13.07.2015 Views

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Ten geleideOp 5 september 1990 verzocht de regering de WRR een advies uit te brengenover de relatie tussen milieu, economie en bestuur. In navolging van hetrapport 'Our common future' van de Commissie-Brundtland wordt in hetNationaal <strong>Milieubeleid</strong>splan (NMP) de aanpak van milieuproblemen geplaatstin het kader van de ontwikkeling naar een duurzame samenleving. Daarbijwordt er - zo stelt de regering - grotendeels op vertrouwd dat het traditioneleinstrumentarium van de overheid toereikend zal zijn.Het is echter de vraag of het bestuur met dit instrumentarium we1 bij machteis om een zodanige gedragsverandering in de particuliere en de marktsfeer uitte lokken of af te dwingen, dat de beoogde doelstellingen inderdaad wordenbereikt.Het uit te brengen advies zou derhalve allereerst in moeten gaan op de verschillendetypen instrumenten waarvan in principe gebruik kan worden gemaakt.De regering verzocht hierbij speciale aandacht te besteden aan minder gebruikelijkeinstrumenten, zoals die welke via de marktwerking verlopen.De tweede vraag die de regering stelde, betreft een nadere uitdieping van hetbegrip duurzaamheid. De inhoud die hieraan in 'Our common future' wordtgegeven, laat ruimte voor verschillende interpretaties. Het komt er op neer datmoet worden omschreven welke behoeftebevrediging de huidige generatie voorzichzelf en voor komende generaties veilig moet stellen. Bij de beantwoordingvan deze vraag spelen niet alleen objectief vaststelbare ecologische gegevenhedenmaar ook normatieve keuzen een belangrijke rol. Hierop ware in eentweede fase van de studie nader in te gaan.In het onderhavige rapport besteedt de raad aandacht aan eerstgenoemdevraag van de regering. De tweede thematiek zal in een volgend rapport aan deorde komen.De opzet van dit rapport is als volgt. In hoofdstuk 1 wordt ingegaan op de doelstellingenvan de regering op het gebied van het milieu voor de periode tot hetjaar 2000. Deze worden geconfronteerd met te verwachten ontwikkelingen indeze periode. Het blijkt dat, hoewel er ook verbeteringen in de milieusituatiezijn te constateren, op een aantal gebieden aanzienlijke discrepanties zijn teverwachten. Deze bevinding onderstreept de veronderstelling van de regeringin de adviesaanvraag dat ondanks de voorziene, niet geringe beleidsinspanningende doelstellingen met het ingezette instrumentarium niet in voldoendemate kunnen worden gehaald.In hoofdstuk 2 wordt het analysekader uiteengezet. De gedragsbe'invloedingdie centraal moet staan in het milieubeleid wordt gepresenteerd als een vraagstukvan maatschappelijke ordening. 'kt nu toe is vooral geprobeerd hetgedrag te sturen door middel van een eenzijdige dwangrelatie van verbods- engebodsbepalingen (directe regulering). De maatschappelijke ordening kanechter ook verlopen via tweezijdige transacties (privaatrechtelijke of publiekrechtelijkefinanciele regulering) of langs de weg van informatie, overleg enoverreding (sociale regulering).De raad constateert dat door het relatieve gewicht van het traditionele, opdirecte regulering gebaseerde instrumentarium een groot handhavingsprobleemis ontstaan. Dit vraagt om een rationalisatie van de inzet van instrumenten,waarbij ook instrumenten worden betrokken die inspelen op hettransactie- en het overredingsmechanisme. Hiertoe wordt een basismodel aangereikt,waarin de handhaafbaarheid van het beleid centraal staat. De optimaleinstrumentkeuze hangt dan enerzijds af van de karakteristieken van het

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!