06.09.2013 Views

JUIGCHEN IN DEN ADEL DER MENSCHLIJKE NATUUR

JUIGCHEN IN DEN ADEL DER MENSCHLIJKE NATUUR

JUIGCHEN IN DEN ADEL DER MENSCHLIJKE NATUUR

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

LICHT <strong>IN</strong> DE NE<strong>DER</strong>LANDSE DUISTERNIS 149<br />

verhevene wordt doorgaans slegter, wanneer ’t zelve met het kleed van<br />

Geleerdheid, of eenige andere vermomming, omhangen is. ’t Geen wy<br />

niet klaar bevatten, kunnen wy niet met rede bewonderen (Beattie<br />

1786:156). 100<br />

Te ver gezochte beelden hebben hetzelfde effect als ongepaste hoogdravendheid.<br />

Misplaatst pompeus taalgebruik noemt Beattie – in Loosjes vertaling – “Winderigheid<br />

of valsche Verhevenheid” (Beattie 1786:157). De meeste mensen slaan een<br />

hogere toon aan als ze het over ernstige zaken hebben, “doch, indien zy beschaafdheid<br />

bezitten, gaat die verheffing met zedigheid vergezeld: en zy bedwingen veeleer<br />

hunnen aandoeningen, dan dat zy dezelve op de hun sterkst mogelyke wyze uitdrukken”<br />

(Beattie 1786:157). Wat uiteraard niet betekent dat dichters zorgeloos mogen<br />

omspringen met hun taalgebruik.<br />

Beattie somt nog een aantal fouten tegen het verhevene op. Eerst en vooral gaat het<br />

verhevene niet samen met een te nauwgezette beschrijving. 101 Het verhevene hangt<br />

samen met verwondering en verbazing, en bij die ervaringen gaat de aandacht niet<br />

uit naar de vele details, maar naar het geheel: wie geconfronteerd wordt met een held<br />

in wapenrusting, gaat niet kijken of zijn vingernagels netjes geknipt zijn. 102 Bovendien<br />

laat een iets vagere omschrijving toe dat de lezer zelf een en ander aanvult: zoals<br />

eerder aangehaald, het effect kan soms vergroot worden door iets niet te zeggen of te<br />

tonen. Beattie geeft het bekende voorbeeld van de reactie van de Trojaanse ouderlingen<br />

op de schoonheid van Helena. “Korte beschryving, derhalven, en bondige uitdrukking,<br />

mogen aangemerkt werden, als weezenlyk tot het Verhevene behoorende”<br />

(Beattie 1786:165).<br />

Een tweede fout tegen het verhevene ligt in het verlengde daarvan: “Schoon eens<br />

Schryvers denkbeelden groot zyn, kunnen zy, nogthans, in Verhevenheid te kort<br />

schieten, door een buitenspoorige vergrooting” (Beattie 1786:168). Dit is het al<br />

vaker opgedoken gevaar van de overdrijving, waardoor het grote en het verhevene<br />

grotesk en belachelijk worden, want “niets is verheven, of het moet in de Ziel eene<br />

behaagende verbaasdheid veroorzaken; en niets kan een redelyk weezen behaagen,<br />

dan het geen met zichzelve bestaanbaar is, en afgemeeten by den maatstok der<br />

Natuur” (Beattie 1786:169).<br />

Misplaatst groots taalgebruik – winderigheid – is nefast voor het verhevene, maar hetzelfde<br />

geldt voor laag taalgebruik. “Laage woorden en gemeene omstandigheden,<br />

ingevoerd in de beschryving van iets groots en fraays, zullen de Verhevenheid wegnemen<br />

en de Schoonheid verminderen” (Beattie 1786:170). 103 Het laatste gedeelte<br />

van de verhandeling is gewijd aan laage uitdrukkingen, “want tegen dezelve meen ik<br />

dat wy boven al op onze hoede moeten weezen. Voor eerst, om dat zy vlekken zyn in<br />

alle soort van Verhevene Schriften; ten anderen, dewyl ze in de Landtaal zo overvloedig<br />

zyn, dat wy ze, zonder groote oplettenheid, of het volgen van veel goeden raad,<br />

niet gemaklyk kunnen vermyden” (Beattie 1786:170). Beattie benadrukt echter dat<br />

duidelijkheid niet gelijkstaat aan laagheid. Wat enkel door geleerden te verstaan is, is

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!