02.09.2013 Views

Hoge kwaliteit - Belgian Biosafety Server

Hoge kwaliteit - Belgian Biosafety Server

Hoge kwaliteit - Belgian Biosafety Server

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Belgisch brandpunt voor Bioveiligheid<br />

1990-2010: 20 jaar risicobeoordeling van GGO’s en pathogenen<br />

De omzetting van de richtlijn 2001/18/EG in Belgisch recht<br />

De richtlijn 2001/18/EG van het Europese parlement en de Raad is van kracht sinds 17 oktober 2002. Deze richtlijn wordt<br />

nochtans pas in 2005 in Belgisch recht omgezet (België is in september 2004 door het Europese Hooggerechtshof<br />

veroordeeld voor de laattijdige omzetting).<br />

Deze laattijdige omzetting wordt deels toegeschreven aan de complexiteit om de beschikkingen van de richtlijn in de<br />

Belgische institutionele context te implementeren, een probleem dat al rees bij de omzetting van de richtlijn 90/220/EEG<br />

(zie hoofdstuk 2), maar wordt hoofdzakelijk toegeschreven aan het feit dat het moeilijk was om een politiek akkoord te<br />

bereiken omtrent een dossier waarrond een hele polemiek is ontstaan.<br />

De omzetting begon in september 2001 in het kader van de ad hoc bioveiligheidsgroep van het CCIM (Coördinatiecomité<br />

Internationaal Milieubeleid, zie hoofdstuk 3), voorgezeten door dr. William Moens (destijds hoofd van de SBB) en in<br />

opdracht van de minister van Volksgezondheid. Een ontwerpbesluit voor de omzetting werd in oktober 2002 opgemaakt<br />

maar op de ministerraad verworpen. De politieke partijen die destijds aan de macht waren (liberalen, socialisten en<br />

groenen) werden het niet eens over een aantal beschikkingen van het ontwerpbesluit, in het bijzonder aangaande de<br />

maatregelen met betrekking tot de specificering van de plaats van de veldproeven met GGO's en, vooral, de wens van de<br />

groenen om te beschikken over sociaaleconomisch en ethisch advies (afgeleverd door een speciaal comité van experts<br />

van de Bioveiligheidsraad) voor elk project van doelbewuste introductie of commercialisering ter aanvulling van de<br />

wetenschappelijke risicobeoordeling (de Europese richtlijn biedt deze mogelijkheid maar legt ze niet op).<br />

Na de coalitiewissel van de federale overheid in mei 2003 (liberalen en socialisten, zonder de groenen) werden de<br />

gesprekken over de omzetting hervat maar er moest tot 21 februari 2005 worden gewacht tot het besluit van de omzetting<br />

van de richtlijn 2001/18/EG werd goedgekeurd. In vergelijking met het voorgaande besluit vereenvoudigde de nieuwe<br />

beschikking de administratieve kennisgevingsprocedures. Deze beschikking ontwikkelde en versterkte de informatie en de<br />

deelname van het publiek en voorzag in een ex-postevaluatie van de opvolging van de effecten van de veldproeven. Er<br />

werd niet ingegaan op het voorstel met betrekking tot sociaaleconomische en ethische evaluaties.<br />

Parallel met de evolutie van deze horizontale richtlijn (in die zin dat zij betrekking heeft op alle GGO's, ongeacht<br />

hun toepassingsgebied), zijn progressief ook sectorale reglementen ingevoerd (zie Figuur 4.1). Deze reglementen<br />

hebben betrekking op bepaalde soorten producten, in het bijzonder producten bestemd voor menselijk en dierlijk<br />

voedsel, en op medicinale producten voor menselijk of diergeneeskundig gebruik.<br />

Producten bestemd voor voedsel<br />

Tot in 1997 werd het in de handel brengen van GGO's of bijproducten bestemd voor menselijk of dierlijk voedsel<br />

in het kader van de richtlijn 90/220/EEG gereglementeerd. Vanaf 1997 werden de voedingsmiddelen voor de<br />

mens met of bestaand uit GGO's via de verordening (EG) nr. 258/97 betreffende de nieuwe voedingsmiddelen<br />

gereglementeerd. In deze context zijn enkele GGO's (zoals maïs Bt11) toegelaten voor de commercialisering en<br />

verschillende voedingsmiddelen vervaardigd met GGO's (olie, bloem, siroop, …). In deze gevallen werd het in de<br />

handel brengen toegelaten overeenkomstig een vereenvoudigde procedure (artikel 5 van de verordening) in<br />

zoverre deze nieuwe voedingsmiddelen werden beschouwd als wezenlijk gelijkwaardig met bestaande<br />

voedingsmiddelen of voedselbestanddelen wat betreft hun samenstelling, voedingswaarde, metabolisme, gebruik<br />

waarvoor zij waren bestemd en hun gehalte aan ongewenste bestanddelen.<br />

86

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!