Rapport over toekomst verkenningen - Turnaround Communicatie
Rapport over toekomst verkenningen - Turnaround Communicatie
Rapport over toekomst verkenningen - Turnaround Communicatie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
NAVO-lid om in geval van een gewapende aanval op een NAVO-lid in Europa of Noord-Amerika terstond,<br />
individueel en in samenwerking met de andere partijen op te treden op de wijze die zij nodig oordeelt – met<br />
inbegrip van het gebruik van gewapende macht – om de veiligheid van het Noord-Atlantisch gebied<br />
te herstellen en te handhaven.<br />
Europese Unie<br />
Een soortgelijke verplichting bestaat voor Nederland op basis van artikel V van het Verdrag van Brussel van<br />
1948 ten aanzien van de partijen bij dat verdrag. Deze verplichting gaat echter verder dan die in artikel 5 van<br />
het Noord-Atlantisch Verdrag, omdat partijen zich verplichten om de aangevallen partij alle militaire en<br />
andere hulp en bijstand te verlenen die in hun vermogen ligt. Als inzet van de krijgsmacht mogelijk is, is er<br />
in dit geval geen keuzemogelijkheid meer. De eerste hoofdtaak van Defensie is onder andere gebaseerd op<br />
inzet van de krijgsmacht op grond van deze verplichtingen.<br />
De lidstaten van de Europese Unie stellen civiele en militaire vermogens ter beschikking van de Unie.<br />
Deze vermogens kunnen worden ingezet voor de uitvoering van het Gemeenschappelijk Veiligheids- en<br />
Defensiebeleid (GVDB), en dragen zodoende bij aan het bereiken van de door de Europese Raad bepaalde<br />
doelstellingen. Lidstaten die onderling multinationale troepenmachten vormen, kunnen deze troepenmachten<br />
tevens ter beschikking stellen van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid.<br />
Het in december 2009 in werking getreden Verdrag van Lissabon stelt dat het Gemeenschappelijk<br />
Veiligheids- en Defensiebeleid de Unie voorziet van een operationeel vermogen waarvan zij gebruik<br />
kan maken voor missies buiten het grondgebied van de Unie met het oog op vredeshandhaving, conflictpreventie<br />
en versterking van de internationale veiligheid. Deze missies omvatten gezamenlijke<br />
ontwapeningsacties, humanitaire en reddingsmissies, advies en bijstand op militair gebied, conflictpreventie<br />
en vredeshandhaving, missies van strijdkrachten met het oog op crisisbeheersing, daaronder begrepen<br />
vredestichting, evenals stabilisatieoperaties na afloop van conflicten.<br />
Overigens houdt dit geen wijziging in ten opzichte van de situatie die bestond vóór inwerkingtreding<br />
van het Verdrag van Lissabon. Ook onder het nieuwe verdrag is eenparigheid van stemmen nodig voor<br />
besluitvorming.<br />
Het Verdrag van Lissabon bevat ook een verplichting tot wederzijdse bijstand tussen de lidstaten van de<br />
EU volgens een formulering die lijkt op Artikel V van het Verdrag van Brussel. Mede op aandringen van<br />
de Nederlandse regering is hieraan de erkenning toegevoegd dat de NAVO de basis is voor de collectieve<br />
verdediging van haar leden en het instrument voor de uitvoering van deze collectieve verdediging. Ook is de<br />
positie erkend van de neutrale lidstaten Ierland, Finland, Oostenrijk en Zweden.<br />
Voorts bevat het Verdrag van Lissabon een solidariteitsclausule (artikel 222), van toepassing bij terrorisme,<br />
een natuurramp of een door de mens veroorzaakte ramp. In geval van een dreiging van terrorisme kan<br />
de regering van de betreffende lidstaat de <strong>over</strong>ige lidstaten om bijstand vragen. De lidstaten besluiten<br />
gezamenlijk in welke vorm deze bijstand wordt verleend. Zij kunnen uitdrukkelijk ook besluiten van<br />
militaire middelen gebruik te maken. Op grond van deze clausule kan Defensie worden gevraagd in andere<br />
EU-lidstaten militaire bijstand te verlenen, maar dat geldt ook andersom. Deze clausule berust op de besluiten<br />
van de Europese Raad na de aanslagen in Madrid (verklaring van de Raad van 25 maart 2004).<br />
Nederland en Defensie in de wereld – Grondslagen voor de defensiebijdrage 26