Cultuurbeleid in Nederland - OCW - 2002
Cultuurbeleid in Nederland - OCW - 2002
Cultuurbeleid in Nederland - OCW - 2002
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
CULTUURBELEID IN NEDERLAND<br />
van 6 415 miljoen <strong>in</strong> 1995 tot bijna 6 740 miljoen <strong>in</strong> <strong>2002</strong>, een groei die vooral<br />
tijdens het bew<strong>in</strong>d van staatssecretaris Van der Ploeg werd gerealiseerd. Op die<br />
manier stegen de uitgaven voor cultuur als percentage van de netto uitgaven van<br />
het Rijk van 0,62 <strong>in</strong> 1995 tot 0,83, waarmee een fl<strong>in</strong>ke stap werd genomen <strong>in</strong> de<br />
richt<strong>in</strong>g van de ‘één procent voor cultuur’, waarop verschillende politieke groeper<strong>in</strong>gen<br />
bij de behandel<strong>in</strong>g van de Miljoenennota voor <strong>2002</strong> hadden aangedrongen.<br />
Ook groeide het netwerk van belangenorganisaties, overlegstructuren,<br />
fondsen, bemiddel<strong>in</strong>gs- en advies<strong>in</strong>stanties die stuk voor stuk, officieel of <strong>in</strong>formeel<br />
betrokken zijn bij de voorbereid<strong>in</strong>g en uitvoer<strong>in</strong>g van het cultuurbeleid.<br />
S<strong>in</strong>ds 1945 hebben dergelijke <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen zich met een factor zeven vermeerderd;<br />
meer dan de helft werd na 1965 opgericht.<br />
Cultuur en publiek<br />
De benader<strong>in</strong>g van cultuur als bijzonder aandachtspunt bij de opbouw van de<br />
naoorlogse verzorg<strong>in</strong>gsstaat had een aantal onbedoelde effecten. De <strong>in</strong> die jaren<br />
zo krachtig beleden doelstell<strong>in</strong>g van cultuurspreid<strong>in</strong>g ten spijt, verzwakte de<br />
band tussen kunst en publiek. Dankzij subsidies verwierven kunst<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen<br />
een autonome positie. De nieuwe <strong>in</strong>komstenbron veranderde hun oriëntatie <strong>in</strong> de<br />
richt<strong>in</strong>g van de subsidiërende overheid en haar advies<strong>in</strong>stanties – weg van het<br />
brede publiek. Mede daardoor werd de verwacht<strong>in</strong>g dat overheidssteun op<br />
termijn zou leiden tot meer publiek slechts op onderdelen bewaarheid. Voor<br />
musea en bibliotheken bleek zij dikwijls op te gaan, voor de podiumkunsten <strong>in</strong><br />
het algemeen niet. Ondanks het steeds bredere en artistiek meer gevarieerde<br />
aanbod op de podia gaf het publiek de voorkeur aan muziek en drama via de<br />
nieuwe, elektronische media. Daar deed zich een aantal majeure ontwikkel<strong>in</strong>gen<br />
voor. De radio evolueerde van salonmeubel tot gebruiksvoorwerp <strong>in</strong> de slaapkamer,<br />
<strong>in</strong> de auto, op het werk. Het televisieaanbod bond een groot gedeelte van de<br />
bevolk<strong>in</strong>g gedurende enkele uren per dag aan het toestel. De videorecorder<br />
maakte van het televisietoestel niet alleen een ontvangst- maar ook een afspeelapparaat.<br />
En de muziek<strong>in</strong>dustrie ontwikkelde zich <strong>in</strong> de jaren zestig tot een krachtige<br />
bedrijfstak, niet <strong>in</strong> de laatste plaats dankzij de koopkracht van jongeren.<br />
Tw<strong>in</strong>tig jaar later, toen de grammofoonplaat door de compact disc werd vervangen,<br />
zag zij kans haar omzet <strong>in</strong> korte tijd te verdubbelen. Door groei van de koopkracht,<br />
stijg<strong>in</strong>g van het onderwijsniveau en toename van de mobiliteit ontstonden<br />
nieuwe culturele gedragspatronen.<br />
Aan al deze ontwikkel<strong>in</strong>gen heeft de overheid <strong>in</strong> haar cultuurbeleid lange tijd<br />
geen consequenties verbonden. De beleidsdoelstell<strong>in</strong>g die kan worden samengevat<br />
met ‘gesubsidieerde kunstspreid<strong>in</strong>g <strong>in</strong> openbare ruimten’ werd niet bijge-<br />
59