“De verhaalbaarheid van advocatenhonoraria” - E-thesis
“De verhaalbaarheid van advocatenhonoraria” - E-thesis
“De verhaalbaarheid van advocatenhonoraria” - E-thesis
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
.2 Visie <strong>van</strong> rechtspraak en rechtsleer<br />
59. Bijzonder veel disparate rechtspraak en rechtsleer heeft zich in het verleden reeds gebogen<br />
over de vraag of, en zo ja, wanneer en in welke mate, de tussenkomst <strong>van</strong> een juridisch<br />
raadsman ‘noodzakelijk’ is om een procedure te voeren. HERMANS 176 maakt een ludieke<br />
bedenking hieromtrent die desalniettemin aanspoort tot bijzondere aandacht;<br />
“Hoe zenuwachtig en onwennig voelt de jonge advocaat-stagiair zich wanneer hij voor het<br />
eerst naar de rechtbank mag (of moet?) om een, overigens door een derde volledig klaar<br />
gemaakt dossier, naar de rol te laten verzenden? En hoe fier voelt hij zich nadien in de rij<br />
<strong>van</strong> de door hem bewonderde advocaten?”<br />
Eerst en vooral is het belangrijk voor ogen te houden dat het niet gaat om een integrale<br />
vergoeding, doch enkel om de vergoeding <strong>van</strong> de noodzakelijke kosten 177 . De benadeelde<br />
moest aldus aan de rechter bewijzen voorleggen die getuigden <strong>van</strong> een hoge graad <strong>van</strong><br />
waarschijnlijkheid teneinde aan te tonen dat de hulp <strong>van</strong> een advocaat noodzakelijk was opdat<br />
hij na een foutieve wanprestatie genoegdoening kon krijgen 178 . De politierechter te Brugge 179<br />
voegde hier aan toe dat de verhouding tussen advocaat en cliënt specifiek is en dat hierdoor de<br />
kosten en het ereloon <strong>van</strong> de advocaat in principe lastens de cliënt moeten blijven. Aangezien<br />
de kosten en het ereloon ‘niet noodzakelijk het gevolg waren’ <strong>van</strong> de onrechtmatige daad,<br />
werd de vordering tot terugbetaling <strong>van</strong> deze kosten als ongegrond afgewezen.<br />
In ieder geval is het aan de rechter om in concreto en soeverein 180 te bepalen welke kosten<br />
noodzakelijk zijn 181 en ook de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> deze kosten beoordeelt hij soeverein.<br />
60. Een handvol rechtsgeleerden was de mening toegedaan dat de noodzakelijkheid reeds<br />
bestond in alle gevallen waar sprake was <strong>van</strong> het inleiden <strong>van</strong> een geding 182 ; ‘welke<br />
rechtszoekende zou zonder de hulp <strong>van</strong> een advocaat een ont<strong>van</strong>kelijke vordering kunnen<br />
176<br />
G. HERMANS, ‘De terugvorderbaarheid <strong>van</strong> advocatenkosten: een schets <strong>van</strong> de standpunten in rechtspraak<br />
en rechtsleer’, in F. EVERS en P. LEFRANC, De <strong>verhaalbaarheid</strong> <strong>van</strong> de kosten <strong>van</strong> verdediging: en wat met de<br />
toegang tot de rechter?, Tegenspraak Cahier 25, Brugge, die Keure, 2005, 102.<br />
177<br />
Zie Cass. 2 september 2004.<br />
178<br />
G. CLOSSET-MARCHAL en J-F. DROOGHENBROECK, ‘La répétibilité des honoraires d’avocat à l’aune<br />
du droit judiciaire’, RGAR 2005, 13945, 18.<br />
179<br />
Pol. Brugge 10 december 2004, onuitgegeven.<br />
180<br />
F. GLANSDORFF en L.-P. MARECHAL, ‘La répétibilité: le point de vue du barreau’, in Déontologie-Les<br />
honoraires-Le devoir de conseil, Editions du Jeune barreau de Liège, 2005, 90.<br />
181<br />
Kh. Tongeren 4 januari 2005, onuitgegeven; Brussel 13 januari 2005, onuitgegeven; Kh. Turnhout 27<br />
september 2004, RW 2004-05, 551; M. GOUDEN en D. PHILIPPE, ‘Les honoraires d’avocat et les frais d’expert<br />
constituent un élement du dommage’; JT 2004, 684 e.v. § 4.1.<br />
182<br />
V. CALLEWAERT en B. DE CONINCK, ‘La répétibilité des frais et honoraires d’avocat après l’arrêt de la<br />
Cour de Cassation du 2 septembre 2004: responsabilité et assurances’, RGAR 2005, 13944, § 1; daarin gevolgd<br />
door Luik 15 december 2005, JLMB 2006, 842.<br />
53