“De verhaalbaarheid van advocatenhonoraria” - E-thesis
“De verhaalbaarheid van advocatenhonoraria” - E-thesis
“De verhaalbaarheid van advocatenhonoraria” - E-thesis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
a.2 arrest <strong>van</strong> 21 januari/18 februari/2 april/23 april 2009<br />
147. In haar tweede uitspraak hieromtrent, beslist het Grondwettelijk Hof 435 over de<br />
verenigbaarheid <strong>van</strong> het door de wet op de <strong>verhaalbaarheid</strong> ingevoegde artikel 162bis Sv. met<br />
het grondwettelijk gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel. Dit artikel handelt over de<br />
hierboven reeds aangehaalde mogelijkheid tot veroordeling <strong>van</strong> de in het ongelijk gestelde<br />
burgerlijke partij in de rechtsplegingsvergoeding in het geval waar zij de beklaagde<br />
rechtstreeks heeft gedagvaard voor de strafrechter. Met verwijzing naar het verslag <strong>van</strong> de<br />
commissie Justitie 436 oordeelt zij –voorlopig- dat het verschil in behandeling met de partij die<br />
aansluit bij een door het Openbaar Ministerie ingestelde strafvordering, (en niet tot de<br />
betaling <strong>van</strong> de rechtsplegingsvergoeding veroordeeld kan worden) gerechtvaardigd is.<br />
Daarnaast beklemtoont het Hof dat het aan de feitenrechter toekomt om te oordelen over de<br />
grondwettelijkheid <strong>van</strong> het K.B. ter uitvoering <strong>van</strong> de wet op de <strong>verhaalbaarheid</strong> aangezien zij<br />
zich niet bevoegd kan verklaren om de grondwettelijkheid <strong>van</strong> een K.B. zelf te toetsen.<br />
148. In een arrest <strong>van</strong> 18 februari 2009 wordt diezelfde materie <strong>van</strong>uit het oogpunt <strong>van</strong> de<br />
beklaagde bekeken 437 . Is het een gerechtvaardigde situatie dat deze een<br />
rechtsplegingsvergoeding kan krijgen wanneer de burgerlijke partij hem rechtstreeks<br />
gedagvaard heeft (maar wel in het ongelijk wordt gesteld), maar niet wanneer de burgerlijke<br />
partij aansluit bij een door het Openbaar Ministerie ingestelde vordering? Het Hof volhardt en<br />
ziet ook uit dit oogpunt geen schending <strong>van</strong> het gelijkheidsbeginsel, noch <strong>van</strong> het EVRM.<br />
149. Op 2 april werden twee prejudiciële vragen i.v.m. artikel 162bis Sv. samengevoegd in 1<br />
arrest waarbij andermaal de grondwettelijkheid <strong>van</strong> dit artikel werd bevestigd 438 . Datzelfde<br />
artikel werd nogmaals in vraag gesteld in de drie samengevoegde prejudiciële vragen waar het<br />
arrest <strong>van</strong> 23 april 2009 uitsluitsel op geeft 439 . In dit arrest beperkt het Hof zijn onderzoek tot<br />
de hypothese waarin een strafgerecht, dat de beklaagde en diens verzekeraar in solidum heeft<br />
veroordeeld tot het betalen <strong>van</strong> een schadevergoeding, hen niet eveneens in solidum zou<br />
kunnen veroordelen tot betaling <strong>van</strong> de rechtsplegingsvergoeding <strong>van</strong> artikel 1022 Ger.W. Het<br />
Hof stelt vast dat er geen sprake is <strong>van</strong> een verschil in behandeling, en aldus al evenmin <strong>van</strong><br />
435 GwH. 21 januari 2009, BS 20 maart 2009, 23522, JT 2009, afl. 6340, 99.<br />
436 Commissie voor Justitie, verslag over het wetsvoorstel betreffende de <strong>verhaalbaarheid</strong> <strong>van</strong> de erelonen en<br />
kosten verbonden aan de bijstand <strong>van</strong> een advocaat, Parl. St. Kamer 2006-07, nr. 51-2891/2, 6,<br />
http://www.dekamer.be/FLWB/pdf/51/2891/51K2891002.pdf.<br />
437 GwH. 18 februari 2009, ftp://ftp.const-court.be/pub/n/2009/2009-049n.pdf.<br />
438 GwH. 2 april 2009, ftp://ftp.const-court.be/pub/n/2009/2009-066n.pdf.<br />
439 GwH. 23 april 2009, ftp://ftp.const-court.be/pub/n/2009/2009-070n.pdf.<br />
114