0 S 2 \> ° { °\ - Acehbooks.org

DERDE HOOFDSTUK. 75
orde, meenden te ontdekken. Uit het oogpunt van
de stellers der memorie toch kon niet ontkend worden:
«dat door de vernietiging van het vorig bewind
der Compagnie en de wijze waarop het nieuwe
is ingevoerd geworden; hunne regten niet alleen
geschonden, maar hun, op eene, ten eenemale wederregtelijke
wijze ontnomen zijn. » Er wordt opgemerkt
dat eerst, bij het einde van het Octrooi,
«de Sou verein het regt had order te stellen op
het bestuur van de algemeene belangen, die bij
het Octrooi zijn geconcemeerd geweest.» Ook was
de stelling onjuist dat de grondslag van het gebouw
geheel van aard en natuur is veranderd, enkel dewijl
de verleende onderstand nagenoeg twintig maal
het ingelegde kapitaal te boven gaat. Immers noch
Bewindhebbcren, noch Hoofd-participanten hebben
van hun regt op eigendom van de Indische Bezittingen
of producten afstand gedaan, en de opgenomene
gelden verschaffen geen regt verschillend
van dat van ieder schuldeischer op de bezittingen
van zijnen schuldenaar. — Aangenomen al eens
dat het bestuur der Compagnie zeer gebrekkig was
en grootelij ks verbetering of verandering behoefde ,
dan toch hadde een nieuw bestuur kunnen daargesteld
worden, zonder de regten der deelgenooten
te miskennen, zoo als inderdaad het ontwerp van
Holland tot daarstelling van eene Permanente Vergadering
van 17 n aan de hand gaf 1 ).— Welke noodzakelijkheid
, vraagt de memorie, was er, om aan
de Deelgenooten het regt te ontnemen om hunne
Bewindslieden te helpen verkiezen ? Wien kon het
1) Zie liet Verslag van de Commissie van den 15" van Zomermaand
1795 blz. 77 en 78.