Toelichting - Gemeente Rucphen

172
uitzonderingsbepaling worden toegevoegd dat wanneer aangetoond kan worden dat
de grond dusdanig is verstoord en geroerd door werkzaamheden niet
omgevingsvergunningplichtig zijn tot de diepte waar de verstoring heeft
plaatsgevonden. Reclamant dient dus bewijsvoering aan te leveren waaruit blijkt
dat de grond is geroerd.
i. Voor het begrip differentiatievlak zal in de begrippenlijst een definitie worden
opgenomen: ‘Een als zodanig door differentiatiegrenzen omsloten vlak, dat dient
ter verbijzondering van een bestemming.’
j. Voor het begrip bergbezinkbassin zal in de begrippenlijst een definitie worden
opgenomen.
k. De opmerking dat het bouwvlak feitelijk wordt beperkt door een afstand aan te
houden vanaf het hart van de weg vinden wij geen argument. Deze
afstandsvoorwaarde wordt opgenomen om wet- en regelgeving op het gebied van
geluid te waarborgen. Deze afstand is overgenomen vanuit het vigerende
bestemmingsplan en zal in het nieuwe bestemmingsplan gehandhaafd blijven. Om
reclamant enigszins tegemoet te komen wordt zoals geformuleerd onder d. het
maximum bouwvlak voor een grondgebonden agrarisch bedrijf verruimd naar 2
hectare.
l. De opmerking dat het bestemmingsvlak feitelijk wordt beperkt door een afstand
aan te houden tussen bedrijfsgebouwen tot de zijdelingse perceelgrens van 5 meter
vinden wij geen argument. Dan zou 3 meter tot de perceelgrenzen nog steeds
beperkend zijn. Echter deze afstandsvoorwaarde wordt opgenomen om ruimtelijk
gezien enige openheid te behouden en aangrenzende percelen enigszins te
beschermen tegen zaken als schaduwwerking ed. De afstand van 5 meter is
overgenomen vanuit het vigerende bestemmingsplan en zal in het nieuwe
bestemmingsplan gehandhaafd blijven.
m. Uit de zienswijze komt onvoldoende concreet naar voren op welke wijze de
biomassavergisting op locatie dient plaats te vinden. Het opnemen van regels
achten wij dan ook vooralsnog niet mogelijk. Hiervoor zouden wij concreet moeten
weten aan welke afmetingen gedacht moet worden etcetera. De gemeente sluit
hiermee overigens niet uit dat bij particuliere initiatieven een afweging op maat
gemaakt kan worden.
n. Om de tijdelijkheid te waarborgen is de keuze gemaakt voor 6 maanden. De
gemeente blijft bij dit standpunt.
o. Uit de zienswijze komt onvoldoende concreet naar voren op welke wijze de mest
be- en verwerking op locatie dient plaats te vinden. Het opnemen van regels achten
wij dan ook vooralsnog niet mogelijk. Hiervoor zouden wij concreet moeten weten
aan welke afmetingen gedacht moet worden etcetera. De gemeente sluit hiermee
overigens niet uit dat bij particuliere initiatieven een afweging op maat gemaakt
kan worden. (Zie ook e. en m.)
p. Indien paardrijles een ondergeschikte nevenactiviteit is, kan ingestemd worden met
het toestaan van deze activiteit bij een productiegerichte paardenhouderij.
q. Het is inderdaad gebleken dat de verwijzing naar de juiste planregels niet altijd
correct is. Dit wordt aangepast.
r. De zienswijze wordt onderschreven, de planregels zullen worden aangepast op dit
onderdeel.
s. Het percentage van 20 % zoals opgenomen onder art 3.5.5.b, 4.5.5.b, 5.4.5.b zal
overeenkomstig de ‘Visie op de horeca in het buitengebied Brabant’ worden
aangepast naar 30%.
t. De voorgestelde aanpassing zal niet worden opgenomen in de planregels. Het
belangrijkste argument is dat waarden als landschappelijke kwaliteiten een taak
zijn voor de gemeente, vooral vanwege de afstemming en gelijke behandeling bij
diverse bezoeken.
u. Voorgesteld moet worden dat we hier spreken van een nevenactiviteit, ofwel
ondergeschikt aan de hoofdactiviteit, het agrarisch bedrijf. Wij zijn van mening dat
het oprichten van een gebouw van 50 m2 nog ruimtelijk te verantwoorden is in het
landelijk gebied en zijn dan ook niet voornemens dit te verruimen. Indien in een
incidenteel geval tóch blijkt dat groter noodzakelijk is kan hiertoe bij het college
van burgemeester en wethouders een verzoek worden ingediend en zal beoordeeld
worden of hieraan mee gewerkt kan worden. Bovenstaande geldt voor het
oprichten van een nieuw gebouw ten behoeve van de sanitaire voorziening. Indien
een agrariër sanitaire faciliteiten wil realiseren in reeds bestaande bebouwing zal in
de regels de mogelijkheid hiertoe worden opgenomen onder voorwaarden.
172