Nieuwe Nederlanders op het Gymnasium - Kortlopend ...

More documents

Recommendations

Info

het sociale klimaat van en de omgangsvormen in de school; de waardegerichte opvattingen van docenten over excellente scholen en leerlingen, over opvoeden, sociaal gedrag, schoolinnovatie en multiculturaliteit; de sociaal-culturele uitingsvormen van de eigen school, zoals bijvoorbeeld een specifieke gerichtheid van de school op maatschappelijke, recreatieve of kunst- toneel-, zang-, of sport-praktijken van de school; de relaties tussen docent en leerling(en) en het sociale klimaat in de schoolklas; het taalgebruik van de docent en het veronderstelde taalgebruik in de leermiddelen; de boodschappen van de ruimtelijke inrichting en de aankleding van de school en de klassen; de relatie tussen officiële regels en disciplinaire maatregelen; de vanzelfsprekende kenmerken van de standaard leeractiviteiten, de leerstof en van de didactiek; het (verzwaarde) rooster van het gymnasium en de prioriteiten in het curriculum; de wijze waarop leerlingen worden geconfronteerd met waarden en waardegerichte onderwerpen; de beoordeling en de extra eisen die aan de leerlingen van het zelfstandig gymnasium worden gesteld. Gezien de uitgangsvraag van de aanvrager van dit onderzoek wordt uiteraard ook veel aandacht besteed aan de specifieke problemen die van belang zijn voor de problematiek van migrantenleerlingen, zoals: de oriëntatie, kennismaking met de school, aanmelding, criteria, selectie en ‘intake’ van migrantenleerlingen; de beeldvorming van de school bij leerlingen en ouders; kenmerken en opgaven van het schoolbeleid op dit gebied; de houding van docenten ten aanzien van het percentage migrantenleerlingen op het eigen gymnasium; relevante sociaal-culturele kenmerken van de school als organisatie en als zelfstandig gymnasium; verbeteringsmogelijkheden: knelpunten, weg te nemen belemmeringen en kansen. Al deze aspecten van het verborgen curriculum zijn in het onderhavige onderzoek geexploreerd, zij het niet allemaal in gelijke mate, omdat zij gezien de uitgangsvraag van het onderzoek tijdens de uitvoering van het project niet allemaal in gelijke mate relevant bleken te zijn. Speciale aandacht is gegeven aan de ‘personen’ die van belang zijn voor de overdracht van de elementen van het verborgen curriculum en aan de ‘ontvangers’ van dit curriculum. Een groot deel van de diverse geconstrueerde onderzoeksin- 29
strumenten voor de uiteenlopende categorieën respondenten is daarop georiënteerd. Daarbij is uiteraard ook speciale aandacht besteed aan de intellectuele, morele, sociale en pedagogische waarden, opvattingen en ideologieën van de diverse respondenten. Ook heeft met name op basis van de onderwijsgerichte inhoudsanalyse van de mooie roman van Karin Amoetmakrim die gebruikt is voor dit onderzoek een belangrijk gezichtspunt extra aandacht gekregen: de onbedoelde leerervaringen van het verborgen curriculum hoeven niet alleen te resulteren uit de interacties met de docenten, maar kunnen juist met name voortvloeien uit de interacties met de medeleerlingen. Dit wordt wel eens onvoldoende onderkend of door de school terzijde geschoven, met als argument: “dat ontrekt zich aan onze waarneming, dat gebeurt op de gang of buiten de schoolpoort”. Om niet op de aanbevelingen van dit onderzoek vooruit te lopen, zal dit uitdagende punt voor reflectie hier even blijven liggen. Belangrijk is hier de feitelijke constatering dat arbeiderskinderen of migrantenkinderen niet alleen maar gestimuleerd en geïnspireerd worden door de docenten als voorbeeld- of gezagsfiguren, zoals in de klassieke en pedagogische literatuur, in volwassen discussies en in menige lerarenopleiding zo vaak naar voren gebracht wordt, maar zeker ook door de medeleerlingen, zo wijst ook ander onderzoek uit. Voor de socialiserende invloed van de ‘peergroups’ en de medeleerlingen blijkt bij docenten, ook volgens onze onderzoeken, betrekkelijk weinig aandacht te bestaan, hoewel de bal vaak wel via die band gespeeld wordt. Die collega-leerlingen zijn belangrijk in het doorgeven en interpreteren van informatie, verwachtingen en gedragspatronen en zijn dus relevante kennisbronnen voor de arbeiders- en migrantenkinderen en dragen dus onbewust en onbedoeld vaak feitelijk belangrijk bij aan de werking van deze aspecten van het verborgen curriculum (Amatmoekrim, 2011; Archer,Hollingworth & Halsall, 2007; Kaufman, 2003; Ryan & Sakrey, 1996). 30
Page 1 and 2: KORTLOPEND ONDERWIJSONDERZOEK Nieuw
Page 3 and 4: CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEE
Page 5 and 6: 5 Conclusies en discussie 99 6 Lite
Page 7 and 8: onderzoek mochten bezoeken. Een spe
Page 9 and 10: Gymnasium in Amsterdam. Er is een e
Page 11 and 12: sterk, zo blijkt uit verschillende
Page 13 and 14: gymnasium. Sociaal kapitaal verwijs
Page 15 and 16: Als aanvulling op het officiële cu
Page 17 and 18: mate van culturele relativering de
Page 19 and 20: 3. Het verborgen curriculum van de
Page 21 and 22: de docent(e) hanteert. De plaats va
Page 23 and 24: worden vaak op een bepaalde manier
Page 25 and 26: Paulo Freire, met diens in 1972 ver
Page 27 and 28: ten over hun pedagogische (of vakma
Page 29: ook op aspecten van het verborgen c
Page 33 and 34: 3.3 Onderzoeksvariabelen Op basis v
Page 35 and 36: 5. Interviews met rectoren: Geïnte
Page 38 and 39: 4 Resultaten Dit hoofdstuk beschrij
Page 40 and 41: acht werd, luidt: Het is zwaar en m
Page 42 and 43: (De onderzoeker ging er hierbij van
Page 44 and 45: tend. Er was (volgens één van de
Page 46 and 47: Wat betreft de schoolcultuur kan wo
Page 48 and 49: een heel eind gekomen, maar die hee
Page 50 and 51: wel opgevoed tot zelfstandigheid, m
Page 52 and 53: Interculturele diversiteit Wat het
Page 54 and 55: Mark denkt dat Utrecht als het gaat
Page 56 and 57: Zij hebben ook een duidelijk beeld
Page 58 and 59: wel) dezelfde onderwijsmethoden en
Page 60 and 61: Ex pluribus unum. Het is het motto
Page 62 and 63: ook een gevaar worden (te hard) of
Page 64 and 65: Een ander noemt de onbekendheid van
Page 66 and 67: Hierbij aansluitend is een idee om
Page 68 and 69: glement. ‘Maar dat leeft niet ond
Page 70 and 71: loopt om de straatcultuur binnen te
Page 72 and 73: school nodigen ze één of twee lee
Page 74 and 75: Enkele conclusies Zowel de leerling
Page 76 and 77: in situaties waarin zaken geëscale
Page 78 and 79: varing’ dan de andere leerlingen
Page 80 and 81:
de taal niet goed beheerst. Deze er
Page 82 and 83:
De werving Een van de knelpunten di
Page 84 and 85:
Belangrijk is ook de periode waarin
Page 86 and 87:
werkonderzoek in de klas. Reageer o
Page 88 and 89:
4.6 Inhoudsanalyse ‘Het Gym’ In
Page 90 and 91:
door de docenten gestimuleerd. Je m
Page 92 and 93:
huizen (al dan niet met zwembad). I
Page 94 and 95:
het gymnasium. Knap hè” (p.168).
Page 96 and 97:
waar je niet te gemakkelijk over mo
Page 98:
Enkele conclusies Hoewel de inhouds
Page 101 and 102:
- Een ander belangrijk aspect van h
Page 103 and 104:
De spanningsverhouding tussen thuis
Page 105 and 106:
leerlingen uit achterstandsituaties
Page 107 and 108:
Blumberg, A. and P. Blumberg (1994)
Page 109 and 110:
Klaassen, C. (1992). The Latent Ini
Page 112:
Bijlage 1 Instrument schoolklasobse
Page 116:
Bijlage 3 Semi-gestructureerde inte
Page 120 and 121:
Bijlage 5 Interviewleidraad individ
Page 122 and 123:
Bijlage 6 Gespreksleidraad panelges
Page 124 and 125:
Bijlage 7 Gespreksleidraad panelges
Page 126 and 127:
Bijlage 8 Interviewleidraad panelge
Page 128 and 129:
Publicaties in de reeks ‘De Pedag
Page 130 and 131:
Klaassen, C. & Linden, P. van der.
Page 132 and 133:
Emans, B. & Roede, E.. (2006). Sanc
Page 134 and 135:
Veugelers W. & Schuitema J. (2010).
Page 136:
Nieuwe Nederlanders op het Gymnasiu
show all

Nieuwe Nederlanders op het Gymnasium - Kortlopend ...

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?