VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ONDERZOEK<br />
i. Mensenrechtelijk minimumkader<br />
48. <strong>VERBOD</strong> <strong>VAN</strong> FOLTERING <strong>EN</strong> ONM<strong>EN</strong>SELIJKE OF VERNEDER<strong>EN</strong>DE BEHANDELING (ART. 3<br />
EVRM) – Teneinde de verenigbaarheid van een isolatiemaatregel met art. 3 EVRM te<br />
beoordelen, kan als basisarrest gelden 216 de zaak Ensslin, Baader & Raspe t. Duitsland,<br />
waarin de ECRM oordeelde dat rekening moet worden gehouden met “the stringency of the<br />
measure, its duration, the objective pursued and its effects on the person concerned” 217 . Het<br />
spreekt voor zich dat elk van die vier richtsnoeren moet worden betrokken in één grote<br />
evenredigheidstoets die de grondrechten van de verdachte afweegt tegen de noodwendigheden<br />
van het strafonderzoek 218 . Uit de Straatsburgse rechtspraak blijkt evenwel dat, wat betreft<br />
andere personen dan de raadsman, de balans duidelijk doorweegt in het voordeel van het<br />
belang van het onderzoek, daar de nationale overheden een bijzonder ruime<br />
beoordelingsmarge wordt gegund.<br />
49. STRIKTHEID <strong>VAN</strong> DE MAATREGEL – Zo oordeelden zowel ECRM als EHRM over de<br />
striktheid van de maatregel dat “solitary confinement is not in itself in breach of Article 3” en<br />
dat enkel “[c]omplete sensory isolation coupled with complete social isolation” 219 , niet kan<br />
worden gerechtvaardigd. Minder verregaande maatregelen, zoals het Belgische verbod van<br />
vrij verkeer, kunnen derhalve volkomen verantwoord zijn wanneer zij voldoen aan de<br />
algemene evenredigheidstoets.<br />
50. DUUR <strong>VAN</strong> DE MAATREGEL – Ook met betrekking tot de duur van de maatregel stelt<br />
Straatsburg zich bijzonder terughoudend op. Hoewel de ECRM langdurige sociale isolatie als<br />
‘onwenselijk’ beschouwt 220 , “especially where the person is detained on remand” 221 , worden<br />
in de rechtsleer 222 ‘afzonderingsperiodes’ aangehaald van 10 maanden 223 , van 760 dagen 224 en<br />
van wel 17 maanden gedurende voorlopige hechtenis 225 , die niet strijdig werden geacht met<br />
art. 3 EVRM, “zolang de duur van de maatregel niet excessief [is], rekening houdend met alle<br />
216 G. SMAERS, Gedetineerden en mensenrechten in Ius Commune, Antwerpen, Maklu, 1994, 198.<br />
217 ECRM 8 juli 1978, Ensslin, Baader & Raspe/Duitsland, DR, afl. 14, (64) 109, §5.<br />
218 ECRM 11 maart 1985, R./Denemarken, DR, afl. 41, (149) 154.<br />
219 EHRM 21 juli 2005, Rohde/Denemarken, http://www.echr.coe.int, §93; ECRM 8 juli 1978, Ensslin, Baader<br />
& Raspe/Duitsland, DR, afl. 14, (64) 109, §5.<br />
220 ECRM 11 maart 1985, R./Denemarken, DR, afl. 41, (149) 154; ECRM 12 juli 1978, Bonzi/Zwitserland, DR,<br />
afl. 12, (185) 189.<br />
221 ECRM 8 juli 1978, Ensslin, Baader & Raspe/Duitsland, DR, afl. 14, (64) 110.<br />
222 M. NOWAK, U.N. Covenant on Civil and Political Rights: CCPR Commentary, Kehl am Rhein, Engel, 2005,<br />
178; G. SMAERS, Gedetineerden en mensenrechten in Ius Commune, Antwerpen, Maklu, 1994, 199-200.<br />
223 ECRM 10 november 1983, Kröcher & Möller/Zwitserland, DR, afl. 26, (24) 43.<br />
224 ECRM 10 juli 1980 X./Verenigd Koninkrijk, DR, afl. 21, (95) 99, §11.<br />
225 ECRM 11 maart 1985, R./Denemarken, DR, afl. 41, (149) 154.<br />
35