Rapport over toekomst verkenningen - Turnaround Communicatie

Recommendations

Info

In het merendeel van de benchmark-landen is net als in Nederland de dienstplicht afgeschaft of de opkomstplicht opgeschort; Denemarken en Duitsland hebben de dienstplicht behouden, maar het aandeel dienstplichtigen binnen hun krijgsmachten is sterk verminderd. Alle benchmark-landen beschikken over land-, lucht- en zeestrijdkrachten. In Frankrijk, Italië en Polen bestaat de krijgsmacht, net als in Nederland (in casu de Koninklijke Marechaussee), voorts uit politie-eenheden met een militaire status. Wat de getalsmatige verhouding tussen krijgsmachtdelen betreft, laat de Nederlandse krijgsmacht zich vergelijken met de krijgsmachten van Australië en het Verenigd Koninkrijk. In Duitsland, Denemarken, Frankrijk, Italië en Polen is het aandeel van de landstrijdkrachten in de krijgsmacht groter dan in Nederland. Hoewel vooral de Europese benchmark-landen in tal van multinationale verbanden structureel samenwerken, overweegt geen van hen taakspecialisatie in de vorm van een keuze tussen land-, lucht- of zeestrijdkrachten. De Nederlandse krijgsmacht beschikt verhoudingsgewijs over kleinere aantallen wapensystemen. figuur 12 Vergelijking aantallen hoofdwapensystemen benchmarklanden Bron: IISS Military Balance 2009 Australie Belgie Canada Denemarken Duitsland Frankrijk Italie Polen Verenigd Koninkrijk gevechtsvliegtuigen luchttransport transporthelikopters gevechtshelikopters Nederland en Defensie in de wereld – Onze defensiebijdrage in internationaal perspectief 44 fregatten onderzeeboten mijnenbetrijdingvaartuig amfibische vaartuigen gevechtstanks Legenda: Groter aantal dan NL Vergelijkbaar aantal Kleiner aantal dan NL Niet aanwezig artillerie stukken
figuur 13 Het aantal actieve militairen per inwoner per land in 2009 Bron: International Institute for Strategic Studies, The Military Balance 2009 Omvang bevolking in miljoenen Omvang krijgsmacht in actieve militairen Aantal actieve militairen per 100.000 inwoners Totaal aantal internationaal ingezette militairen Aantal internationaalingezette militairen per 100.000 inwoners Denemarken 5,5 26.585* 483 991 18,0 Frankrijk 64,4 249.395** 387 14610 22,7 België 10,4 38.452 369 1019 9,8 Italië 58,1 185.235** 319 7811 13,4 Duitsland 82,3 250.613* 304 7708 9,4 Verenigd Koninkrijk 61,1 175.690 287 13254 21,7 Australië 21,3 54.747 257 2696 12,7 Nederland 16,7 40.804** 244 2279 13,6 Polen 38,5 78.600** 204 3446 9,0 Canada 33,5 65.722 196 2961 8,8 * Inclusief dienstplichtigen ** Exclusief paramilitaire eenheden, zoals de Marechaussee, Gendarmerie en Carabinieri Wat de inzetbaarheid van de krijgsmacht betreft, behoort Nederland met Canada, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk tot de kopgroep van de benchmark-landen die lid zijn van de NAVO. Naast de verbetering van de inzetbaarheid voor crisisbeheersingsoperaties is in de meeste benchmark-landen evenals in Nederland sinds het begin van deze eeuw sprake van een groeiende rol van de krijgsmacht ter ondersteuning van nationale civiele autoriteiten. Wat het ambitieniveau van de krijgsmacht betreft, geldt dat alle benchmark-landen over een krijgsmacht willen beschikken die tot hoog in het geweldspectrum kan optreden. Wat de omvang van de geambieerde bijdragen betreft, laat Nederland zich vergelijken met Australië, Canada en Polen, waarmee het tot een middencategorie behoort. Van de benchmark-landen hebben het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk in absolute aantallen het hoogste ambitieniveau, gevolgd door Duitsland en Italië. Denemarken en België hebben als kleinere landen een lager ambitieniveau dan Nederland. Het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk wijken af omdat zij tevens over een nucleair afschrikkingspotentieel beschikken. Sinds het einde van de Koude Oorlog is de operationele inzet van de benchmark-landen meer dan vervijfvoudigd, van ongeveer 11.000 militairen in 1990 tot ongeveer 65.000 militairen in 2007. Dit hangt samen met de sinds de Koude Oorlog sterk gegroeide vraag naar militaire bijdragen aan crisisbeheersingsoperaties. De afgelopen vijf jaar is deze vraag als gevolg van operaties in Irak, Afghanistan en Afrika nog verder toegenomen. Op dit ogenblik zijn mondiaal ongeveer 45 operaties aan de gang.7 Vooral het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk hebben bij voortduring een groot aantal militairen in operaties ingezet. Nederland draagt in kwantitatieve zin naar verhouding bij aan operaties: grotere landen als Canada, Australië en Polen leveren op dit ogenblik grotere bijdragen terwijl kleinere landen als Denemarken en vooral België een 7 Annual Review of Global Peace Operations 2009. Nederland en Defensie in de wereld – Onze defensiebijdrage in internationaal perspectief 45
Page 1: Eindrapport Verkenningen Houvast vo
Page 4 and 5: Colofon Dit rapport is een uitgave
Page 6 and 7: 8 Actoren 95 8.1 Grootmachten: het
Page 9 and 10: Voorwoord Op 1 maart 2008 heeft de
Page 11 and 12: Maar welke krijgsmacht hebben wij d
Page 13 and 14: Wat hebben de Verkenningen opgeleve
Page 15 and 16: Opdracht en doel van de Verkenninge
Page 17 and 18: Toekomstscenario’s en strategisch
Page 19: figuur 2 Structuur van het eindrapp
Page 22 and 23: 1. De belangen en doelstellingen va
Page 24 and 25: In het kader van de Verkenningen is
Page 26 and 27: 2. Grondslagen voor de defensiebijd
Page 28 and 29: NAVO-lid om in geval van een gewape
Page 30 and 31: Antillen en Aruba, zoals op het geb
Page 32 and 33: 3. Waar komen we vandaan? Onze defe
Page 34 and 35: figuur 4 De Nederlandse krijgsmacht
Page 36 and 37: figuur 5 Nederlandse militaire miss
Page 38 and 39: figuur 6 Enkele kenmerkende oefenin
Page 40 and 41: Aruba Curaçao figuur 7 Inzet krijg
Page 42 and 43: In internationaal verband wordt de
Page 44 and 45: licht gestegen. De uitgaven voor de
Page 48 and 49: aantal militairen kleinere bijdrage
Page 50 and 51: figuur 16 Bruto Binnenlands Product
Page 52 and 53: 5. Sterkten en zwakten van de huidi
Page 54 and 55: euro tekort komt. Dit tekort kan na
Page 57 and 58: Strategische vragen DEEL II DE KOME
Page 59 and 60: meer aandacht gekomen voor de veili
Page 61 and 62: figuur 21 Overzicht omgevingsanalys
Page 63 and 64: ontwikkeling van de militaire uitga
Page 65 and 66: internationale economische crisis,
Page 67 and 68: egelingen die op deze gebieden van
Page 69 and 70: 7. Drijvende krachten 7.1 Mondialis
Page 71 and 72: mondialisering. Een van de paradoxe
Page 73 and 74: ❚ Destabilisering van kwetsbare l
Page 75 and 76: Nederland Tot 2025 groeit de bevolk
Page 77 and 78: kelijkheid en de afwezigheid van to
Page 79 and 80: figuur 26 Het verband tussen energi
Page 81 and 82: waterbronnen en mijnbouwrechten. Ve
Page 83 and 84: toenemen. Klimaatverandering heeft
Page 85 and 86: uimtetechnologie, biotechnologie, n
Page 87 and 88: het automatiseren van dodelijk gewe
Page 89 and 90: De afgelopen decennia zijn criminel
Page 91 and 92: etekenis voor de regionale en de mo
Page 93 and 94: In Westerse landen heeft zich in de
Page 95 and 96: Niet alleen de geweldsintensiteit b
Page 97 and 98:
8. Actoren 8.1 Grootmachten: het Az
Page 99 and 100:
geldt zowel voor Europa, waar Rusla
Page 101 and 102:
De visie van… JOHN HULSMAN Een re
Page 103 and 104:
figuur 31 Fragiele staten Bron: The
Page 105 and 106:
De visie van … Thomas Barnett “
Page 107 and 108:
niet-gouvernementele organisaties,
Page 109 and 110:
tegenstand - ook van individuen die
Page 111 and 112:
De kracht van een gezamenlijk Europ
Page 113 and 114:
Implicaties voor onze veiligheid en
Page 115 and 116:
Nationale veiligheid, de komende tw
Page 117 and 118:
Toenemende regel- en informatiedruk
Page 119 and 120:
de omvorming van een krijgsmacht di
Page 121 and 122:
verdedigingstaak, namelijk als drem
Page 123 and 124:
De geschatte productie van cocaïne
Page 125:
De komende twintig jaar: anders en
Page 128 and 129:
9. Toekomstscenario's De in deel II
Page 130 and 131:
mondialisering. In NeTwerK zet het
Page 132 and 133:
die zich uitstrekt van Noord-Afrika
Page 134 and 135:
soevereiniteit van staten is niet o
Page 136 and 137:
van defensie-uitgaven ligt mondiaal
Page 138 and 139:
investeren in de relatie met de Eur
Page 140 and 141:
9.3 Scenario Netwerk Het scenario i
Page 142 and 143:
Europa Leeswijzer Manuel Castells,
Page 144 and 145:
❚ gewelddadige, extremistische ne
Page 146 and 147:
Ook is niet overal de hang naar aut
Page 148 and 149:
Veiligheids- en militaire implicati
Page 150 and 151:
Met behulp van een reeks workshops
Page 152 and 153:
10.1 Mondiaal “Verenigde Staten k
Page 154 and 155:
“Grootmachten raken plotseling ve
Page 156 and 157:
10.3 Koninkrijk “Pandemie leidt t
Page 159 and 160:
Strategische vragen DEEL IV BELEIDS
Page 161 and 162:
❚ internationale militaire samenw
Page 163 and 164:
omgevingsanalyse. Een stapeling van
Page 165 and 166:
In de toekomst zou ook meer aandach
Page 167 and 168:
versterken. Het moet daarbij gaan o
Page 169 and 170:
13.2 Grenstoezicht Grenstoezicht di
Page 171 and 172:
Beleidsoverweging: ICMS-plus? In he
Page 173 and 174:
ontwikkelingskosten te delen. Voorw
Page 175 and 176:
Beleidsoverweging: tijd voor verdie
Page 177 and 178:
15. Militair gebruik van de ruimte
Page 179 and 180:
16. Digitale veiligheid en weerbaar
Page 181 and 182:
Beleidsoverweging: versterking van
Page 183 and 184:
17.1 Defensiebijdrage aan de preven
Page 185 and 186:
18. Kostenontwikkelingen In de Verk
Page 187 and 188:
kleinere organisatie met minder, ma
Page 189 and 190:
HGIS-budget aan Defensie. Deze meth
Page 191:
Beleidsoverwegingen - Financieel ho
Page 194 and 195:
20. Strategische functies Het zorge
Page 196 and 197:
stabiliseren interveniëren figuur
Page 198 and 199:
Afschrikken Het gaat bij deze funct
Page 200 and 201:
het civiele terrein ligt, maken de
Page 202 and 203:
toegerust voor het vervullen van di
Page 204 and 205:
Naast het uitgangspunt dat de funct
Page 206 and 207:
Op grond van de toetsing van de kri
Page 208 and 209:
figuur 40 Beleidsopties als ontwikk
Page 210 and 211:
Elke beleidsoptie is op toekomstbes
Page 212 and 213:
mische karakter van veel conflicten
Page 214 and 215:
Politiek-strategische consequenties
Page 216 and 217:
Samenvatting van de ontwerp- parame
Page 218 and 219:
23. Beleidsopties 23.1 Beleidsoptie
Page 220 and 221:
❚ de aantasting van de soevereini
Page 222 and 223:
en maritieme knooppunten die van be
Page 224 and 225:
figuur 43 Veilig blijven nulvariant
Page 226 and 227:
- de gegarandeerde beschikbaarheid
Page 228 and 229:
figuur 45 Veilig blijven plus-varia
Page 230 and 231:
figuur 47 Veilig blijven min-varian
Page 232 and 233:
Politiek-strategische consequenties
Page 234 and 235:
lijft leveren aan de snelle-reactie
Page 236 and 237:
Militair-operationele consequenties
Page 238 and 239:
echten van de mens te voorkomen of
Page 240 and 241:
Personeel Deze beleidsoptie stelt h
Page 242 and 243:
Beschermen ❚ de bescherming - en
Page 244 and 245:
figuur 51 Kort en krachtig plus-var
Page 246 and 247:
figuur 53 Kort en krachtig min-vari
Page 248 and 249:
Wat zijn de consequenties? Alvorens
Page 250 and 251:
Flexibiliteit Omdat de krijgsmacht
Page 252 and 253:
Page 254 and 255:
Waarom deze beleidsoptie? Deze bele
Page 256 and 257:
elatief zelfstandig kunnen optreden
Page 258 and 259:
De krijgsmacht is in deze beleidsop
Page 260 and 261:
figuur 56 Veiligheid brengen nul-va
Page 262 and 263:
figuur 58 Veiligheid brengen plus-v
Page 264 and 265:
figuur 60 Veiligheid brengen min-va
Page 266 and 267:
Doelmatigheid Binnen de krijgsmacht
Page 268 and 269:
Page 270 and 271:
middelen. Het gaat om één geheel
Page 272 and 273:
stabilisatieoperaties en het optred
Page 274 and 275:
De veelzijdige inzetbaarheid van de
Page 276 and 277:
figuur 61 Veelzijdig inzetbaar nul-
Page 278 and 279:
figuur 62 Veelzijdig inzetbaar nul-
Page 280 and 281:
gevechtssteun en gevechtsondersteun
Page 282 and 283:
taire eenheden voor de steunverleni
Page 284 and 285:
veiligheid) en de militaire bijstan
Page 286 and 287:
De consequenties van de minvariant
Page 289 and 290:
SAMENVATTING EN CONCLUSIES
Page 291 and 292:
Maar welke krijgsmacht hebben wij d
Page 293 and 294:
Strategische functies van de overhe
Page 295 and 296:
eleidsoptie "VEILIGHEID BRENGEN" Ho
Page 297 and 298:
kernvraag is of de veiligheid van h
Page 299 and 300:
werkelijkheid waarin de krijgsmacht
Page 301:
Vijf strategische vragen voor de po
Page 304 and 305:
Annex A Overzicht consequenties van
Page 306 and 307:
Annex B Begrippenlijst Verkenningen
Page 308 and 309:
Annex C Dankwoord Aan het project-V
Page 310 and 311:
Deelnemers aan congressen, verdiepi
Page 312 and 313:
KTZ R. van Noppen, kol R.C. Nulkes,
Page 314 and 315:
Annex D Inhoudsopgave cd Eindrappor
Page 318:
Uitgave van het interdepartementale
show all

Rapport over toekomst verkenningen - Turnaround Communicatie

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?