Toelichting - Gemeente Rucphen

111
103 Heesterbosstraat 7, (IA11/09561)
Korte inhoud ingediende reactie:
a. Aan de Heesterbosstraat 7 te Zegge is een bedrijf gevestigd met zowel een tak
melkveehouderij, als intensieve varkenshouderij. Het ingetekende bouwblok komt
niet overeen met de geldende situatie, omdat de bestaande kuilvoerplaten niet
binnen het bouwblok vallen. Gevraagd wordt hier het bouwblok te vergroten, zodat
de sleufsilo’s er binnen vallen.
b. Op basis van het bepaalde in het reconstructieplan De Baronie is het niet
toegestaan om intensieve veehouderijen in extensiveringsgebieden te beperken in
hun uitbreidingsmogelijkheden. Milieutechnisch zijn er nog mogelijkheden voor
bedrijfsontwikkeling.
c. Indien toch wordt besloten om een maximale maat op het perceel te nemen, dan
wordt verzocht om de correcte oppervlakte op te nemen voor slechts de intensieve
veehouderij, te weten 430 m2 en geen beperking voor de grondgebonden
veehouderij op te nemen.
d. Gevraagd wordt om duidelijker op de verbeelding en in de regels op te nemen dat
hier sprake is van een neventak intensieve veehouderij en dat vergroting van het
bouwvlak ten behoeve van het grondgebonden bedrijf wel mogelijk blijft.
e. Hoewel reclamant reeds heeft aangegeven dat de intensieve tak van zijn bedrijf in
2018 wordt beëindigd, wenst hij wel de mogelijkheid open te houden om dit toch
voort te zetten, omdat bijvoorbeeld het beleid, of de techniek kan veranderen.
f. Gevraagd wordt om in de planregels de mogelijkheid op te nemen om het bouwvlak
te veranderen, waarbij de oppervlakte van het bouwvlak gelijk blijft.
g. Het genoemde bouwblok is gelegen in een gebied met archeologische
verwachtingswaarde. Vanwege verstoringen uit het verleden is het niet aannemelijk
dat hier nog archeologische waarden in de bodem aanwezig zijn. Verzocht wordt
om binnen het bouwvlak de archeologische verwachtingswaarden te verwijderen.
Inhoudelijke reactie:
a. Overeenkomstig het bestemmingsplan ‘Buitengebied Rucphen 1998’, is ook in
voorliggend bestemmingsplan een regeling opgenomen die dergelijke bouwwerken
toestaan buiten het bouwvlak. Het is derhalve niet nodig de vorm van het bouwvlak
aan te passen.
b. Het bepaalde in de reconstructieplannen heeft geen rechtstreekse doorvertaling in
het bestemmingsplan. Dit in tegenstelling tot de Verordening Ruimte. In de
Verordening Ruimte is onder art 9.2.1.a opgenomen dat nieuwvestiging,
uitbreiding, hervestiging van en omschakeling naar intensieve veehouderij niet is
toegestaan binnen de extensiveringsgebieden. Dit is een regel die de provincie
oplegt aan de gemeenten in Noord Brabant. De gemeente kan hier dan ook niet
vanaf wijken en heeft de verplichting om dit door te vertalen in haar
bestemmingsplan. De planregels zullen derhalve niet aangepast worden op dit
punt.
c. Dit is correct.
d. In geval van een gemengd bedrijf is het in beginsel mogelijk het bouwblok te
vergroten, mits de intensieve veehouderijtak niet groter wordt dan de omvang van
het vigerende bouwperceel. Het bestemmingsplan zal zo worden aangepast dat
blijkt dat bij een gemend bedrijf met een intensieve veehouderijtak de
grondgebonden tak wel uitgebreid mag worden.
e. Er ontbreekt in het ontwerpbestemmingsplan een wijzigingsbevoegdheid voor
vormverandering van het bouwvlak van grondgebonden agrarische bedrijven. Deze
wordt alsnog toegevoegd. Vormverandering van een intensieve veehouderij in een
extensiveringsgebied is niet toegestaan.
f. Wanneer reclamant van mening is dat zijn gronden in het verleden reeds zijn
geroerd tot op een bepaalde diepte, dan hoeft dit niet te betekenen dat
archeologische resten hiermee zijn verdwenen, dit is afhankelijk van de mate en
diepte van de verstoring en het type archeologische resten dat wordt verwacht.
Alleen een archeologisch vooronderzoek kan hier uitsluitsel over geven. In zijn
algemeenheid geldt dat het betrokkenen vrij staat om gegrond aan te tonen dat de
bodem inderdaad tot op een bepaalde diepte is geroerd en exact waar (op
perceelsniveau). Indien dit aan te tonen is, dan kan het perceel tot op de
aangetoonde diepte vrij gegeven worden van het aspect archeologie. Het gaat
hierbij enkel om percelen die op een bepaalde diepte al jaren zijn bewerkt. Indien
111