11.07.2015 Views

Concept Richtlijn Erfelijke darmkanker 2007 versie 7 - Oncoline

Concept Richtlijn Erfelijke darmkanker 2007 versie 7 - Oncoline

Concept Richtlijn Erfelijke darmkanker 2007 versie 7 - Oncoline

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

4.1.3 Hoe kan het gebruik van preventieve maatregelen bij Lynch syndroom enadenomateuze polyposis worden bevorderd?InleidingErfelijkheidsadvisering bij Lynch syndroom en adenomateuze polyposis heeft als belangrijkdoel de morbiditeit en mortaliteit die gevolg kunnen zijn van late diagnose en behandelingvan colorectaal carcinoom te verlagen. Belangrijk is daarom de advisering over het te volgencontroleschema. Bij Lynch syndroom bleek, dat er een belangrijke winst valt te behalen,indien de adviezen voor periodieke controle worden opgevolgd: een reductie van meer dan50% in de incidentie van colorectaal carcinoom en een afname van 85% in totale mortaliteit(Järvinen 1995, Järvinen 2000). Niet de effectiviteit van de periodieke controle is in hetgeding, maar wel het onvoldoende opvolgen van adviezen voor periodieke colonoscopie(Lynch 1993). Bij familiair colorectaal carcinoom varieerde het percentage compliance van50% tot 80% (Houlston 1990, Vasen 1995, Stephenson 1993, Richardson 1995, Harris 1997,Kinney 2000), bij Lynch sydnroom van 63% tot 93% (Hadley 2004, Ponz de Leon 2004, Jass1992, Stanley 2000, Järvinen 2000, Wagner 2005).De vraag is nu welke factoren geassocieerd zijn met compliance, zodat aanbevelingenkunnen worden gegeven, die het gebruik van preventieve maatregelen optimaliseren.Samenvatting van de literatuurEr zijn veel studies verricht naar de compliance met periodiek darmonderzoek bij individuenmet een verhoogd risico op colorectaal carcinoom. Slechts in vier van deze studies zijnechter factoren geanalyseerd, die samenhangen met verminderde compliance (Lynch 1993,Hadley 2004, Halbert 2004, Bleiker 2005). Ten eerste is de mutatiestatus van belang: bijmutatiedragers bleek de compliance hoger dan bij individuen, die hun mutatiestatus nietkenden. Andere factoren die positief gerelateerd bleken aan compliance waren oudereleeftijd (Hadley 2004) en een gevoel van controle op de ontwikkeling van colorectaalcarcinoom door het laten verrichten van periodiek onderzoek (Halbert 2004). In eenNederlandse studie waren ervaren obstakels bij het ondergaan van darmonderzoek zoalspijn en gêne negatief gecorreleerd aan compliance (Bleiker 2005). De voorbereiding van decolonoscopie, de lavage, werd als het meest belastende onderdeel van het darmonderzoekgenoemd (Bleiker 2005). Tevens kwam in deze Nederlandse studie naar voren dat niet inalle ziekenhuizen sedatie bij colonoscopie werd aangeboden. Van de ondervraagden gaf61% aan dat de mogelijkheid om sedatie te krijgen, de drempel om een colonoscopie teondergaan zou verlagen. Hiernaast bleek dat het ontvangen van herinneringsbrieven, metdaarin een oproep voor darmonderzoek, positief geassocieerd was met compliance. Lynchbeschreef op grond van een viertal case-studies, dat angst, ontkenning, een gebrek aankennis over onderzoeksprocedures en financiële beperkingen een rol speelden bij hetuitstellen van controles op colorectaal carcinoom (Lynch 1993). In deze Amerikaanse studiespeelden ziektekostenverzekeringen waarschijnlijk een andere rol spelen dan in deNederlandse situatie.ConclusiesNiveau 3Bij Lynch syndroom is bij mutatiedragers de compliance met periodiekecolonoscopie hoger dan bij individuen uit deze families, die hunmutatiestatus niet kennen.C Lynch 1993, Hadley 2004, Halbert 2004, Bleiker 2005<strong>Concept</strong> landelijke richtlijn erfelijke <strong>darmkanker</strong> <strong>versie</strong> 7 d.d. 7 november <strong>2007</strong>.70

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!