Toelichting - Gemeente Rucphen

4
2 Waterstraat 3, IA11/09638
Korte inhoud ingediende reactie:
a. Het bouwblok aan de Waterstraat 3 te Sprundel staat het niet toe om de huidige
dicht tegen de Waterstraat gelegen woning te slopen en verder naar achteren op
het perceel te herbouwen en dan met name voor de achter de nieuwe woning te
herbouwen bijgebouwen.
b. De huidige aanduiding ‘Cultuurhistorisch Waardevol’ is te belemmerend om het
pand te slopen.
c. Voor het perceel aan de Postbaan 2 te Rucphen, graag de toevoeging
paardenhouderij op de plankaart opnemen.
Inhoudelijke reactie:
a. Tijdens de inventarisatie ten behoeve van de herziening van het bestemmingsplan
Buitengebied medio 2009 is de mogelijkheid geboden om eventuele ontwikkelingen
kenbaar te maken aan het college. Gelet op de voortgang van het traject, alsmede
het feit dat het bij deze herziening overwegend om een conserverend plan gaat,
heeft deze mogelijkheid tot 1 mei 2010 gelopen. Vanaf dat moment heeft het
college besloten geen nieuwe verzoeken meer mee te nemen in de herziening van
het plan, om de voortgang van het plan te kunnen waarborgen. Het betreft hier een
nieuw verzoek dat is ingediend na 1 mei 2010. Nieuwe verzoeken moeten los van
deze herziening ingediend worden en worden hierna als zodanig in behandeling
genomen. Meenemen van het verzoek in dit late stadium van het traject is niet
mogelijk omdat het verzoek niet concreet genoeg is uitgewerkt. Tevens is de
uitbreiding niet voorzien van een ruimtelijke onderbouwing, waarin gemotiveerd
wordt in hoeverre voldaan wordt aan alle voorwaarden (o.a. op het gebied van
milieu, archeologie, water, landschappelijke inpassing etc.)
b. Ingediende zienswijze biedt onvoldoende motivatie om de aanduiding
‘cultuurhistorisch waardevol’ te verwijderen. Wel zal in de planregels een
redactionele aanpassing vinden voor panden met deze aanduiding.
De cultuurhistorische waardekaart 2010 is als zodanig opgenomen in de
Verordening ruimte Noord-Brabant 2011. Gelet hierop is het verwijderen van pand
van de lijst met cultuurhistorisch waardevolle panden niet mogelijk.
c. Op de locatie Postbaan 2 is een rundveehouderij gevestigd. Uit het milieudossier
blijkt dat hier 55 melkkoeien en 50 stuks vrouwelijk jongvee mogen worden
gehouden. Uit de laatste milieucontrole bleek dat er tevens 15 stuks paarden
aanwezig waren. De inrichting is, gelet op het milieudossier, nog immer op
hoofdzaak een bedrijfsmatige rundveehouderij en geen paardenhouderij. Het
fokken van paarden is een agrarische activiteit en past binnen de
doeleindenomschrijving van de bestemming. Het is dan ook niet noodzakelijk een
aanduiding ‘paardenhouderij’ toe te voegen. Indien reclamant een gebruiksgerichte
vorm van een paardenhouderij als nevenactiviteit bij het agrarische bedrijf wil
ontplooien, past dit niet direct binnen het bestemmingsplan, maar dient hiervoor
een afwijking van de gebruiksregels worden aangevraagd.
Conclusie:
a. De zienswijze is ongegrond en leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
b. De zienswijze is ongegrond, wel zullen de planregels redactioneel worden
aangepast.
c. De zienswijze is ongegrond en leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
4