Voortrekkers van oud Nederland, deel 1 - Vijfeeuwenmigratie.nl
Voortrekkers van oud Nederland, deel 1 - Vijfeeuwenmigratie.nl
Voortrekkers van oud Nederland, deel 1 - Vijfeeuwenmigratie.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Lubeck als hoofdleider heeft de Hanze haar grootste tijdperk <strong>van</strong><br />
macht en <strong>van</strong> bloei doorleefd.<br />
Hoeveel steden in het geheel bij het Verbond aangesloten zijn<br />
geweest is volgens Schlifer, den bekenden geschiedschrijver der<br />
Hanze, niet met volstrekte zekerheid te zeggen. Gewoo<strong>nl</strong>ijk wordt<br />
dat aantal aangenomen ongeveer 70 te zijn geweest. Van de <strong>Nederland</strong>sche<br />
steden hebben daartoe behoord Arnhem, Nijmegen, Tiel<br />
en Zaltbommel aan Rijn en Waal, Roermond, Ve<strong>nl</strong>o en 's Hertogenbosch<br />
aan de Maas; Kampen, Zwolle, Hasselt, Deventer, Zutfen,<br />
Doesburg en Doetinchem in het IJsselgebied; de Geldersche steden<br />
Harderwijk en Elburg aan de Zuiderzee; verder Groningen,<br />
Stavoren, Hindeloopen, Sneek en Bolsward. De Friesche en<br />
Groningsche steden zijn maar tijdelijk aangesloten geweest; bij<br />
verschillende aangelegenheden neigden zij tot de Hollandsche en<br />
Zeeuwsche, die nooit lid <strong>van</strong> de Hanze zijn geweest. Kampen is<br />
de eenige <strong>Nederland</strong>sche stad, die in de Hanze een leidende positie<br />
heeft ingenomen.<br />
In de eerste tijden geschiedde het vervoer <strong>van</strong> goederen uit het<br />
Oosten, voor zoover over zee, met kustvaarders niet verder dan<br />
tot Lubeck. Vandaar ging het geheel over land, of met kleine<br />
vaartuigen langs de Trave en een gegraven kanaal naar de Elbe,<br />
tot Hamburg; dan langs de Waddeneilanden naar de Zuiderzee; en<br />
verder langs de Hollandsche of Utrechtsche binnenwateren naar<br />
de Zuid-Hollandsche en Zeeuwsche stroomen; naar Brugge langs<br />
Sluis, door het Zwin. Zoo ook omgekeerd. Geheel over zee<br />
waagde men zich niet. Eerst omstreeks het midden der I }de eeuw<br />
wordt gewag gemaakt <strong>van</strong> Westersche zeelieden, die om kaap<br />
Schagen en door de Sont in de Oostzee kwamen.<br />
Omtrent die vaart door de Hollandsche binnenwateren heeft<br />
Dr. J. G. Nanninga in zijn academisch proefschrift "Het handelsverkeer<br />
der Oosterlingen door Holland in de dertiende eeuw"<br />
I 92 I, belangwekkende bijzonderheden medege<strong>deel</strong>d.<br />
Toen de z.g. "Ommelandsvaart" door de Hollanders en Friezen,<br />
die reeds vroeg als stoute zeelieden bekend stonden, meer gevolgd<br />
werd, was dit voor vele Hanzeleden, die zich daardoor voor<strong>deel</strong>en<br />
zagen ontgaan, niet aangenaam. De Lubeckers schijnen er voor<br />
gezorgd te hebben, dat die zeevaart buiten om voorloopig geen<br />
te groote afmetingen aannam. Er is althans een brief bekend <strong>van</strong><br />
het jaar 1280, waarin de Overijsselsche steden Kampen en Zwolle,<br />
als onderdanen <strong>van</strong> den aartsbisschop <strong>van</strong> Utrecht, de Lubeckers<br />
bedanken voor hunne bemoeilngen tot herstelling <strong>van</strong> het "<strong>oud</strong>e<br />
recht", volgens hetwelk de Friezen niet naar Gothland mochten<br />
69