0 S 2 \> ° { °\ - Acehbooks.org

222 ACHTSTE HOOFDSTUK.
het uitzeilen, zoodat 's Land schepen, niet voorden
16» van Zomermaand 1803 de haven van Ferrol
verlieten. De Vice-Admiraal mögt, buiten de
hoogste noodzakelijkheid, geen havens aanhouden.
Door het Eskader van den Schout-Bij-Nacht
Dekker, Averd weinig uitgerigt. Ja, hij toonde de
Nederlandsche vlag, en Avel van zoo groote schepen
als nog zelden in de havens en op de kusten van
Java gezien waren. Dit was nuttig om het ontzag
voor de Nederlandsche magt, door de gebeurtenissen
der laatste jaren verzwakt, weder eenigermate
althans, te herstellen. Hij deed eene kruistogt
langs de Noord-, Oost- en Westkust van Java om
de zeeroovers te verjagen ; hij slaagde er in om
eerbied voor den Hollandschen naam op Java en
de naburige eilanden te doen herleven. — Hij had
in zijnen lastbrief het voorschrift om tegen of met
Lentemaand 1804 in het Vaderland terug te Avezen.
Dekker begon dus in tijds de toebereidselen tot
zijn vertrek te maken en de zeildag werd op den
15n van Wijnmaand 1803 bepaald. Dan er kwamen
tijdingen van vredebreuk op Java, welke, hoewel
niet officieel, den Gouverneur-Generaal deden
besluiten Dekker te verzoeken, in die onzekerheid,
ten minste te blijven tot do aankomst van de Brik
De Arend, Avelke men wist dat met brieven voor
de Hooge Regering uit Nederland was vertrokken,
en met iederen dag gewacht kon worden. De
Schout-Bij-Nacht meende aan dit verzoek niet te
mogen toogeven, dewijl in dat geval, hij geen voldoende
provisien zou overhouden, en dewijl het
langer verblijf in strijd was met zijne bevelen. Het
bleef dus zóó, en de Hooge Eegcring gelastte hem
om Be de France (Mauritius) aan te doen, ten