CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
104 HENRICUS HOLLMANN<br />
wijding van G. Blocks en P. Rutten, wordt het totaal der<br />
priesters als zevenennegentig opgegeven8. Wij 2ouden dat als<br />
volgt kunnen aanvullen. Er waren toen 11 geprofeste fraters,<br />
Belgen en Nederlanders. Daarvan waren er een op het tweede<br />
jaar van de toenmaals driejarige theologische cursus, vier op<br />
het eerste jaar ; drie op het tweede jaar filosofie en drie op het<br />
eerste jaar. In het noviciaat der fraters bevonden er zich twee<br />
te St.-Agatha en een te Diest; de twee eersten waren Nederlan<br />
ders, de laatste Belg. Broeders waren er zesendertig, werkzaam<br />
in Nederland, Belgie en Amerika. Het totaal wordt dus honderd-<br />
vierenveertig geprofesten en drie fraters novicen.<br />
Vanaf 1920 echter zal het jaarlijks aantal klein-geprofesten<br />
geen schommelingen meer vertonen, maar een regelmatige stij-<br />
ging : van zes in 1920 tot achttien in 1927. Alleen daaruit blijkt<br />
al, dat er van een gestadige getalsuitbreiding, en dus van opbloei<br />
der orde kan worden gesproken. In 1923 vinden wij ook Ame<br />
rika voor het eerst onder dit aantal vertegenwoordigd door<br />
Thomas Brandon, de latere eerste prior van Fort Wayne en<br />
vicaris generaal der orde in Amerika. In 1927 zullen er in<br />
Amerika drie klein-geprofesten zijn.<br />
Een andere reden voor het onderscheid in de twee boven-<br />
genoemde perioden is de opvallende ruimtelijke uitbreiding der<br />
orde, het groter aantal van haar kloosterstichtingen en de belang-<br />
rijke uitbreiding der bestaande stichtingen.<br />
Andere motieven zijn : de verhoging van het wetenschappelijk<br />
peil, zowel in de eigen studiehuizen als op de colleges ; het<br />
aanvaarden van twee eigen missiegebieden : Congo en Java ; de<br />
stabilisering en vrij snelle en gunstige ontplooiing der orde in<br />
Amerika ; de actieve rol die de orde begint te spelen in de<br />
geregelde zielzorg.<br />
In beide perioden zullen wij vooreerst een beeld trachten te<br />
1850 en wordt voortgezet tot 1876. Zie archief, LL 167. Krachtens een bepaling<br />
van het generaal kapittel van 1911 (§ 4) wordt er een archivaris aangesteld in de<br />
persoon van L. A. Emond, de toenmalige bibliothecaris van St.-Agatha. Hij begint<br />
zijn huiskroniek op 26 april 1911 en zet deze voort tot 12 juli 1918. Zie archief<br />
LL 158. Deze taak werd in de herfst van 1931 hervat door J. de Pater. Voorzover<br />
nog mogelijk, heeft hij getracht de leemte tussen 1918 en 1931 aan te vullen. Zie<br />
archief St.-Agatha: voor het tijdsbestek 1918 (1916) - 1924 in L L 158, en voor<br />
dat van 1924-1930 in L L 167, p. 61 w.<br />
8 Archief St.-Agatha, L L 158.