VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
VERBOD EN BEPERKING VAN VRIJ VERKEER - Advocatennet
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ONDERZOEK<br />
enkel onder toezicht had kunnen spreken 470 , hetgeen door de ECRM als ‘zonder meer<br />
excessief’ werd beschouwd 471 . Ten gevolge van een minnelijke schikking heeft het EHRM<br />
zich in die zaak echter niet meer kunnen uitspreken 472 . In meer recente rechtspraak lijkt het<br />
EHRM zich ten opzichte van verregaande beperkingen van vrij verkeer tussen de verdachte en<br />
zijn raadsman, echter enigszins strenger op te stellen dan de vroegere ECRM.<br />
114. RECHT OP ‘<strong>VRIJ</strong>’ BEZOEK (ART. 6 EVRM) – Wat betreft het recht van de verdachte op<br />
bezoek van zijn raadsman, kan in de eerste plaats worden verwezen naar de zaak Öcalan t.<br />
Turkije, waarin de raadsman slechts tweemaal per week een bezoek van één uur werd<br />
toegestaan, hetgeen door het EHRM werd aangestipt als “one of the factors that made the<br />
preparation of his defence difficult” 473 . Aldus blijkt het EHRM van oordeel dat het in het licht<br />
van art. 6.3.b EVRM “een verplichting van een lidstaat is om voldoende bezoekfaciliteiten<br />
mogelijk te maken” 474 . Een beperking van vrij verkeer lijkt ons ten aanzien van de raadsman<br />
derhalve – zelfs al zou de verdachte het recht op schriftelijke communicatie met zijn<br />
raadsman volledig behouden 475 – bezwaarlijk nog te kunnen bestaan in een langdurig<br />
bezoekverbod, tenzij gedurende die periode, zoals in het Nederlandse recht, een<br />
plaatsvervangend raadsman zou optreden 476 . Daarnaast stelt het EHRM ook eisen met<br />
betrekking tot de wijze waarop het advocatenbezoek moet kunnen verlopen. Anders dan het<br />
Amerikaans mensenrechtenverdrag 477 , waarborgt het EVRM weliswaar niet uitdrukkelijk het<br />
recht op ‘ongehinderd’ advocatenbezoek 478 , maar, zoals hierboven reeds vermeld 479 , werd een<br />
dergelijk recht wel reeds door de ECRM afgeleid uit art. 6 EVRM 480 . In zijn arrest Campbell<br />
& Fell t. Verenigd Koninkrijk erkende ten slotte ook het EHRM op grond van art. 6.1 EVRM<br />
470 M. MELCHIOR, “Le procès équitable dans la jurisprudence de la Cour et de la Commission européennes des<br />
droits de l’homme” in Les droits de la défense en matière pénale, Luik, Jeune barreau, 1985, (239) 260.<br />
471 ECRM 12 juli 1984, Can/Oostenrijk, Publ.Eur.Court H.R., A, nr. 96, §55; G. MOLS, J. SERRAR<strong>EN</strong>S en T.<br />
SPRONK<strong>EN</strong>, “Een Europese schets van het vrij verkeer tussen gedetineerde en raadsman” in G. MOLS (ed.),<br />
Schaduwen vooruit: rechtsgeleerde opstellen over het voorbereidend onderzoek in strafzaken, Arnhem,<br />
Gouda Quint, 1992, (79) 118.<br />
472 EHRM 30 september 1985, Can/Oostenrijk, http://www.echr.coe.int, §14-18.<br />
473 EHRM 12 maart 2003, Öcalan/Turkije, http://www.echr.coe.int, §137.<br />
474 T. SPRONK<strong>EN</strong>, “Vrij verkeer” in T. PRAKK<strong>EN</strong> en T. SPRONK<strong>EN</strong> (eds.), Handboek verdediging, Deventer,<br />
Kluwer, 2009, (29) 81.<br />
475 Supra nr. 113.<br />
476 Supra nrs. 44-46.<br />
477 Art. 8.2.d American Convention on Human Rights, ondertekend te San José op 22 november 1969,<br />
http://www.cidh.org/Basicos/English/Basic3.American%20Convention.htm; T. SPRONK<strong>EN</strong>, “Vrij verkeer” in<br />
T. PRAKK<strong>EN</strong> en T. SPRONK<strong>EN</strong> (eds.), Handboek verdediging, Deventer, Kluwer, 2009, (29) 69.<br />
478 EHRM 28 november 1991, S./Zwitserland, http://www.echr.coe.int, §48.<br />
479 Supra nr. 34.<br />
480 ECRM 10 november 1983, Kröcher & Möller/Zwitserland, DR, afl. 26, (24) 52-53; ECRM 12 juli 1979,<br />
Schertenleib/Zwitserland, DR, afl. 17, (180) 226; ECRM 12 juli 1978, Bonzi/Zwitserland, DR, afl. 12, (185)<br />
190.<br />
75