CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
HET MILIEU TE SINT-AGATHA 111<br />
redenen ; een andere het gebrek aan plaats en het verval der<br />
bestaande woonruimte. De opzet was, om alien die tot het zogenaamde<br />
noviciaat behoorden, - de jonggewijde priesters, de<br />
theologanten en de novicen -, in de nieuwe voorbouw samen<br />
te brengen. Ook de jongere broeders zouden daar onderdak<br />
vinden. Op de benedenverdieping zouden het nieuwe gastenkwartier<br />
komen en de keuken, met daarop aansluitend de nieuwe<br />
refter. In 1907 waren er te St.-Agatha twee in maart gewijde,<br />
jonge priesters. Zij behoorden tot een klas van zeven, waarvan<br />
de vijf overigen reeds in andere huizen benoemd waren. De<br />
theologie telde vijf fraters. Bernard van Gils was de enige fraternovice,<br />
die dat jaar zijn professie zou doen. In de herfst werden<br />
vijf fraters uit Diest terugverwacht; in de herfst van het volgende<br />
jaar drie. Dat zou dus, afgezien nog van het aantal der<br />
nieuwe novicen, ongeveer een verdubbeling betekenen.<br />
Toch blijft de wijze, waarop Hollmann dit probleem meende<br />
te moeten oplossen, zeer te betreuren. De fundering van de<br />
voorbouw bleek nog stevig genoeg en het was zeer goed mogelijk<br />
geweest de fraaie en historische voorgevel te restaureren en<br />
te behouden. De noodzakelijke uitbreiding had men ook op<br />
andere wijze tot stand kunnen brengen ; er was nog bouwruimte<br />
genoeg. Er zou niet alleen aan de geschiedenis van<br />
St.-Agatha, maar ook aan het aanzicht van het klooster een grote<br />
dienst mee zijn bewezen. Terecht weigerde dan ook een vermaard<br />
architect als Pierre Cuypers zijn medewerking tot een onderneming,<br />
die in zijn ogen vandalenwerk moest zijn. Jammer genoeg<br />
werd de architect Franssen uit Roermond bereid gevonden, om<br />
volgens de aanwijzingen van Hollmann een misschien wel praktischer,<br />
maar uitermate stijlloos bouwsel op te trekken (p. 113).<br />
Wie het gekend hebben weten, hoezeer het vloekte met de laatgotische<br />
kerk en het schone kruispand. Bovendien zag dit laatste<br />
nog een van zijn pandgangen verknoeid tot een neo-gotische<br />
biechtkapel. En daarbij zou het niet gebleven zijn. Ook de<br />
achterbouw stond op het plan voor een dergelijke vernieuwing.<br />
De daartoe benodigde gelden zouden dan door de diverse kloo«yters<br />
der orde worden opgebracht. Door de wereldoorlog 1914-<br />
1918 kwamen echter de Belgische kloosters in benarde omstan-