25.09.2013 Views

Uitvoeringsbesluit 'De Opgang' - Stadsdeel Amsterdam-Noord ...

Uitvoeringsbesluit 'De Opgang' - Stadsdeel Amsterdam-Noord ...

Uitvoeringsbesluit 'De Opgang' - Stadsdeel Amsterdam-Noord ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Investeringsbesluit Buiksloterham, januari 2007<br />

Binnen dit raamwerk kan het gebied verkleuren.<br />

Randvoorwaarden worden waar nodig aangegeven,<br />

veelal door aan de ontwikkelingen een maximum<br />

te stellen. De capaciteit van het wegennet is<br />

een belangrijke factor bij de bepaling van het<br />

ontwikkelplafond.<br />

Stedenbouwkundig kannibalisme, met de hoogste<br />

bebouwing en het lucratiefste programma direct aan<br />

het IJ, die het gebied daarachter in een letterlijke en<br />

programmatische slagschaduw zet, moet worden<br />

voorkomen. Als maximale bouwhoogte wordt 30<br />

meter aangehouden, een gangbare maat langs het<br />

IJ met onder meer pakhuizen, het Centraal Station,<br />

de Graansilo en de toekomstige Campus van<br />

Overhoeks. Afhankelijk van de maat zijn alleen aan<br />

sommige insteekkanalen binnen de Buiksloterham<br />

bouwhoogten van maxima van 45 of 60 meter<br />

mogelijk, terwijl tegenover de tuindorpen de hoogte<br />

juist beperkt wordt. Als uitzondering zijn twee<br />

hoogteaccenten van maximaal 100 meter gewenst<br />

op de koppen bij het Zijkanaal I.<br />

De dynamiek van de Buiksloterham wordt gevoed<br />

door een aantal ontwikkelingen in de omgeving.<br />

Het betreft media, met Pand <strong>Noord</strong> aan de<br />

Meeuwenlaan (film), Mediawharf op de NDSM-werf<br />

(tv, muziek,) en het Filmmuseum op Overhoeks.<br />

Een andere aanjager is een duurzame kenniscluster,<br />

waarvan het NTC van Shell de kern kan vormen. In<br />

het Johan van Hasseltkanaal kan een haven voor<br />

zeewaardige jachten een extra impuls betekenen.<br />

Binnen de Buiksloterham worden deelgebieden<br />

onderscheiden. Een deel van de Buiksloterham<br />

blijft volledig werkgebied, met bedrijfsvestigingen<br />

die niet verenigbaar zijn met wonen. In sommige<br />

delen is de huidige bedrijfsstructuur uitgangspunt<br />

en wonen is slechts beperkt mogelijk. In andere<br />

delen ligt de nadruk op wonen en dient de<br />

functie werken hiermee (in milieutechnisch<br />

70<br />

opzicht) verenigbaar te zijn. Daarmee ontstaan<br />

verschillende woonkwaliteiten. Langs het Johan<br />

van Hasseltkanaal op de grote nu braakliggende<br />

kavels mag de dichtheid en het percentage wonen<br />

het hoogst zijn. Overhoeks biedt een geheel nieuw<br />

referentiekader in <strong>Noord</strong>, maar de dichtheid in de<br />

Buiksloterham is lager zodat ook grondgebonden<br />

woningen mogelijk zijn. En in gebieden met lagere<br />

dichtheden en lagere percentages wonen is een<br />

veelheid aan woon-werkcombinaties mogelijk met<br />

een kleinere korrelgrootte.<br />

De aangegeven percentages van wonen en werken<br />

in de verschillende deelgebieden gelden per<br />

bouwveld, zoals op de kaart aangegeven (vaak<br />

samenvallend met de kadastrale kavelgrens). Het<br />

aandeel werken is minimaal verplicht, het aandeel<br />

wonen niet. Maar het woonprogramma is aan een<br />

maximumpercentage gebonden. Daarmee wordt<br />

een gemengd woon-werkgebied nagestreefd<br />

en wordt voorkomen dat werken door wonen<br />

weggedrukt wordt.<br />

2. Criteria<br />

Algemene referentie is het industriële en utilitaire<br />

verleden van het gebied. Daarbij hoort een zekere<br />

stoerheid en robuustheid, maar ook een mate<br />

van variatie en combinatie-toeval van belendende<br />

perceelbebouwingen.<br />

Omdat het Investeringebesluit meer<br />

ontwikkelingsstrategie dan traditioneel<br />

stedenbouwkundig plan is, zijn criteria niet zozeer<br />

bedoeld om een ontwikkeling te sturen, maar<br />

om ongewenste ontwikkelingen te voorkomen.<br />

Ongewenst zijn ontwikkelingen met een sterke<br />

negatieve impact op ontwikkelingskwaliteiten in de<br />

omgeving.<br />

2.1 Gebouw in context<br />

Bouwhoogte<br />

• maximum bouwhoogte is 30 meter, tenzij anders<br />

aangegeven<br />

• tegenover de tuindorpbebouwing geldt, waar<br />

aangegeven, een maximum bouwhoogte van 20<br />

meter<br />

• langs kanalen zijn, waar aangegeven, accenten<br />

tot 45 of 60 meter mogelijk, met een minimale<br />

tussenmaat van 30 meter<br />

• op twee plekken aan Zijkanaal I is een<br />

hoogteaccent van 80 tot 100 meter gewenst<br />

• drijvend programma telt maximaal 3 bouwlagen<br />

Positionering<br />

• bebouwing dient gerealiseerd te worden binnen de<br />

aangegeven rooilijnen<br />

• waar een rooilijn verplicht wordt gesteld, dient<br />

minimaal voor 65% in de rooilijn te worden<br />

gebouwd; afwijking is mogelijk voor behoud van<br />

aangegeven waardevolle bebouwing<br />

• waar aangegeven dient een doorsteek gemaakt<br />

te worden ergens op de kavel, voor transparantie<br />

en visueel contact tussen water en weg; dit betreft<br />

de situatie waarin zich de praktische mogelijkheid<br />

voordoet, zoals bij structurele kavelherontwikkeling<br />

• overbouwing van een kaveldoorsteek is mogelijk<br />

indien een dubbelhoge onderdoorgang vrij blijft<br />

• op kavels met een verplichte rooilijn is de<br />

bebouwing langs de weg georiënteerd<br />

Relatie openbaar gebied<br />

• parkeren, laden en lossen dient op eigen terrein<br />

afgewikkeld te worden met maximaal één<br />

entree per kavel aan kaden of hoofdwegen;<br />

om praktische redenen kunnen uitzonderingen<br />

gemaakt worden voor zeer grote bouwvelden of<br />

bestaande bedrijfssituaties<br />

• entrees van de parkeergarage- of roldeuren liggen<br />

niet direct aan kaden of hoofdwegen daar waar

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!