VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ONDERZOEK<br />
72. LIMITATIEVE LIJST <strong>VAN</strong> MISDRIJV<strong>EN</strong>? – Tijdens de parlementaire werkzaamheden van de<br />
WVH liet de minister weten dat het “het zeer moeilijk [is] gebleken de misdrijven te<br />
omschrijven of op te sommen die aanleiding zouden kunnen geven tot de maatregel” 331 .<br />
Anderzijds was de Regering wel van oordeel dat normalerwijze enkel beroep mag worden<br />
gedaan op het verbod van vrij verkeer “[in] de gevallen van de ‘georganiseerde misdaad’, een<br />
begrip waarvoor thans nog geen wettelijke definitie bestaat” 332 . Hierbij kan men zich o.i. de<br />
vraag stellen of die laatste overweging de wetgever wel verhindert dat begrip alsnog in de<br />
wetgeving op te nemen en het oordeel of werkelijk sprake is van ‘georganiseerde misdaad’,<br />
over te laten aan de onderzoeksrechter, die immers nu reeds een zeer ruime<br />
beoordelingsvrijheid geniet. Een andere mogelijkheid ligt o.i. in een verwijzing naar art. 90ter<br />
Sv., dat de misdrijven opsomt die in aanmerking komen voor het afluisteren, kennisnemen en<br />
opnemen van privé- en telecommunicatie. Het verbod van vrij verkeer lijkt ons immers in<br />
belangrijke mate op dezelfde overwegingen te steunen als de tapmaatregel van art. 90ter Sv.:<br />
beide maatregelen vormen een inbreuk op de communicatie van de verdachte met een derde<br />
persoon, die in beide gevallen duidelijk wordt gewantrouwd. De lijst van art. 90ter Sv. is<br />
bovendien, aldus de wetgever zelf, “beperkt […] tot vormen van zware criminaliteit, die met<br />
name algemeen worden aangeduid als terrorisme, groot banditisme of georganiseerde<br />
misdaad” 333 , zodat zij o.i. een heel concrete invulling biedt van het begrip ‘georganiseerde<br />
misdaad’, waartoe de Regering het verbod van vrij verkeer destijds wilde beperken. In<br />
rechtsvergelijkend perspectief zou een dergelijke wetswijziging overigens geen origineel<br />
concept zijn, gelet op het onderscheid dat ook in het Engelse recht gemaakt wordt tussen<br />
terrorismegerelateerde en andere misdrijven 334 .<br />
73. MINIMUMSTRAFDREMPEL? – Een andere mogelijkheid om het materiële<br />
toepassingsgebied van het verbod van vrij verkeer in te perken, bestaat in het opleggen van<br />
een strafdrempel, die uiteraard hoe dan ook hoger zou moeten liggen dan de drempel van één<br />
jaar vrijheidsstraf in art. 16 §1 WVH. Gelet op haar hoge graad van abstractie, lijkt deze piste<br />
ons evenwel minder verdedigbaar. Ter illustratie kan worden verwezen naar de retorische<br />
vraag van procureur-generaal KRINGS of “het vermoeden van onschuld soms minder groot [is]<br />
331 Ontwerp van wet betreffende de voorlopige hechtenis: verslag namens de commissie voor de justitie<br />
uitgebracht door de heer ARTS, Parl.St. Senaat 1988-89, nr. 658-2, 75.<br />
332 Ontwerp van wet betreffende de voorlopige hechtenis, Parl.St. Senaat 1988-89, nr. 658-1, 10.<br />
333 Wetsontwerp ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer tegen het afluisteren, kennisnemen en<br />
opnemen van privécommunicatie en telecommunicatie: verslag namens de commissie voor de justitie<br />
uitgebracht door de heer BEAUFAYS, Parl.St. Kamer 1993-94, nr. 1450/3, 4.<br />
334 Supra nrs. 43 en 66.<br />
52