27.01.2015 Views

Mariken

Mariken

Mariken

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

8<br />

‘klassieken’ gemaakt. 3 Maar ook ‘in den vreemde’ bleef <strong>Mariken</strong> geen onbekende:<br />

verschillende vertalingen en bewerkingen openden haar een weg over taalgrenzen<br />

heen. 4<br />

Hoe is de belangstelling van een modern publiek voor dit laatmiddeleeuwse<br />

duivelverhaal te verklaren Als Nederlandse klassieke tekst wordt ‘<strong>Mariken</strong>’ vaak<br />

in één adem met ‘Beatrijs’ genoemd. Als verhaal en als tekst hebben ze weinig<br />

gemeen, maar wel trekt in beide verhalen een mooie, jonge vrouw met haar ‘verleider’<br />

op. Dit archetypische gegeven met al het bekoorlijke dat het ‘Ewig-weibliche’ aan<br />

ridderlijk-erotische gevoeligheden oproept, maakte wel voor een belangrijk deel de<br />

charme van beide legenden uit. Dit ‘bekoorlijkheidsaspect’ mist ‘Theophilus’<br />

bijvoorbeeld, een verhaal dat als duivellegende nochtans veel meer aan ‘<strong>Mariken</strong>’<br />

verwant is. Ook als tekst zijn Beatrijs en <strong>Mariken</strong> erg verschillend. Zo steekt de<br />

Beatrijs, sober verteld, lyrisch verfijnd en altijd kies en hoofs in zijn bewoordingen,<br />

‘gotisch’ -<br />

3 De eerste ‘opvoering’ was een stomme vertoning op twee praalwagens in de stoet ‘der Intrede<br />

van het Landjuweel van 1561’ te Antwerpen in 1892. De eerste échte vertoning had plaats<br />

te Rotterdam in 1908. Voor deze en andere vroege toneelopvoeringen (tot 1941) zie men<br />

Van Eeghem, ‘Cuique suum...’, p. 437, nr. 37 e.v. Als bewerkingen noemen we de novelle<br />

van Lode Baekelmans (1901-2), de opera van Rafaël Verhulst en Franz Uyttenhove (1925),<br />

de lyrische bewerking van Martien Beversluis (1928), het zangspel van Jac. Jansen (1943),<br />

de bewerkingen van Leo Hens (1934) en Bert Decorte (1975), het spel Masscheroen van<br />

Hugo Claus (1967) en de film van Jos Stelling (1974: hierover o.m. H. Pleij, ‘“Wat zien ik”<br />

in de middeleeuwen!’ in De Gids 1975, pp. 129-132).<br />

4 Daar is eerst en vooral de Engelse uitgave van Van Doesborch: zie hierna (D). Een versie in<br />

het Latijn werd door Hadrianus Lyraeus opgenomen in zijn Trisagion Marianum (1648)<br />

vanwaar deze terechtkwam in het Italiaanse werk Sabati del Giesù di Roma... van P. Joannes<br />

Rho (Rome 1655), daarna in de Marianischer Gnaden- und Wunderschatz (Augsburg 1737)<br />

en tenslotte in de (weer Italiaanse) Glorie di Maria van de H. Alfonsus de Liguori (1750):<br />

zie G.W. Wolthuis, Duivelskunsten en sprookjesgestalten, Amsterdam 1952, pp. 21-51. Later<br />

maakte Luise von Plönnies van <strong>Mariken</strong> in een lang Duits gedicht een vrouwelijke Faust<br />

(1853). In 1923 voltooide Eugen d'Albert op het libretto van de Oostenrijkse dichter Herbert<br />

Alberti de opera ‘Mareike von Nymwegen’ (hierover: S.J. Lenselink in Levende Talen 1942,<br />

pp. 33-40). We noemen verder nog vertalingen in het Duits (F.M. Huebner, 1918; Wolfgang<br />

Cordan, 1950), het Engels (H. Morgan Ayres, 1924; E. Colledge, 1965), het Frans (Prosper<br />

Thuysbaert, 1929), het Noors (H.H. Holm, 1975) en een radiobewerking in het Afrikaans<br />

(Alewyn Lee). Zie vooral Wolthuis, Duivelskunsten, pp. 83-101.<br />

<strong>Mariken</strong> van Nieumeghen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!