11.07.2015 Views

Concept Richtlijn Erfelijke darmkanker 2007 versie 7 - Oncoline

Concept Richtlijn Erfelijke darmkanker 2007 versie 7 - Oncoline

Concept Richtlijn Erfelijke darmkanker 2007 versie 7 - Oncoline

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Overige overwegingenGezien de multidisciplinaire aanpak van duodenale polyposis is tijdige verwijzing naar eenacademisch centrum met expertise in endoscopische behandeling en pancreas- enduodenum-chirurgie geïndiceerd.Er is geen prospectief onderzoek naar de optimale surveillance-frequenties verricht. Defrequenties worden gebaseerd op de gepubliceerde kansen op ontwikkelen vanduodenumcarcinoom en de gemiddelde leeftijd hierop, zoals ook is gedaan in verschillendeandere (internationale) richtlijnen.Gezien de aanwijzingen voor een verschuiving van de ernst van duodenale polyposis bijFAP-patiënten naar hogere Spigelman-stadia (het meest waarschijnlijk als gevolg van eenbetere kwaliteit van endoscopen) is het huidige risico op duodenumcarcinoom voor deverschillende stadia niet goed bekend (Dekker 2006). Met deze ontwikkeling wordt in dezerichtlijn echter (nog) geen rekening gehouden.Ook bij AFAP en MAP komt duodenale polyposis voor. Tot op heden zijn enkele gevallenvan duodenumcarcinoom beschreven, waarvan twee in Nederland (Nielsen 2006). Deprevalentie van duodenale polyposis en het risico op carcinoom bij AFAP en MAP zijn echternog onbekend. Zolang deze gegevens ontbreken lijkt het logisch en praktisch voor dezepatiënten het duodenum surveillance-schema zoals bij FAP te volgen.AanbevelingenEndoscopische surveillanceBij FAP, AFAP en MAP-patiënten is regelmatige endoscopische surveillance van hetduodenum met voor- en zijwaartskijkende endoscoop geïndiceerd. Hiermee dient men op25-30-jarige leeftijd te beginnen.Bij elke endoscopie dient ter beoordeling van de ernst van de duodenale polyposis deSpigelman-classificatie te worden bepaald op basis van het tellen, opmeten en biopteren vande poliepen (zie figuur 5.1).De frequentie van duodenum-surveillance is afhankelijk van de ernst van de duodenalepolyposis zoals vastgesteld middels het Spigelman-stadium (zie tabel 5.12).Bij deze surveillance gastroduodenoscopieën dient ook inspectie van de maag plaats tevinden. Bij deze patiënten is in de fundus en het corpus meestal sprake van fundic glandpolyps waartussen zich adenomen kunnen bevinden. In het antrum komen eveneensadenomen voor.<strong>Concept</strong> landelijke richtlijn erfelijke <strong>darmkanker</strong> <strong>versie</strong> 7 d.d. 7 november <strong>2007</strong>.106

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!