Toelichting - Gemeente Rucphen

150
135 Witte Moeren/Oude Zoek IA11/09765
Korte inhoud ingediende reactie:
a. Reclamant wil de bestemming “Waarde-Ecologie-Ecologische hoofdstructuur” van
zijn land hebben aangezien dit hier niet thuishoort.
b. De bestemming “Veiligheidszone leiding” wil reclamant niet over zijn bouwblok
heen hebben. Verzoek is om deze om het bouwblok heen te leggen.
Inhoudelijke reactie:
a. De gebiedsaanduiding “Waarde- Ecologie-Ecologische hoofdstructuur” is
overgenomen van de provinciale kaart betreffende de Ecologische Hoofdstructuur
welke behorende bij de provinciale Verordening ruimt Noord-Brabant 2011. Gelet
hierop zullen de contouren niet worden aangepast. Echter is ter plaatse dit
abusievelijk bestemd als anaduiding. Omdat er niet altijd concreet zicht is op
realisatie van deze gronden wordt de aanduiding gewijzigd in een
‘wijzigingsbevoegdheid’. De onderliggende bestemming ‘agrarisch’ blijft gelden.
b. De aangegeven contour betreft een risicocontour welke is overgenomen uit de
risicokaart van het rijk. Een risicocontour (ofwel plaatsgebonden risico) geeft aan
hoe groot in de omgeving de overlijdenskans is door een ongeval met een
risicobron: binnen de contour is het risico groter, buiten de contour is het risico
kleiner. Het plaatsgebonden risico is de berekende kans per jaar, dat een persoon
overlijdt als rechtsreeks gevolg van een ongeval bij een risicobron, in dit geval een
buisleiding, aangenomen dat hij op die plaats permanent en onbeschermd verblijft.
Het plaatsgebonden risico wordt gebruikt bij de toetsing of een risicovolle activiteit
op een bepaalde plek mag plaatsvinden en wat in de directe omgeving ervan
gebouwd mag worden. De geldende regels zijn vastgelegd in het Besluit
milieukwaliteitseisen Externe veiligheid inrichtingen en in de nota Risiconormering
vervoer gevaarlijke stoffen.
In het plaatsgebonden risico zijn in het kort twee verschillende kansen verwerkt:
De kans dat er daadwerkelijk een zwaar ongeval of ramp, zoals het ontsnappen van
een gevaarlijke stof, plaatsvindt en de kans dat een persoon daadwerkelijk overlijdt
als gevolg van dit zwaar ongeval of ramp.
Bij een plaatsgebonden risico van 10-6 is de kans dat er daadwerkelijk een zwaar
ongeval plaatsvindt 1 op de miljoen. Een PR van 10-6 wordt in de regels voor
ruimtelijke ordening en externe veiligheid echter als een relatief hoog risico
beschouwt. Bij een PR van 10-6 is de kans dat een persoon op die afstand van het
ongeval daadwerkelijk overlijdt nog redelijk groot.
Wegens dit soort relatief grote overlijdenskansen mogen er binnen de contour van
10-6 in principe geen kwetsbare objecten staan. Dit geldt voor situaties die (zijn)
ontstaan na het moment waarop de betreffende norm is uitgebracht, te weten 1989
voor inrichtingen en 1996 voor transport.
Conclusie:
a. De zienswijze is gegrond en leidt tot aanpassing van het bestemmingsplan.
b. De zienswijze is ongegrond en leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.
150