27.01.2015 Views

Mariken

Mariken

Mariken

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

39<br />

drukker deze zo concrete gegevens vandaan hebben gehaald De enige reden die<br />

voor het toevoegen van zgn. overbodigheden en herhalingen kan worden aangevoerd<br />

is louter van formele aard: er is toegevoegd omdat het oorspronkelijke toneelstuk in<br />

verzen moest worden omgewerkt tot een leesboek... met proza. Maar dit, de gemengde<br />

vorm van A met proza en verzen, is juist wat verklaard moest worden. Zo komt men<br />

met de argumentatie der ‘overbodigheid’ hopeloos in allerlei kringredeneringen<br />

terecht die telkens weer cirkelen rond de vooropgezette mening dat de verzen<br />

oorspronkelijk een op zichzelf staande toneeltekst hebben gevormd. We spreken dan<br />

nog niet van de grof-kwantitatieve aanpak waarmee hier alles in A gereduceerd wordt<br />

tot ‘verstaanbaarheid’ en geformuleerd is in termen van al of niet onmisbaarheid. De<br />

verzen kunnen zonder het proza worden begrepen, ze zijn dus overbodig en dus<br />

secundair, zo luidt de simpele redenering. Hoeveel kan zo niet uit een moderne roman<br />

worden geschrapt zonder een min of meer verstaanbaar minimum over te houden<br />

Het is echter duidelijk dat de oorspronkelijke ‘kwaliteit’ van elke tekst op die manier<br />

geweld wordt aangedaan. In ieder geval verminkt men door een radicale scheiding<br />

van proza en verzen ten koste van het proza de organische eenheid en eenvoud van<br />

de historie in A. Wat voor een spel houdt men na de verwijdering van het proza<br />

trouwens over Een spel waarin sommige korte scènes en monologen elkaar<br />

onmiddellijk opvolgen zonder de aanduiding van hun verschillende distantie in de<br />

tijd of hun concreet-materiële verband, aanduidingen die voor een goed begrip van<br />

het verhaal nochtans noodzakelijk zijn. Zo volgt de zelfmoordscène van de tante<br />

(kap. VI) onmiddellijk op haar gesprek met de oom (kap. V) en volgen na de<br />

herbergscène drie monologen waarvan de tweede en de derde (kap. VIII) niet zo<br />

maar als het onmiddellijke vervolg van resp. de eerste en de tweede beschouwd<br />

kunnen worden. Zonder het proza komt de toeschouwer ook zonder verklaring ineens<br />

van de deken te Nijmegen (vgl. de aanmaning van de oom in v. 1006-7 ‘Ga wi,<br />

<strong>Mariken</strong> nichte, ic sal u gaen leeden, Hier totten deken een vier doen stoken’) bij de<br />

paus in Rome terecht en weet hij bij het zien van Emmekens ontwaken na het<br />

ringmirakel niet eens dat Emmeken zich als penitente<br />

<strong>Mariken</strong> van Nieumeghen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!