05.05.2013 Views

DE OPKOMST VAN HET NEDERLANDSCH GEZAG OOST-INDIE.

DE OPKOMST VAN HET NEDERLANDSCH GEZAG OOST-INDIE.

DE OPKOMST VAN HET NEDERLANDSCH GEZAG OOST-INDIE.

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

83<br />

had de zeeman behoefte gevoeld om te kunnen bepalen, waar hij<br />

met zijn schip geplaatst was. De breedte op zee bepaalde men<br />

voldoende volledig door de hoogte te nemen, door middel van een-<br />

voudige astronomische werktuigen en daaruit werd dan de lengte<br />

bij inductie en naar gissingopgemaakt, dikwerf geheel verwaarloosd.<br />

Maar het scheen alsof de behoefte aan naauwkeuriger lengte-<br />

bepaling nooit levendiger was gevoeld dan op het einde der<br />

16de en in de eerste helft der 17de eeuw, want nooit is<br />

er met meer ijver en volharding naar de bevrediging dier be­<br />

hoefte gestreefd, dan in die dagen. Van daar dan ook, dat in de<br />

tijden, waarinede wij ons hier bezighouden, niet een, maar<br />

onderscheidene wiskundigen zich opdeden, welke beweerden de<br />

middelen te hebben gevonden om Oost en West te vinden of zoo als<br />

men zich nu zoude uitdrukken, om te bepalen de lengte op zee.<br />

Reeds Gemma Frisius wist, dat men de lengte bepalen kon door<br />

het verschil van tijd tusschen twee meridianen op te geven x ; maar<br />

de berekening van dat verschil op zee was juist wat men zocht<br />

en niet vond, bij gemis aan juiste gegevens van den tijd onder<br />

die meridiaan , welke met den tijd van de meridiaan waaronder<br />

men, op het oogenblik der berekening, zich bevond, dat verschil<br />

kon aantoonen. Om tot die uitkomst te geraken zien wij een aantal<br />

beoefenaren der wis- en zeevaartkunde hier te lande, in die tijden<br />

zich opdoen als o. a. Mathijs Syeverts, Simon van der Eyck, van<br />

der Straten, Reynier Pietersz. van Twisch en Petrus Plancius 2 , die<br />

alien beweerden, dat zij de middelen gevonden hadden om de lengte<br />

met juistheid te bepalen. En zoo al de latere wetenschap die<br />

pogingen als ijdel voor dat doel of als onvolkomen heeft ter zijde<br />

1 Zie Cosmographia Petri Apiani (Bienewitz) pef Gemmam Frisium, 1550,<br />

Antverp., Caput VII. de longitudine terrestri, fol. 7, vso. en Libellus de<br />

locorum describendorum ratione, Cap. VII, de Longitudiuis differentia,<br />

fol. 57.<br />

2 Ook nog eenige jaren later in 1612 en 1620, meldden zich met dat<br />

doel, bij de Staten-Generaal aan, Mulerus, Court Bodeker en Jan Hendricxs<br />

Jarich, als inventeurs van Oost en West. In den loop der 17 e eeuw bleven<br />

die pogingen voortduren.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!