Interministerièle Conferentie voor Mobiliteit, Infrastructuur en
Telecommunicatie (ICMIT).
Het protocol van 31maart 1992 (B.S. 23 juni 1992) regelt de onderscheiden vormen van
samenwerking tussen de regering en de executieven. Voor de interministerièle conferentie
wordt de oprichting, de samenstelling, de rol en het secretariaat geregeld door de omzendbrief
van 31 maart 1992 (B.S. 23 JUNI 1992).
De ICMIT heeft onder andere de opdracht de tarifaire samenwerking tussen de maatschappijen
van openbaar vervoer te organiseren of wijzigingen aan de verkeerswetgeving te onderzoeken.
2. Het taxivervoer.
44 Parl. St., Kamer, B.Z. 1988, nr. 516-1, 21
45 Artikel 14bis, 2de lid, R.v.St.-Wet.
46 J. THEUNIS, Artikel 159 Grondwet , in Commentaar Publiek Procesrecht, Antwerpen, Kluwer,
losbladig, nr. 31.
47 R. POTE, Bevoegdheden op verkeersgebied van internationaal tot lokaal, dossier wegverkeer, Mys en
Breesch, 1994.