Keuzecollege Hoge EnergieFysica Katholieke Universiteit ... - EHEF
Keuzecollege Hoge EnergieFysica Katholieke Universiteit ... - EHEF
Keuzecollege Hoge EnergieFysica Katholieke Universiteit ... - EHEF
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
dσ<br />
=<br />
⎛<br />
⎞<br />
1<br />
----------------------------------------------------- M 2 ( 2π) 4 δ⎜<br />
p<br />
4 ( p A<br />
⋅ p B<br />
) 2 2 2 ⎜ i<br />
– m AmB ∑<br />
– p A<br />
– p ⎟<br />
B⎟<br />
⎝<br />
⎠<br />
n<br />
i = 1<br />
n<br />
∏<br />
i = 1<br />
d 3 p<br />
---------------------- i<br />
. (2.42)<br />
( 2π) 3 2E i<br />
2.5 Eerste poging om elektronverstrooiing te berekenen<br />
We berekenen nu de differentiële werkzame doorsnede voor elektron-elektron verstrooiing. Het<br />
matrixelement hebben we al bijna in sectie 2.4.4 gezien. We volgen de Feynman regels voor het Feynman<br />
diagram:<br />
f<br />
f p<br />
p ( 2)<br />
( 1)<br />
+<br />
f<br />
f p<br />
p ( 2)<br />
( 1)<br />
i<br />
p ( 1)<br />
i<br />
p ( 2)<br />
i<br />
p ( 1)<br />
i<br />
p ( 2)<br />
Er zit nu nog een addertje onder het gras: er zijn twee elektronen in de eindtoestand en we kunnen<br />
niet zeggen of een van de twee uitgaande elektronen nu van het ene of het andere inkomend elektron<br />
is. En dus zijn er twee mogelijke Feynmandiagrammen die tot dezelfde eindtoestand kunnen leiden.<br />
We moeten de overgangsamplitudes corresponderend met deze twee mogelijkheden optellen om de<br />
totale overgangsamplitude te krijgen. De twee Feynmandiagrammen zijn hierboven getekend. Het<br />
totale matrixelement wordt:<br />
(2.43)<br />
Als we dit proces in het zwaartepuntssysteem berekenen kunnen we omdat het een elastische verstrooiing<br />
is stellen dat:<br />
en<br />
f i f i<br />
M e 2 ( p ( 1)<br />
+ p ( 1)<br />
) µ ( p ( 2)<br />
+ p ( 2)<br />
) µ f i f i<br />
----------------------------------------------------------------<br />
f i<br />
( – ) 2 e 2 ( p ( 2)<br />
+ p ( 1)<br />
) µ ( p ( 1)<br />
+ p ( 2)<br />
) µ<br />
=<br />
+ ----------------------------------------------------------------<br />
f i<br />
( – ) 2<br />
p ( 2)<br />
i<br />
p ( 1)<br />
p ( 2)<br />
f<br />
p ( 1)<br />
i<br />
p ( 2)<br />
(2.44)<br />
i<br />
( E ( 1)<br />
) 2 ( f<br />
E ) 2 ( E i<br />
) 2 E f<br />
= ( 1)<br />
= (<br />
. (2.45)<br />
2 ) = ( ( 2 ) ) 2 = p 2 + m 2<br />
Als we θ de hoek tussen het ingaande deeltje (1) en het uitgaande deeltje (2) noemen in het<br />
zwaartepuntssysteem dan vereenvoudigt de eerste term in formule (2.43) tot:<br />
e 2 ( 2m2 ⁄ p 2 ) + 3 + cosθ<br />
--------------------------------------------------- . (2.46)<br />
cosθ<br />
– 1<br />
De tweede term is identiek, maar heeft de uitgaande deeltjes (1) en (2) verwisseld, hetgeen betekent<br />
dat cosθ<br />
→ –cosθ<br />
, zodat de hele uitdrukking voor het matrix element wordt:<br />
f<br />
p ( 2)<br />
= = = =<br />
p ( 1)<br />
p<br />
p ( 2)<br />
Collegedictaat <strong>Hoge</strong> Energiefysica 21