Toelichting - Gemeente Rucphen

Voor alle duidelijkheid dient opgemerkt te worden, dat ook andere dan cultuurhistorische
waarden van de locatie en direct omgeving mede bepalend zijn voor de
aanvaardbaarheid van de ontwikkeling. Een ligging in de EHS bijvoorbeeld kan zodanige
beperkingen met zich meebrengen dat (ook met toepassing van de daarbij
noodzakelijke herbegrenzingregels voor de EHS) alleen kleinschalige, relatief extensieve
nieuwe activiteiten aanvaardbaar zijn.
Niet-agrarische ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied
In de Verordening is een regeling opgenomen voor diverse niet-agrarische activiteiten
waarvan de ruimtelijke ontwikkeling onder voorwaarden is toegelaten in de
agrarische gebieden en in de groenblauwe mantel. Voorbeelden hiervan zijn dat:
• in beginsel is nieuwbouw van woning in het buitengebied is niet toegestaan,
met uitzondering van het oprichten van een eerste bedrijfswoning dan wel splitsing
van cultuurhistorisch waardevolle bebouwing of het realisering van een
woning in het kader van de Ruimte-voor-Ruimteregeling (zie hieronder);
• niet-agrarische ruimtelijke ontwikkelingen in beginsel onder voorwaarden in de
groenblauwe mantel dan wel agrarisch gebied zijn toegestaan, mits er onder
andere sprake is hergebruik van vrijkomende agrarische bebouwing.
Als regel is voor de ontwikkeling van niet-agrarische functies in het landelijk gebied
de zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit en de kwaliteitsverbetering van het landschap
van toepassing (zie hieronder).
Ruimte-voor-Ruimte
De verordening bevat een basisregeling voor de ruimte-voor-ruimte regeling en
geeft Gedeputeerde Staten de mogelijkheid aanvullende regels te stellen. De Beleidsregel
Ruimte-voor-Ruimte 2006 is voorlopig aangewezen als nadere regeling.
Deze beleidsregel heeft tot doel de ruimtelijke kwaliteit van het platteland te verbeteren.
De laatste jaren komt namelijk een snel toenemend aantal agrarische bedrijfsgebouwen
vrij als gevolg van bedrijfsbeëindiging. Om leegstand en verval van
deze bebouwing tegen te gaan is deze regeling in het leven geroepen. De regeling
houdt, kort samengevat, in dat in ruil voor de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen
die in gebruik zijn of waren voor intensieve veehouderij en gelegen in het reconstructiegebied,
de nieuwbouw van woningen op passende locaties toe wordt
gestaan. Via de ruimte-voor-ruimte regeling kan worden afgeweken van de programmering
voor de woningbouw of, indien nodig, van de beleidslijnen voor zuinig
ruimtegebruik of dat geen burgerwoningen mogen worden toegevoegd aan het
buitengebied.
Bevordering van ruimtelijke kwaliteit
De provincie wil de ruimtelijke kwaliteit van Brabant bevorderen. Dit betekent dat
nieuwe ontwikkelingen een bijdrage leveren aan de kernkwaliteiten van Brabant.
Iedere gemeente is in beginsel vrij om haar eigen invulling te geven aan de verschillende
elementen van ruimtelijke kwaliteit. Van oudsher heeft de provincie een rol in
Hoofdstuk 2 21