20.04.2014 Views

Toelichting - Gemeente Rucphen

Toelichting - Gemeente Rucphen

Toelichting - Gemeente Rucphen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

146<br />

132 Bosheidestraat 5b, IA11/09605<br />

Korte inhoud ingediende reactie:<br />

a. Reclamant is van mening dat voor zijn woning, welke nu in een bouwvlak met een<br />

drietal andere woningen is gesitueerd, een afzonderlijk bouwvlak opgenomen dient<br />

te worden. Dit om reden dat er een aanzienlijk bijgebouw is gesitueerd welke niet<br />

voor woondoeleinden wordt gebruikt. Het betreft een werktuigenberging van<br />

190m². Allereerst is reclamant van mening dat er een specifieke aanduiding<br />

werktuigenberging opgenomen dient te worden. Het is destijds door de toenmalige<br />

eigenaar als werktuigenberging gerealiseerd en nog steeds als zodanig in gebruik.<br />

Gelet hierop dient artikel 25.1.1 ook aangevuld te worden met de aanduiding<br />

verwijzend naar de werktuigenberging. Het is onterecht deze blijvend weg te<br />

bestemmen en onder het overgangsrecht te laten vallen. De reden waarom deze<br />

onder het overgangsrecht is komen te vallen is dat hier voorheen een<br />

kalverenbedrijf was gevestigd. Deze is gesaneerd en de werktuigenberging bleef<br />

staan omdat het hier geen bebouwing betrof behorende tot de intensieve<br />

veehouderij. Deze is in gebruik van de buurman als werktuigenberging en stalling.<br />

Het destijds weg bestemmen is ten gevolge van het gebruik van de Regeling<br />

Beëindiging Veehouderijen. Bezwaar maken tegen het voorbereidingsbesluit en<br />

tegen de mogelijke aanpassing van het bestemmingsplan was niet gerechtvaardigd.<br />

Reclamant heeft om deze reden destijds daarvan afgezien. De termijn van al dan<br />

niet bezwaar maken volgens de RBV-regeling is afgelopen daar deze een termijn<br />

van 10 jaar betrof. Er moet zicht zijn op eindig gebruik binnen een planperiode en<br />

zo niet dan een positieve bestemming worden opgenomen. Nu de gemeente geen<br />

concrete stappen heeft ondernomen tot sanering van de werktuigenberging is<br />

reclamant van mening dat het opnemen van een positieve bestemming alleszins<br />

reëel is.<br />

b. Een andere zienswijze is gericht tegen artikel 25.2.3 waarin is bepaald dat<br />

gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken maximaal 100m² mag<br />

bedragen. De formulering brengt de rechtszekerheid in het geding aangezien bij<br />

een strikte uitleg van deze bepaling gelezen kan worden dat de 4 woningen samen<br />

100m² aan bijgebouwen mogen. Reclamant veronderstelt dat de bedoeling is dat<br />

per woning 100m² aan bijgebouwen mogelijk is. Reclamant zelf heeft een<br />

bijgebouw van 200m² en nog twee andere bijgebouwen van globaal 50m². Dit zou<br />

betekenen dat bij de overige woningen geen bijgebouwen meer mogelijk zouden<br />

zijn. Reclamant vindt het noodzakelijk dat in het kader van de bouwvoorschriften<br />

bij artikel 25.2.3 uitzondering voor de oppervlaktemaat wordt opgenomen voor de<br />

bijbehorende bouwwerken van 240m² behorende bij zijn perceel.<br />

c. Reclamant verzoekt het opnemen van een wijzigingsbevoegdheid die kan voorzien<br />

in ander gebruik van de werktuigenberging. Hierbij wordt gedacht aan stalling van<br />

caravans of het vestigen van een licht milieuhindergevoelig bedrijf. Bij voormalige<br />

agrarische bedrijven is het wel toegestaan om een categorie 1 dan wel categorie 2<br />

bedrijfsactiviteit toe te staan. Reclamant is van mening dat als potentieel gebruik<br />

gelijk geschaard zou kunnen worden met een VAB-aanduiding dat ook hier<br />

mogelijkheden moeten kunnen worden geboden in het kader van het gebruik.<br />

d. Ten slotte wijst reclamant op de recentelijk afgegeven bouwvergunning in het kader<br />

van de werktuigenberging. Ook om die reden dient een positieve bestemming<br />

opgenomen te worden.<br />

Inhoudelijke reactie:<br />

a. Zoals in onze reactie op de inspraakreactie al is aangegeven hebben wij de<br />

verbeelding zodanig aangepast dat duidelijk blijkt dat er binnen het bouwvlak<br />

sprake is van 4 woningen. Aangezien de woningen hier sluitend aan elkaar zijn<br />

gelegen wordt dit als 1 bouwvlak aangeduid. Eveneens hebben wij destijds<br />

aangegeven dat de werktuigenberging een van de bijgebouwen is behorende bij de<br />

woning. Een aparte bestemming voor de werktuigenberging zal niet worden<br />

opgenomen. Zoals in onze reactie op de inspraakreactie eveneens is aangegeven is<br />

de werktuigenberging, welke destijds onderdeel van het bedrijf was, opgenomen in<br />

het “Reparatieplan bestemmingsplan Buitengebied 1998” uit 2007. Er is hier dus<br />

geen sprake van een pand welke onder het overgangsrecht valt.<br />

b. De planregels opgenomen in artikel 25.2.3 betreffende bijgebouwen zijn gericht op<br />

zichzelf staande bouwvlakken. Aangezien er in het bestemmingsplan ook<br />

aansluitende bouwvlakken voorkomen met meerdere woningen zullen de planregels<br />

hiertoe worden aangepast.<br />

146

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!