13.07.2015 Views

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

complementaire voorzieningen geldt a fortiori dat hun werkingssfeer zich niettot een bepaalde cel van het matrixverband beperkt.Algemene infrastructurele voorzieningen ter vergroting van de doeltreffendheidvan maatregelen zullen in dit hoofdstuk niet als een afzonderlijk instrumentvan overheidsbeleid worden bezien. Ze worden aan de orde gesteld bij debespreking van de afzonderlijke instrumenten, als noodzakelijk of wenselijkcomplement. Op infrastructurele voorzieningen die helpen het gestelde rechtte handhaven, wordt evenmin afzonderlijk ingegaan. Een instrument is pasinstrumenteel wanneer het gehandhaafd kan worden en ook wordt gehandhaafd.De handhaafbaarheid bepaalt derhalve de bruikbaarheid van hetinstrument zelf en wordt dan ook als aspect van dat instrument beschreven.Dit spreekt voor zich waar de overheid publiekrechtelijke plichten oplegt ofaanspraken schept. Het geldt niet minder voor het verschaffen van rechten enaanspraken van een privaatrechtelijk karakter. Ook hiervoor geldt dat hetrecht niet kan functioneren wanneer belanghebbenden dit alleen tegen hogekosten en met jarenlange vertragingen in de rechtsgang kunnen handhaven.Hoewel het nuttig is een analytisch onderscheid te maken tussen de hier geintroduceerdereguleringsvormen en interactiemechanismen, is uit de matrixvan fig. 3.1 a1 duidelijk geworden dat een strikt klassificerende scheidingveelal onmogelijk is. Het feitelijke beleid zal bovendien veelal een combinatievan instrumenten gebruiken. Zo wordt een publiekrechtelijke regulering vande maximumsnelheid die in eerste aanleg is gericht op dwang, ondersteundmet financiele sancties en begeleid met een voorlichtingscampagne. Ook deingezette instrumenten zelf kunnen een hybride karakter hebben, bijvoorbeeldwanneer vergunningen (directe regulering) een verhandelbaar karakterhebben (financiele regulering), of wanneer het publiek dat karakter er aangeeft en de overheid dat gedoogt (verhandelen van benzinebonnen in 1974).Klassificaties van instrumenten leveren een handzaam beschrijvingskader opin het bestuurlijk verkeer, maar het analytisch aspect is altijd doorslaggevendin de beoordeling van hun mogelijke werking 3.Aan een zekere 'overlap' tussen vormen van overheidsoptreden en maatschappelijkeinteractiemechanismen kan niet worden ontkomen. Hierbij aansluitendworden de instrumenten van milieubeleid in dit hoofdstuk vanuit beideinvalshoeken beschouwd. Om te beginnen wordt, in de paragrafen 3.2 en 3.3,aandacht besteed aan de rol van de overheid als publiekrechtelijke en privaatrechtelijkewetgever en rechtshandhaver, zoals weergegeven in de eerste tweekolommen van figuur 3.1. Daarna wordt de matrix van de andere zijde 'doorgelicht'via twee paragrafen, waarin de instrumenten worden beschouwd dierespectievelijk transacties en overreding tot stand moeten brengen (par. 3.4 en3.5). In paragraaf 3.5 zullen tevens instrumenten worden behandeld, waarbijde overheid zelf overredend optreedt (laatste kolom van figuur 3.1).Deze aanpak leidt ertoe, dat verschillende instrumenten tweemaal wordenbeschouwd: eerst vanuit de overheid en vervolgens vanuit de maatschappelijkeinteracties. Deze dubbele beschouwing leidt tot een zuiverder beeld, maar kan,waar het gaat om Ben bepaald instrument, licht tot verwarring leiden. Om ditbijverschijnsel zoveel mogelijk te ondervangen, zal elk instrument slechtseenmaal ten principale worden behandeld. Een uitzondering op deze regelwordt gevormd door verhandelbare vergunningen; omdat dit op transactie'1 Het gaat ook hier weer, zoals steeds in het milieubeleid, om ospectbenaderingen of anolytische definities. Zie voor het uiterstbelangrijke onderscheid tussen klassificerende en analytische definities M. Weber, 'Die Objektivitat sozialwissenschaftlicher undsozialpolitischer Erkenntniss'; in: Gesornrnelte Aufsdtze zur Wissenschaftslehre; Tijbingen. Mohr, 1922 (blz. 166: 'Nicht die 'sochli-chen' Zusammenhange der 'Dinge' sondern die gedonklichen Zusammenhange der Problerne liegen den Arbeitsgebieten der Wis-senschaften zugrunde'), en L. Robbins. An Essay on the Nature and Significance of Economic Science; tweede druk. London. MacMil-Ian, 1935. blz. 16.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!