Acute boekje - REP-Online
Acute boekje - REP-Online
Acute boekje - REP-Online
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Bij normale gastheerweerstand en geen kunstmateriaal kan na verwijderen<br />
van een ongetunnelde lijn antibiotica achterwege blijven, alle andere<br />
gevallen behandelen met vancomycine (teicoplanine) 1 g 2 dd. i.v.<br />
Bij behoud ongetunnelde katheter: start vancomycine (teicoplanine) 1 g<br />
2 dd. i.v.<br />
Getunnelde katheter/PortACath kan soms worden behouden als sprake<br />
is van een ongecompliceerde infectie: start vancomycine (teicoplanine) 1 g<br />
2 dd. i.v.<br />
Cave: red mansyndroom bij snel toedienen vancomycine (zeldzaam); geen<br />
beletsel voor (langzamer) continueren van toediening.<br />
• Gramnegatieve bacteriën:<br />
Vaak geassocieerd met gecontamineerd infusaat en immuungecompromitteerde<br />
patiënt met getunnelde katheter/PortACath.<br />
Verwijder (on)getunnelde katheter.<br />
Empirische therapie behoort P. aeruginosa te dekken, m.n. bij neutropenie.<br />
• Candida-spp.:<br />
Antifungale therapie is nodig in alle gevallen.<br />
Verwijder (o)ngetunnelde katheter /PortACath.<br />
Start fluconazol: eerste gift 800 mg i.v. hierna 400 mg 1 dd i.v.<br />
Bij langdurig gebruik van fluconazol of ongevoelige Candidaspp. (C.<br />
krusei) is caspofungine eerste gift 70 mg i.v., waarna 50 mg 1 dd i.v. een<br />
goed alternatief is.<br />
Referenties<br />
• Mermel AL, et al. Guidelines for the management of intravascular catheterrelated infections.<br />
Clin Infect Dis. 2001;32:124972.<br />
• Wout JW van ’t, et al. Nieuwe ontwikkelingen in de antifungale therapie: fluconazol,<br />
itraconazol, voriconazol, caspofungine. Ned Tijdschr Geneeskd. 2004;148:167984.<br />
19.7 Endocarditis<br />
Algemeen<br />
Bij infectieuze endocarditis wordt onderscheid gemaakt tussen een acuut en een<br />
subacuut beloop en tussen een natieve hartklep en een kunstklep. Een acute endocarditis<br />
is fulminant, gaat vaak gepaard met metastatische infectiehaarden en betreft<br />
over het algemeen een natieve klep die met S. aureus (zie § 18.5) is geïnfecteerd.<br />
Subacute endocarditis ontstaat meestal op een al beschadigde hartklep door vergroenende<br />
streptokokken, waarbij het beloop indolent is en metastatische abcessen<br />
zeldzaam zijn.<br />
Anamnese/lichamelijk onderzoek<br />
Acuut vs. subacuut, kunstklep (recent?), klepafwijkingen, i.v.drugsgebruik,<br />
souffle, splinterbloedinkjes, Oslernoduli, Janewaylaesies.<br />
Laboratoriumonderzoek<br />
BSE, Hb, leukocyten en differentiatie, trombocyten, glucose, Na, K, creatinine,<br />
Ca, leverenzymen, bloedgas met lactaat, CRP.<br />
Aanvullend onderzoek<br />
• 3 bloedkweken, bij voorkeur met tussenpozen van 15 min, altijd voordat antibiotica<br />
wordt gestart.<br />
• Xthorax.<br />
• ECG.<br />
• Bij natieve klep: TTE, indien negatief en sterke verdenking ook TEE, bij<br />
kunstklep TEE.<br />
Beleid/behandeling<br />
• <strong>Acute</strong> endocarditis: onmiddellijke behandeling geïndiceerd.<br />
• Subacute endocarditis: in de meeste gevallen kan op resultaten van de bloedkweken<br />
worden gewacht.<br />
• Empirische antibioticakeuze:<br />
Natieve klep, acuut begin en fulminant beloop of i.v.drugsgebruik: flucloxacilline<br />
6 dd 2 g i.v. en gentamicine 1 dd 3 mg/kg.<br />
Natieve klep, subacuut begin en langdurig beloop: benzylpenicilline 6 dd<br />
2 mln. IE en gentamicine 1 dd 3 mg/kg.<br />
Kunstklep: vancomycine 2 dd 15 mg/kg (max. 1 g) en gentamicine 1 dd<br />
3mg/kg.<br />
• Aandachtspunten:<br />
Beleid aanpassen op geleide van kweek.<br />
Kunstklepimplantatie < 23 maanden beschouwen als vroege infectie.<br />
Deze wordt vaak veroorzaakt door coagulasenegatieve stafylokokken. 23<br />
maanden na transplantatie zijn de verwekkers nagenoeg hetzelfde als bij<br />
een natieve klep.<br />
238 ACuTe Boekje INTerNe GeNeeSkuNDe erNSTIGe BACTerIéLe INFeCTIeS<br />
239