Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
130 Jeremia 43 : 4. UITLEG.<br />
Jeremia zelven nog niet de schuld van zulk een gemeene bedoeling,<br />
maar zijn secretaris, waarvoor ze toch evenmin eenigen redelijken grond<br />
kunnen aanvoeren. Zoo zien we hier weer, hoe <strong>het</strong> menschelijk oordeel<br />
zich op een dwaalspoor laat leiden, wanneer <strong>het</strong> hart niet in de goede<br />
verhouding tot God staat; <strong>het</strong> verstand volgt <strong>het</strong> hart. Den eenige onder<br />
hen, die de waarheid dient, schelden ze uit voor een leugenaar (vs. 2)<br />
en tegen Baruch komen zij met een puren leugen op. Dat was <strong>het</strong> antwoord<br />
op Gods woord en Jeremia's liefde. Zelfs de aantasting in zijn eer van<br />
wat zijn levensroeping was, wordt den profeet niet gespaard: hij heet een<br />
leugenaar. Welk een ontzaglijk kruis moet dat weer voor hem geweest zijn!<br />
4, 5 Allen zijn ongehoorzaam en trekken toch naar Egypte. Hier wordt<br />
nu niet meer Azarja, maar, evenals tevoren, weer Jochanan als leider<br />
genoemd. Met een fijn trekje teekent Baruch <strong>het</strong> tragische van deze<br />
expeditie: de eens verstrooiden, die in <strong>het</strong> land van Juda rust hadden<br />
7 gevonden, trekken er nu weer uit. In Tachpanches is <strong>het</strong> eerste oponthoud.<br />
Deze plaats moet gezocht worden, waar nu de Tell-Defenne is, 17 KM.<br />
westelijk van el-Kantara-West, bij den Pelusischen Nijlarm. F l i n d e rs<br />
Pet ri e heeft in 1886 dezen heuvel onderzocht en de ligging van de oude<br />
stad bepaald. Bij de Grieken heette zij Daphnai; de Septuagint noemt<br />
haar Taphnai (2 : 16; Ez. 30 : 18).<br />
Jeremia moet de verovering van Egypte door Nebukadrezar voorspellen,<br />
8 vs. 8-13. — Op deze- plaats nu ontvangt de profeet weer een woord<br />
Gods. Hier was een grensvesting tegen <strong>het</strong> Oosten; waarschijnlijk moesten<br />
de vluchtelingen hier een tijd wachten, voordat zij van de autoriteiten<br />
9 verlof kregen, Egypte binnen te trekken. Hier was een „paleis" van<br />
Faraó, een verblijf, waar de koning zich bij een bezoek aan de, uit militair<br />
oogpunt, belangrijke plaats ophield. Dit koninklijk verblijf was <strong>het</strong> zichtbaar<br />
teeken van de macht van den Farao. Wij kunnen ons zoo voorstellen,<br />
hoe de gevluchte Joden dat gebouw met respect bekeken: dat machtige<br />
Egypte was voor hen toch maar een veilige toevlucht! Daarom moet<br />
Jeremia nu juist op dèze plek aan de Judeeërs een teeken geven, dat de<br />
machteloosheid van Egypte illustreert. In tegenwoordigheid van enkele<br />
der vluchtelingen als getuigen moet hij enkele groote steenen begraven<br />
10 in den grond vóór <strong>het</strong> koninklijk verblijf. Wat beteekent deze wonderlijke<br />
manier van doen? Dat zal hun gauw gezegd zijn. Ja, dat Egyptisch<br />
paleis staat er nu nog en de Egyptische macht bewaakt nóg de grens ... .<br />
maar op deze zelfde plek zal eens Nebukadrezar zich zetten op zijn<br />
1 koninklijken zetel! Dan zal de Egyptische macht, nu door de Judeeërs<br />
bewonderd, niets beteekenen. De prachtige tempels van de Egyptische<br />
12 goden zullen geplunderd worden; ja, de koning van Babel zal zonder<br />
eenige moeite Egypte nemen en plunderen en <strong>het</strong> ongehinderd weer<br />
13 verlaten. De obelisken van den zonnetempel te On (Heliopolis, „Zonnestad",<br />
noordelijk van <strong>het</strong> huidige Cairo) waren een wonder der oudheid.