0 S 2 \> ° { °\ - Acehbooks.org

ELFDE HOOFDSTUK. 349
Slokkan, eigenlijk ten gemakke van het District
Buitenzorg aangelegd, was, van wege het verval
van 600 voet, in 1811 nog niet voltooid.
Deze inrigting werd vervolgens toegepast op
de geheele Noord-Oostkust, en den Inspecteur-
Generaal over de Cultures, de zorg voor de
koffijteelt in haar geheel, en in het bijzonder tot
pligt voorgeschreven. Hij vermögt nieuwe koffijtuinen
aanleggen, waar hij zulks geraden vond;
«het was hem aanbevolen, om, voor het geheele
eiland, ten aanzien van het planten der boomen,
het onderhoud, den pluk en de inzameling, eene
vaste en beproefde methode in te voeren '). » In
dier voege was het, dat, binnen drie jaren tijds, in
het Gouvernements gebied van Java 45,713,000
koffijboomen werden geplant, zoodat het geheele
getal boomen bedroeg 72,669,000. Dat getal moest
door jaarlijksche aanplant onderhouden worden.
Volgens den Gouverneur-Generaal zou de jaarlijksche
opbrengst wezen 300,000 pikols koffij, ter
verkoopwaarde van Rx. 6,000,000 papieren geld of
Rx. 4,500,000 zilver. Bepaalde extra voordeelen
zouden daarvan genoten worden, door de Gouvernements
Ambtenaren, zoodat allen bij den bloei
van de koffijteelt belang hadden. De verpligte
leverantie zou voor den Javaanschen landbouwer,
opbrengen van acht tot twaalf Rijksdaalders, en
hem, alles te zamen, geen zesde gedeelte van
het jaar aan arbeid kosten; in voege hem, voor
den rijstbouw en andere takken van landbouw of
cultuur, nog overvloedig tijd zoude overblijven.
Hoogst weldadig werkte dit stelsel, ook door
I) DAENDELS Verslag, blz. 49.