februari 2013 nummer 1

SUCCULENTENNIEUWTJES
Wolter ten Hoeve
Het eerste artikel in het Duitstalige
Kakteen und andere Sukkulenten (64-
1) is van de hand van Bernd Hofmann.
In zijn reisverslag komen Pelecyphora
aselliformis en Pelecyphora strobiliformis
aan bod. Op de bezochte locaties zijn
deze soorten talrijk aanwezig. Alexander
Stahr voert een pleidooi voor het gebruik
van een 10/1 mengsel van bims
(zeer licht zuur tot neutraal) en löss (licht
basisch) als substraat voor Mexicaanse
cactussen. Rudolf Schmied belicht
Sedum frutescens welke tot een boompje
van ca. 1 m hoog kan uitgroeien.
Manfred Voigt brengt een oude bekende
naar voren, namelijk Chamaecereus
silvestrii, alsmede diverse ervan afgeleide
hybriden met verschillend gekleurde
bloemen. Elisabeth en Norbert Sarnes
presenteren enkele natuuropnames van
Eulychnia breviflora met bloemen en
vruchten. Andreas Mordhorst bericht
over de succesvolle enting van 2 verschillende
Hildewintera-hybriden op 1
xCleistoreocereus hybride.
Het laatste nummer uit 2012 van
Cactusworld (30-4) vangt aan met een
uitgebreid verslag van de vierjaarlijkse
‘National Show’. Diverse auteurs leveren,
elk vanuit een eigen optiek, hun bijdrage
aan dit verslag. M.B. Bayer doet enkele
aanbevelingen voor het classificeren
van Haworthia-soorten, zulks aan de
hand van een populatie van H. mirabilis
bij Komserante. Peter Berresford heeft
een trip ondernomen naar de vindplaats
van Echinocereus russanthus ssp. weedinii
en brengt daarvan verslag uit. De serie
‘Favourite mesembs’ van Eddy Harris
is toe aan deel 7. Harris bespreekt een
viertal soorten. John Hughes, de auteur
van de rubriek ‘In my greenhouse’
verhaalt over zijn bezoek aan de collectie
van Jim Earles. Het verhaal is
verluchtigd met ettelijke foto’s van de
collectie. De rubriek ‘Cactus Talk’ bevat
diverse korte bijdrages, waarvan ik
eentje de moeite waard vind om te vermelden:
Gerald Short heeft zo’n 20
jaar geleden een zomerstage gelopen
bij Steven Brack. Het laten kiemen van
Sclerocactus-zaad was daar een groot
probleem, maar na een zware onweersbui
bleken er de volgende ochtend talrijke
zaailingen in de potjes te staan.
Julian Shaw heeft een formele nieuwbeschrijving
gemaakt van de reeds langere
tijd in omloop zijnde Resnova megaphylla.
Chris Rodgerson beschrijft
de nieuwgevonden Conophytum youngii,
een soort uit de omgeving van het
plaatsje Garies, met een chocoladebruin
tot helderrood plantenlichaam en
met grote, lichtpaarse bloemen. Cliff
Thompson brengt een vooral fotografisch
verslag van het beschermingsproject
van Melocactus conoideus (omgeving
van Vitória da Conquista). Graham
Williamson beschrijft de succulenten
welke voorkomen ten zuidoosten van de
monding van de Oranjerivier in Zuid-
Afrika. Het onderhavige gebied betreft
de Kortdoringvlakte met enkele heuvels.
Een bijdrage over cactussen en succulenten
die in een tuin of in een koude
kas gekweekt kunnen worden, is van
de hand van Leo Chance (woonachtig
in Colorado, USA). De succulenten die
voorkomen in de omgeving van Barros
Blancos, Uruguay, worden door Ricardo
Garbarini voor het voetlicht gebracht. De
nadruk ligt hierbij op Frailea pygmaea.
Een andere wereld opent zich in
Euphorbia World (8-3). Becker, Moller
en Van Veldhuisen bespreken Euphorbia
indecora, zoals ze in haar natuurlijke
omgeving voorkomt. Rikus van
Veldhuisen plaatst enkele opmerkingen
©Succulenta jaargang 92 (4) 2013 195