CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
CLAIRLIEU - Canons Regular Blog
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
HOOFDSTUK II<br />
DE PRIORKEUZE TE ST.-AGATHA IN 1901<br />
De derde keuze van Hollmann tot prior te St.-Agatha op<br />
20 mei 1901 had een bewogen voorgeschiedenis \ Een aantal<br />
van de St-Agathase kruisheren schijnt, om welke redenen dan<br />
ook, ernstig bezwaar gehad te hebben tegen de vereniging van<br />
generalaat en prioraat in een persoon. In dat verband wordt het<br />
voornemen van Hollmann om als prior ontslag te nemen, verklaarbaar.<br />
En eveneens, de op het eerste gezicht wel wat vreemd<br />
aandoende raadgeving van het definitorium in april 1900, om<br />
passief af te wachten wat er gebeuren zou. Op 11 mei zou de<br />
tweede termijn van Hollmann als prior zijn afgelopen. Men had<br />
dus toen nog een jaar de tijd om te bezien, hoe de verhoudingen<br />
te St.-Agatha zich zouden ontwikkelen. Het is ook mogelijk dat<br />
de definitoren geen voorstanders waren van een dergelijke verandering,<br />
ofwel omdat de vermoedelijke tegencandidaat hun<br />
niet de geschikte persoon leek, ofwel omdat zij de voorkeur<br />
gaven aan Hollmann voor het prioraat. Er zullen toen al voldoende<br />
aanwijzingen geweest zijn, wie die eventuele tegen<br />
candidaat zou worden. Uit de verkiezing zelf zal ontwijfelbaar<br />
blijken, dat dit Josephus Hoogeveen was. Hoogeveen was veertig<br />
jaar, dus acht jaar jonger dan Hollmann, en in de voile kracht<br />
van zijn leven. Uit de testimonia, die zijn novicenmeester F.<br />
Dietvors geeft van de novice en de geprofeste frater Hoogeveen,<br />
blijkt dat deze hoge verwachtingen van hem koesterde. Er wordt<br />
daarin gesproken over zijn excellent verstand, zijn opgeruimd<br />
en aangenaam karakter, eenvoud en oprechtheid, zijn bijzondere<br />
belangstelling voor de kennis van het religieuze leven. Ook<br />
alien die hem in latere jaren gekend hebben, getuigen dat hij<br />
een zeer talentvol man was en aangenaam in de omgang. Tijdens<br />
de tien jaren van zijn leraarschap te Maaseik (1883-1893)<br />
had hij op overtuigende wijze bewezen een knap en helder<br />
1 Waardevolle inlichtingen, zowel schriftelijke als mondelinge, omtrent deze<br />
keuze danken wij aan fr. C. van Mechelen te Hannut.