You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
jeremia 50 : 30. UITLEG. 161<br />
37 : 23) en wil hij dus zeggen: de straf, die dat wereldrijk trof, zal ook <strong>het</strong><br />
30 schuldige Babel niet ontgaan; <strong>het</strong> oordeel is onherroepelijk (49 26).<br />
31 Nu sluit zich de kleine cyclus van deze profetie; <strong>het</strong> eind herinnert<br />
aan den aanhef : Babel is de gepersonifiëerde hoogmoed. Het zal vallen<br />
(Am. 5 : 2) en niet weer opstaan, <strong>het</strong> heeft zijn tijd gehad ; <strong>het</strong> geheele<br />
rijk zal door den oorlog worden geteisterd (21 : 14).<br />
33 't Zwaard over Babel! vs. 33-40. — Treurig is <strong>het</strong> lot van de ballingen,<br />
zoowel uit Israël als uit Juda. Zij mogen niet terug; hun overwinnaars<br />
houden hen vast, gelijk vroeger Farao de stammen in Egypte<br />
34 (Ex. 9 : 2; 7 : 14; Jes. 14 : 17). Maar er is Eén, die sterker is dan<br />
Babel: de Verlosser van <strong>het</strong> oude, uitverkoren volk (Spr. 23 : 11; Jes.<br />
43 : 14; 47 4). Hij zal voor de zijnen opkomen en hun rust brengen,<br />
door Babel, dat de geheele wereld in onrust bracht, te overwinnen<br />
( Jes. 14 : 5-8, 16; Nah. 3 : 19).<br />
35 Hoe God dat doen zal, beschrijft de profeet in „een zwaardlied van<br />
geestelijk-symbolischen zin tegen Babel, reflecteerend op <strong>het</strong> werkelijk<br />
krijgsbedrijf. Het is van verschrikkelijke schoonheid en geweldig suggestieve<br />
kracht. Ge ziet den held voor u, met bliksemend oog, <strong>het</strong> zwaard<br />
trillend in de hoog opgeheven vuist, de slagorden inspireerend tot den<br />
strijd" (Dr B. Wi el en g a, De Bijbel als boek van schoonheid, blz. 243).<br />
Het geheele volk en de geheele regeering worden getroffen; de „wijzen"<br />
36 zijn de diplomaten. De orakelpriesters moesten de voorteekenen raadplegen<br />
en verklaren; zij helpen nu <strong>het</strong> volk in den afgrond (Jes. 44 : 25).<br />
De dappere krijgslieden, aan wie Babel zooveel overwinningen te danken<br />
had, versagen.<br />
37 Ook paarden en strijdwagens baten niets en de troepen, die helpen<br />
moesten, zijn onmachtig van vrees. Zoo vallen de groote schatten, die<br />
in Babel waren samengebracht, den vijanden in handen (51 : 13; Jes.<br />
38 45 : 3; Hab. 2 : 6). De stad lag wel aan „machtige wateren" (51 : 13;<br />
Ps. 137 : 1), den Eufraat met de vele kanalen, die niet alleen <strong>het</strong> land<br />
bevloeiden, maar ook de nadering van een vijand bemoeilijkten. Nebukadrezar<br />
vermeldt, hoe hij tegen een vij andelij ken overval <strong>het</strong> land<br />
„met machtige wateren als de golven der zee" omringde (East-India-<br />
House Inscriptie, kol. 6, reg. 39-55). Ook die sterke waterlinie zal Babel<br />
niet redden!<br />
De schuld van Babel ligt in de afgoderij. Werkelijk was <strong>het</strong> oude<br />
Babylonië „een land van afgodsbeelden". In de inscripties beroemen<br />
de koningen zich op hun zorgen voor tempels en godenbeelden. De laatste<br />
worden door den profeet spottend „monsters" genoemd: wat zijn die<br />
kostbare beelden ook anders, vergeleken bij den waarachtigen God?<br />
39 En daardoor laten die menschen zich nu inpalmen! Om die zonde zal<br />
<strong>het</strong> land van hooge cultuur een wildernis worden; de verwoesting zal<br />
radicaal zijn (49 : 18, 33; Jes. 13 : 19-22).<br />
VAN RAVEsTEIJN, Tekst en Uitleg, ferernia, II. 11