05.05.2013 Views

Chronische zorgbehoeften bij personen met een NAH - KCE

Chronische zorgbehoeften bij personen met een NAH - KCE

Chronische zorgbehoeften bij personen met een NAH - KCE

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

158 <strong>NAH</strong> <strong>KCE</strong> reports 51<br />

De acute fase concentreert zich op het stabiliseren van de toestand van de patiënt en<br />

speelt zich af in de acute ziekenhuizen. In principe wordt de patiënt dan doorverwezen<br />

naar <strong>een</strong> sp-revalidatiedienst of naar <strong>een</strong> gespecialiseerd revalidatiecentrum.<br />

Vanuit dit revalidatiecentrum of sp-<strong>een</strong>heid kunnen de trajecten verschillende vormen<br />

aannemen:<br />

In sommige instellingen worden de patiënten en hun familie/peers bewust en intens<br />

voorbereid naar de thuissituatie. In andere instellingen wordt ontslag naar de<br />

thuissituatie gezien als <strong>een</strong> optie, die wordt ingeschat in functie van de mogelijkheden en<br />

competenties van de omgeving. Sommige gespecialiseerde revalidatiecentra willen <strong>bij</strong><br />

prioriteit werken <strong>met</strong> patiënten waarvan vermoed wordt dat ze gebaat zijn <strong>bij</strong> <strong>een</strong><br />

multidisciplinaire intensieve rehabilitatie. Eén instelling zegt uitdrukkelijk dat ze alle<br />

patiënten opneemt die binnen de doelgroep van <strong>NAH</strong>-patiënten valt, en ziet zichzelf als<br />

<strong>een</strong> noodzakelijk tussenstation tussen de acute en de chronische fase, onafhankelijk van<br />

de conditie van de patiënt. Een ander centrum selecteert specifiek die gevallen waarvan<br />

gehoopt wordt dat kan toegewerkt worden naar de thuissituatie. In andere centra<br />

wordt de revalidatiedoelstelling voor integratie en thuisopvang minder expliciet naar<br />

voor geschoven. Vanuit deze centra wordt vooral <strong>een</strong> behoefte gevoeld om te kunnen<br />

doorverwijzen naar AWIPH/Vlaams Fonds instellingen of naar RVT instellingen. De<br />

keuze om te selecteren in functie van het toewerken naar de thuissituatie houdt<br />

verband <strong>met</strong> <strong>een</strong> visie op revalidatie binnen de instelling.<br />

Bij de doorverwijzing naar AWIPH of Vlaams Fonds (AWIPH/VF)instellingen wordt<br />

expliciet aangegeven dat zich daar echt problemen voordoen en dat het systeem van<br />

wachtlijsten het verhaal soms compliceert. Bovendien worden de AWIPH/VF<br />

instellingen ingeschat als organisaties <strong>met</strong> <strong>een</strong> eigen benadering van handicap, waarin <strong>een</strong><br />

aangepaste begeleiding van <strong>personen</strong> <strong>met</strong> <strong>een</strong> <strong>NAH</strong> niet altijd mogelijk is. Deze stelling<br />

wordt impliciet ook bevestigd door de Vlaams Fonds AWIPH instellingen (zie infra).<br />

Soms gebeurt het dat revalidatie-instellingen naar elkaar doorverwijzen. Dat gebeurt<br />

meestal in situaties waar de familie vraagt naar <strong>een</strong> doorverwijzing, of omdat de<br />

revalidatie in <strong>een</strong> bepaalde instelling niet meer “houdbaar” is voor het personeel. De<br />

praktijk wordt niet in alle instellingen toegejuicht, omdat het vaak om patiënten gaat die<br />

<strong>een</strong> of ander probleem hebben.<br />

RVT instellingen worden gezien als <strong>een</strong> niet altijd geschikte opvangmogelijkheid, of als<br />

<strong>een</strong> mogelijke tussenoplossing voor <strong>een</strong> betere opvangmogelijkheid wordt gevonden.<br />

Maar de feiten wijzen uit dat dit niet altijd mogelijk is en dat <strong>personen</strong> komen “vast te<br />

zitten” in de niet aangepaste systemen.<br />

Doorverwijzen naar de psychiatrische voorzieningen komt voor, zij het dat deze optie<br />

in vergelijking <strong>met</strong> het verleden afneemt, en enkel als <strong>een</strong> “oplossing” wordt gezien voor<br />

extreme gedragsproblemen. Bovendien mag de patiënt niet te complexe (nietgedragsmatige)<br />

zorgnoden hebben. De psychiatrie zal dit type patiënt niet graag<br />

opnemen in geval van zware verpleegtechnische zorgen. Bovendien wordt er aan<br />

getwijfeld binnen bepaalde instellingen of psychiatrische diensten inderdaad <strong>een</strong><br />

geschikte opvang bieden voor deze groep van patiënten. In het geval van extreme<br />

gedragsproblemen opteert men beter voor gespecialiseerde diensten voor<br />

neurologische problemen.<br />

De psychiatrische voorzieningen worden vooral nuttig gezien voor acute opvang van<br />

mensen <strong>met</strong> extreme gedragsproblemen die voor problemen zorgen in de revalidatieinstellingen<br />

(<strong>bij</strong>v mensen die motorisch goed zijn en die agressief gedrag vertonen).<br />

Toch vinden de psychiatrische instelling zichzelf niet als de meest geschikte plaats voor<br />

chronische opvang van <strong>personen</strong> <strong>met</strong> extreme gedragsproblemen.<br />

<strong>Chronische</strong> opvang is de psychiatrie is enkel zinvol voor die <strong>personen</strong> <strong>met</strong> extreme<br />

gedragsproblemen als de zorgvoorziening zich wil specialiseren in <strong>NAH</strong>-aandoeningen.<br />

Algemene psychiatrische diensten worden zelden als <strong>een</strong> goede optie gezien voor<br />

definitieve opvang, omdat ze niet uit zijn op dit type patiënten. In <strong>een</strong> aantal gesprekken<br />

wordt de vergelijking gemaakt <strong>met</strong> psycho-geriatrie, en dat dergelijk model nuttig zou<br />

kunnen zijn voor mensen <strong>met</strong> extreme gedragsstoornissen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!