Hoge kwaliteit - Belgian Biosafety Server
Hoge kwaliteit - Belgian Biosafety Server
Hoge kwaliteit - Belgian Biosafety Server
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Belgisch brandpunt voor Bioveiligheid<br />
1990-2010: 20 jaar risicobeoordeling van GGO’s en pathogenen<br />
Bernard Brochier | Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid<br />
De ontwikkeling en het in de handel brengen van een recombinant vaccin tegen rabiës<br />
In 1984 liet M.-P. Kiény van het Straatsburgse bedrijf<br />
Transgène in het tijdschrift Nature de constructie<br />
publiceren van een recombinant Vaccinia virus dat het<br />
glycoproteïne G (induceert antilichamen) van het<br />
rabiësvirus tot expressie brengt. Tussen Jenner en Louis<br />
Pasteur was een verband gelegd. Zeven jaar later, in<br />
1991, publiceerde het team van professor P.-P. Pastoret<br />
(faculteit Veterinaire Geneeskunde, Universiteit van Luik)<br />
in hetzelfde tijdschrift een artikel over de grootschalige<br />
uitroeiing van rabiës door de orale vaccinatie van vossen<br />
met behulp van het recombinant rabiës-vacciniavirus (V-<br />
RG). Het doel om dit genetisch gemodificeerde levende<br />
vaccin te gebruiken, bestond er precies in om de<br />
bioveiligheidsaspecten in het kader van de strijd tegen<br />
vossenrabiës door middel van vaccinatie te verbeteren.<br />
Er was inderdaad een alternatief nodig voor de<br />
conventionele vaccins op basis van een verzwakt levend<br />
rabiësvirus dat bij sommige diersoorten tot een residuele<br />
pathogeniciteit leidde. Tien jaar lang werd een nationaal<br />
programma voor de uitroeiing van vossenrabiës met het<br />
V-RG voortgezet. In totaal werden tussen 1989 en 2000,<br />
op een grondgebied van 10.000 km², 2.500.000<br />
vaccinale dosissen verspreid. De<br />
Wereldgezondheidsorganisatie en de World Organisation<br />
for Animal Health verklaarden België in 2001 vrij van<br />
rabiës. De toepassing van de orale vaccinatie met behulp<br />
van het V-RG werd voorafgegaan door talrijke proeven in<br />
een laboratorium en een proefstation om de<br />
onschadelijkheid, de doeltreffendheid en de stabiliteit van<br />
het nieuwe levende vaccin, voortvloeiend uit de<br />
technieken van de genetische modificatie, te evalueren.<br />
In een proefstation kon de afwezigheid van residuele<br />
pathogeniciteit van het V-RG worden aangetoond, zowel<br />
bij de doelgroep (jonge en volwassen vossen) als bij de<br />
diersoorten die niet tot de doelgroep behoorden. Bij de<br />
vossen werd tot 18 maanden na de inenting geen enkel<br />
klinisch symptoom noch letsel waargenomen. De<br />
afwezigheid van pathogeniciteit in deze groep kon<br />
ongeacht de dosis en de inentingsvorm gecertificeerd<br />
worden. De onschadelijkheid van het oraal toegediende<br />
V-RG werd eveneens aangetoond bij 3 soorten<br />
proefdieren, 5 tamme diersoorten en 14 wilde diersoorten<br />
die al dan niet met de vos in competitie zouden kunnen treden<br />
wat betreft het oppeuzelen van het vaccinale lokaas.<br />
Bij vossen, honden, katten, runderen, everzwijnen, dassen en<br />
fretten is geen enkele uitscheiding voldoende voor de<br />
overdracht van immuniserende titers van het V-RG<br />
vastgesteld. De genetische stabiliteit van het V-RG werd in<br />
vitro (opeenvolgende passages in cellijnen) en in vivo (vos,<br />
muizen) gecontroleerd. De epidemiologische risico's verband<br />
houdend met het verschijnen van asymptomatische dragers<br />
van het rabiësvirus konden weggewerkt worden. Een<br />
experimentele studie heeft bij de vos inderdaad verschijnselen<br />
van vroegtijdig of uitgesteld overlijden aangetoond als gevolg<br />
van een wisselwerking tussen vaccinatie en natuurlijke infectie.<br />
Na deze opeenvolging van proeven vond op 24 oktober 1987<br />
in het legerkamp van Marche-en-Famenne (verboden toegang<br />
voor het publiek) een eerste doelbewuste introductie van het<br />
V-RG in het leefmilieu plaats. Deze proef is verwezenlijkt nadat<br />
de <strong>Hoge</strong> Gezondheidsraad van België en de bevoegde<br />
militaire overheden hun toestemming hadden gegeven. Over<br />
een oppervlakte van 600 ha werden handmatig 250 vaccinale<br />
lokazen verspreid. Het V-RG zat in een capsule bestaande uit<br />
een verbinding van aluminium en plastic die in een kippenkop<br />
werd gestoken. Dit was een wereldprimeur. Deze eerste proef<br />
evenals de tweede proef, in 1988, op een grondgebied van<br />
435 km² in de provincie Luxemburg, bevestigden de<br />
onschadelijkheid van het V-RG bij de doelgroep maar ook bij<br />
de wilde en tamme diersoorten die niet tot de doelgroep<br />
behoorden. Door middel van een significante steekproef werd<br />
opgevolgd wat er na verloop van tijd met de vaccinale lokazen<br />
gebeurde: evolutie van de virustiter en overlevingsduur van het<br />
virus in verschillende milieugebonden omstandigheden,<br />
identificatie van de potentieel blootgestelde dieren,<br />
ongewervelden inbegrepen, enz. De talrijke opeenvolgende<br />
controles op onschadelijkheid die in een laboratorium en op<br />
het terrein zijn uitgevoerd, hebben aangetoond dat het<br />
genetisch gemodificeerde vaccin inzake bioveiligheid beter<br />
scoorde dan de conventionele vaccins. Van het zyklon B-gas,<br />
dat in de jaren 1970 nog voor de vernietiging van vossen werd<br />
gebruikt, tot het V-RG dat per helikopter werd verspreid en in<br />
1999 de uitroeiing van de ziekte mogelijk heeft gemaakt, lijdt<br />
het geen twijfel dat er spectaculaire vooruitgang inzake<br />
doeltreffendheid en bioveiligheid is geboekt.<br />
122