0 S 2 \> ° { °\ - Acehbooks.org

ó
ELFDE HOOFDSTUK.
aan de Buiten-Bezittingen te denkon. Immers er
viel op Java zooveel te veranderen, zooveel te
verbeteren, zooveel te hervormen, zooveel te scheppen,
dat het geenszins zou hebben bevreemd, indien
zijne krachten daarbij te kort geschoten waren.
En toch zijne werkzaamheid, zijne rusteloosheid
om alles zelf na te gaan, waren zoo groot, als
men, onder loodregte zonnestralen, van niemand
konde verwachten. Het scheen dat hij eene onverwrikbare
gezondheid de zijne noemen kon. Onder
die, voor velen uitputtenden arbeid, overstelpende
moeijelijkheden, bleef hem nog tijd overig om de
Bezittingen buiten Java, met belangstelling gade
te slaan. Maar de scheepvaart werd belemmerd
door de Engelsche kruisers, die vaak een' rijkgeladen
bodem wegnamen en door hun verschijnen
op de kusten, angst en ontsteltenis verspreidden.
Het was dus zeer bezwaarlijk het verkeer met de
Buiten-bezittingen, die bijna alleen uit de Molukken
bestonden, gaande te houden.
Vooral was zulks moeijelijk met Japan, van we^e
den afstand en het onstuimige vaarwater. — Bij
zijne terugkomst van Dezima in 1805 had Wardenaar
van dien handel het hooge gewigt doen
gevoelen, opdat men toch vooral zoude trachten
aan het verlangen van het Japansch Bewind te
voldoen. Tn het volgende jaar werden twee Nederlandsche
schepen naar Nagasaki gezonden, en
hierdoor geholpen, slaagde Doeff er in om eene
nieuwe overeenkomst tot stand te brengen, ten
gevolge waarvan men eene toegift kreeg van 434
pikols kamfer, die door de verwisseling van Compagnies-,
in Kambang-rekening, tot veel verminderden
prijs werden geleverd. — In het jaar 1807