0 S 2 \> ° { °\ - Acehbooks.org

TWAALFDE HOOFDSTUK.
405
Zeer gering was de voorraad en de militair zag
geene kans zich levensbehoeften of versnaperingen
aan te schaffen ; evenmin was er voor paardenvoeder
gezorgd ; er waren geen hutten voor den nacht, die
door den soldaat onder den blooten hemel moest _
worden doorgebragt.
Van den Sultan waren eindelijk hulpbenden, een
even ongeregelde hoop als die van den Keizer,
aangekomen. ' Dezen vormden den linker vleugel
van de stelling, die van den Keizer de rregter
vleugel. Het midden werd bezet door het legioen
van Prang-Wedono. In de tweede linie had men
het onlangs aangeworven Legioen van den Kolonel
Von Franquemont en het Samarangsche Garnisoens-
Bataillon. In alles telde men met de inlandsche
manschappen van Samarang 8350 koppen , waarbij
op den 14 n nog kwam de Luitenant-Kolonel Bartlo
met 500 man, gewis de beste troepen van het
geheel ') tIoe weinig staat er op die krijgsmagt
o-emaakt kon worden, heeft men bereids kunnen
nagaan. Alleen op de Artilleristen, hoe gering ook in
getal voor de 22 stukken van verschillend kaliber,
kon gerekend worden.
Eerst des namiddags van den 12" ontwaarden de Engelschen
dat de stad verlaten en de batterijen zonder
geschut waren. Dien avond landde Kolonel Gibbs en
bezette de stad, zonder den minsten tegenstand te
l) In VeUlogt op Java staat op de schetskaart der stelling op do
Hoogten van Jatty, opgegeven 6000'man van Solo en den Mataram;
1500 van Prang-Wcdono en in alles 8200 koppen. Bij den Heer
Mr. P. MIJEB bedragen de manschappen van de Vorstenhoven 5000,
van het Regentschap van Samarang 1000, van Prang-Wedono 1400,
in alles 8350 man, waarbij later de 500 man van Bartlo geteld
moeten- yorden.