Edda vertaling van Frans Berding - Welkom - Germaans Genootschap
Edda vertaling van Frans Berding - Welkom - Germaans Genootschap
Edda vertaling van Frans Berding - Welkom - Germaans Genootschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De <strong>Edda</strong>, <strong>Frans</strong> <strong>Berding</strong>:<br />
_Egir_ is de god <strong>van</strong> de zomerzee, maar Hymir, (Gymir) de winterzeegod,<br />
regeert nog over het water: Egirs ketel is in Hymirs macht. Beiden,<br />
Egir en Hymir, zijn dezelfde reuzengod, lager in rang dan de Asen,<br />
en voorgesteld als twee personen. Hymir, de winterzeegod, is de<br />
zoon <strong>van</strong> de vrouw met negenhonderd hoofden--het gebergte dat de<br />
zee omgeeft,--voor zijn blik breken de zuilen en doet de ketels naar<br />
beneden vallen, zooals de winterzee met storm en kou en ijs de klippen<br />
vergruizelt. Als Hymir terugkomt <strong>van</strong> de jacht is zijn baard bevroren,<br />
en hij stapt zoo zwaar, dat de aarde er<strong>van</strong> beeft. Om het oogstfeest<br />
te kunnen vieren bij Egir gaat Thonarr diens ketel halen: eerst moet<br />
de macht <strong>van</strong> den zomer volkomen heerschen, de ketel moet in het bezit<br />
<strong>van</strong> den zomerzeegod zijn, vóór dat het graan is gerijpt en de oogst<br />
kan binnengehaald worden.<br />
Dat de zeegod de gastheer der goden op het oogstmaal is, is niet<br />
willekeurig. Zooals naar de voorstelling der oude Germanen het goud<br />
ontsproten is uit het water, zoo is ook het graan, het aardegoud, een<br />
product <strong>van</strong> het waterrijk. Men denke o. a. aan den goudroof <strong>van</strong> Loge<br />
in de beek <strong>van</strong> Andwari, zooals de Siegfriedsage dien verhaalt,--aan<br />
Gerda, die dezelfde is als Goudvreugde, de aan graan-goud rijke aarde,<br />
die de dochter en ge<strong>van</strong>gene <strong>van</strong> Hymir heet.<br />
Door Thonarrs kracht en den raad <strong>van</strong> Tyr komt de ketel in Egirs<br />
bezit. Tyr was waarschijnlijk de oude, door Wodan later verdrongen<br />
hemelgod, en zijn naam staat in verband met het grieksche Zeus, en<br />
het indische Dyaus, dat "hemel" beteekent (Tyr = Ziu = Tîw) Thonarr<br />
en Tyr zijn de machten <strong>van</strong> den zomer, zijn beiden ook strijdende<br />
goden. Dat in dit lied Thonarr meer op den voorgrond treedt dan Tyr,<br />
mag verklaard worden uit de voorstelling der Germanen, voor wie Thonarr<br />
de sterke bestrijder <strong>van</strong> de reuzen, der landbouw vijandige machten was,<br />
aan wien het dus wel was toevertrouwd den ketel bij Hymir te halen,<br />
opdat het oogstfeest kon worden gevierd.<br />
Op het _Feest bij Egir_ is de zaal met goud verlicht: alles is vol<br />
graan en zomerweelde.<br />
Maar de macht <strong>van</strong> den zomer is op het hoogste gekomen: Loge bespot<br />
alle goden en is hun zeer lastig. Aan allen, goden en godinnen,<br />
verwijt hij op dit feest <strong>van</strong> vruchtenrijpheid hun liefdesavonturen,<br />
en niemand blijft voor zijn spot gespaard. Maar dan komt Thonarr en<br />
jaagt Loge heen: zooals het laatste onweer in den zomer de hitte<br />
verdrijft. Loge gaat, maar met een onheilspellende bedreiging aan<br />
Egir,--reeds had hij Thonarr bespot, dat zelfs hij den wolf niet kon<br />
dooden, waardoor Wodan eens zou verslonden worden. In den tijd <strong>van</strong> den<br />
graanoogst komen zoo de teekenen <strong>van</strong> den herfst, het begin <strong>van</strong> den<br />
winter,--nadert de godenondergang. Wel bonden de goden Loge nog met<br />
stevige banden en lieten gif druipen op zijn hoofd, maar hij schudde<br />
© Het <strong>Germaans</strong> <strong>Genootschap</strong>, Wintermaand 2010 Pag. 124/135