0 S 2 \> ° { °\ - Acehbooks.org

TIENDE HOOFDSTUK. 311
De groote onderneming, ongetwijfeld eene grootsche
onderneming, was de aanleg van den Postweg
of Grooten-weg door het eiland, van Straat Sunda
tot aan Straat Balie. Deze weg van uitstekend
nut voor het gewone verkeer en de onderlinge
gemeenschap der ingezetenen, tot vermindering der
draagdiensten, was dit inzonderheid uit een militair
oogpunt. — Tot daartoe had de gewone gemeenschap
van Batavia met de andere steden lano-s de
Noordkust, zelfs met Cheribon, over zee plaats.
Vandaar het groote ongerief toen de Engelschen de
Noordkust geblokkeerd hielden. Eene reis van
Batavia naar Samarang bij voorbeeld, was met
rijtuig bijna niet denkbaar. Te paard of te voet,
dan wel met de pedattie (de Buffelkar) was de
eenige mogelijke gemeenschap over land; gedurende
den regentijd waren, zelfs voor pedatties, de
wegen vaak ondoorkomelijk. Men denke slechts
aan de reis over Java van den Gouverneur-Generaal
Van Imhoff, zestig jaren voor de komst van
den Maarschalk Daendels, en vergelijke die met
de reis van den Commissaris-Generaal Nederburgh.
De rigting van den weg, over een groot gedeelte
niet verre van het Noorderstrand, moest opgenomen
worden, en dat werk aan onderscheidene
Officieren worden toevertrouwd. Er waren onder
hen die voor de moeijelijkheden van den aanleg
terug deinsden. Daarom zocht men Daendels van
de onderneming af te schrikken. Nogtans het
beteekende bij hem niets, of men al den weg
beraamde over hooge bergen, of door moerassen of
over schrikbarende diepten. Niets hield den Gouverneur-Generaal
tegen, dewijl hij doordrongen
was van de noodwendigheid van eene groote heerbaan.