Nieuwe Nederlanders op het Gymnasium - Kortlopend ...
Nieuwe Nederlanders op het Gymnasium - Kortlopend ...
Nieuwe Nederlanders op het Gymnasium - Kortlopend ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ook een gevaar worden (te hard) of een drempel vormen voor begaafde leerlingen uit<br />
andere milieus die dit wellicht afschrikt.<br />
Ook geven de docenten in <strong>het</strong> gesprek aan dat je als ouders wel moderne hulpmiddelen<br />
moet gebruiken om de school echt te leren kennen. Zo kan de annotatie ‘christelijk’ in<br />
de schoolnaam mensen afschrikken (moslims, maar ook andere niet-christenen). Als je<br />
je echter enigszins verdiept in de school, kom je er achter dat <strong>het</strong> christelijk karakter<br />
niet veel voorstelt (behalve hieruit afgeleide waarden als tolerantie et cetera). Maar<br />
veel migrantenouders weten dit niet. Het aanpassen van de naam omwille van grotere<br />
toegankelijkheid is volgens deze docenten geen echte <strong>op</strong>tie; dit vormt wellicht een taboe<br />
voor de stichting waar de school onder valt.<br />
Volgens de docenten zijn CGU leerlingen tolerant, komen zij uit gezinnen met hoog<br />
<strong>op</strong>geleide, maatschappelijk betrokken ouders en vormen ze daarmee aldus één van de<br />
docenten ‘een afspiegeling van de bovenkant van de samenleving’. Ze vormen een relatief<br />
homogene leerlingengroep. De leerlingen zijn verbaal en assertief. Bij alles vragen<br />
ze naar argumenten, ook als je pedagogisch corrigerend <strong>op</strong>treedt (docent: ‘Ga eens<br />
zitten’, leerling: ‘Waarom?’). -Dit typische voorbeeld refereert uitstekend naar de onderhandelingshuishouding<br />
waar migrantenleerlingen zowel thuis als <strong>op</strong> school minder<br />
mee vertrouwd zijn.<br />
De leerlingen hebben prettig onderling contact en ook <strong>het</strong> contact met docenten is natuurlijk.<br />
Dit zou wellicht wennen kunnen zijn voor migrantenleerlingen, die vaak meer<br />
aan gezagsverhoudingen gewend zijn. Ook is soms nieuw voor hen dat er vrouwen<br />
voor de klas staan of homofiele docenten. Maar dat speelt ook <strong>op</strong> andere scholen.<br />
Duidelijk is dat men typerend aan <strong>het</strong> CGU vindt dat de leerlingen gemotiveerd zijn en<br />
dat er sprake is van een prettige sfeer tussen docenten en leerlingen en leerlingen onderling.<br />
De sfeer tussen docenten onderling blijkt minder prettig. Diverse docenten geven<br />
aan dat <strong>het</strong> daarin aan veiligheid ontbreekt. De één doet <strong>het</strong> af als ‘normale warrigheden<br />
tussen intellectuele betweters’, een ander ziet <strong>het</strong> als serieus probleem en lijdt<br />
eronder. Er is een sfeer van roddelen, docenten zijn richting elkaar niet heel <strong>op</strong>en.<br />
Leerlingen merken <strong>het</strong> en zeggen <strong>het</strong> ook, vissen naar de roddels et cetera.<br />
Op de vraag naar een karakterisering van de gemiddelde CGU docent geven de docenten<br />
aan dat deze gemotiveerd is voor zijn eigen vak (en dat vak zelfs belangrijker vindt<br />
dan andere vakken), ‘zijn eigen ding doet’ en individueel werkt. Er is weinig samenwerking<br />
en men vraagt zich ook af of dat wel nodig is. De meeste docenten uit deze<br />
groep achten zichzelf ook pedagoog; een enkeling vindt zichzelf primair vakman (in<br />
dit geval neerlandicus) en in de tweede plaats leraar, in de derde plaats een eigen persoon<br />
en in de vierde plaats wellicht een pedagoog.<br />
61