Uitvoeringsbesluit 'De Opgang' - Stadsdeel Amsterdam-Noord ...
Uitvoeringsbesluit 'De Opgang' - Stadsdeel Amsterdam-Noord ...
Uitvoeringsbesluit 'De Opgang' - Stadsdeel Amsterdam-Noord ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
3 Algemene uitgangspunten voor het CAN<br />
Genius loci<br />
De karakteristieke kenmerken van <strong>Amsterdam</strong>-<strong>Noord</strong> en het Waterland<br />
zijn uitgangspunt voor het gehele plan. Zoveel mogelijk wordt<br />
aangesloten op de geest van de plek, de genius loci. In de verschillende<br />
deelgebieden van het plan worden de genius loci zo vertaald<br />
dat deze bij het karakter van dat deelgebied passen.<br />
De belangrijkste eigenschap van <strong>Amsterdam</strong>-<strong>Noord</strong> is de rijke diversiteit<br />
aan werelden: de fijne structuur van houten huisjes aan het<br />
water, aan een dijk of in een groene setting; een grotere structuur<br />
van moderne hoge flats omringd door veel ruimte en de warme<br />
metselwerkarchitectuur van de tuindorpen met een <strong>Amsterdam</strong>se<br />
Schoolkarakteristiek. In het plan wordt een vertaling naar deze genius<br />
loci gemaakt door in de gebieden ten westen van de Nieuwe<br />
Leeuwarderweg de karakteristieken van het Waterland als referentie<br />
te nemen. Aan de oostkant van CAN wordt aangesloten op de<br />
modernere architectuur, zoals bijvoorbeeld Plan van Gool. In het<br />
Stationsgebied komen alle werelden samen, Waterland, <strong>Amsterdam</strong>se<br />
School en modern <strong>Amsterdam</strong> <strong>Noord</strong>.<br />
Andere kenmerken van de plek zijn de hooggelegen verkeerswegen,<br />
de Nieuwe Leeuwarderweg en de IJdoornlaan. De bebouwing<br />
langs deze wegen sluit aan op de karakteristiek van deze wegen.<br />
Aan de IJdoornlaan komt het nieuwe busplein en de wegen worden<br />
begeleid door hoogbouw. Grootstedelijke architectuur, sterke<br />
icoonwerking en een hoge architectonische kwaliteit zijn hier de<br />
trefwoorden. Deze drukke hooggelegen verkeerswegen worden in<br />
het plan afgeschermd van de lager gelegen straten in het gebied.<br />
De oost-weststraten lopen onder het nieuw aan te leggen Nieuw<br />
Leeuwarderwegviaduct door. Zij maken deel uit van de stedelijke<br />
centrumzone.<br />
Door de aansluiting op het karakter van de plek kan een architectuur<br />
ontstaan die past bij deze nieuwe tijd maar tegelijkertijd haar<br />
wortels vindt in <strong>Amsterdam</strong>-<strong>Noord</strong>.<br />
Stationsgebied CAN<br />
‘Room’ voor voetganger en automobilist<br />
Op het niveau van het maaiveld wordt het Stationsgebied ingericht<br />
volgens het ‘room‘principe. De voetganger loopt door de gangen<br />
en kamers van de stad en wordt steeds verrast door nieuwe<br />
beelden. De enscenering is gevarieerd. Stedelijke ruimtes wisselen<br />
elkaar af en op kleinere schaal leveren ook de naast elkaar staande<br />
gebouwen voortdurend wisselende beelden op: voordeuren, puien,<br />
etalages, gevarieerde opbouw met meer of minder verdiepingen,<br />
openingen met verschillende karakteristieke kroonlijsten, natuurstenen<br />
geveldelen en dan weer gepleisterde baksteen, reclame-uitingen,<br />
belettering en luifels. Tegelijkertijd zijn de meeste gebouwen<br />
ondergeschikt aan de openbare ruimte. Zij begrenzen de openbare<br />
ruimte en geven haar vorm.<br />
Op het niveau van de hooggelegen verkeerswegen geldt de ervaring<br />
van de automobilist. Door de hogere snelheid geldt hier een<br />
andere dosering van prikkels en afwisseling. In het Stationsgebied<br />
worden deze wegen begeleid door bebouwing. Het busplein en de<br />
lager gelegen singel worden benadrukt door de begeleiding van<br />
hoogbouw.<br />
Eenheid in veelheid of verscheidenheid<br />
De beleving van een stedelijke ruimte wordt voor een groot deel<br />
bepaald door de gebouwen die de wanden vormen van deze<br />
ruimte. Deze gebouwen vormen een verzameling, waarin, zoals<br />
kenmerkend voor alle verzamelingen, ieder object naast zijn unieke<br />
kenmerken tevens gemeenschappelijke eigenschappen heeft (zie<br />
bloemenfoto’s). De unieke kenmerken zijn ondergeschikt aan de<br />
gemeenschappelijke. Hierdoor zal de verzameling ook in de loop<br />
der tijd als eenheid voortbestaan en sterk genoeg blijven om groei<br />
en verandering in gebruik te doorstaan.<br />
Kleurenschema CAN<br />
Een van de elementen waardoor het CAN een geheel wordt, is het<br />
gebruik van een specifiek kleurenschema voor het gehele gebied.<br />
Het schema is gebaseerd op kleuren van de Zaanstreek en het Waterland.<br />
Deze kleuren vormen het palet van het CAN en daarmee<br />
het Stationsgebied (zie kleurenschema CAN).<br />
9