13.03.2014 Views

Dromen - Jeugdboekenweek

Dromen - Jeugdboekenweek

Dromen - Jeugdboekenweek

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

In september 1827 werd Berlioz in Parijs hopeloos verliefd op de Ierse<br />

actrice Harriet Smithson, die als Ophelia in Hamlet en Juliet in Romeo and<br />

Juliet zijn hoofd op hol had gebracht. Hoewel hij nauwelijks Engels kende<br />

sorteerde de combinatie van de gracieuze toneelspeelster met de<br />

beroemde verzen van Shakespeare een overweldigend effect. Álles stelde<br />

hij in het werk om haar hart te veroveren. Hij bedolf haar onder<br />

bloemen of sprong plots voor haar koets, maar de beroemde actrice zag<br />

de nog jonge, onbekende componist niet eens staan. En dat maakte hem<br />

bij momenten uitzinnig van woede. Maar zijn droomvrouw opgeven<br />

wou hij niet en daarom besloot hij om dan zelf ook maar beroemd te<br />

worden. Hij zou haar met verstomming slaan door de meest fantastische<br />

symfonie schrijven: de Symphonie Fantastique, het muzikale verhaal van zijn<br />

extreme gevoelens voor haar, van passionele liefde tot blinde woede. In<br />

deze vijfdelige, meer dan vijftig minuten durende symfonie stelt hij<br />

Harriet Smithson voor door middel van een idee-fixe, het muzikale<br />

symbool van zijn obsessie dat in het hele werk opduikt en zo ook de<br />

verschillende delen met elkaar verbindt en voor structuur en eenheid<br />

zorgt. Die idee-fixe bestaat uit veertig maten, maar komt vooral in<br />

brokstukken, gevarieerd of vervormd, voor. Om toch niet de minste<br />

twijfel over zijn opzet te laten schreef Berlioz bij zijn symfonie een<br />

uitvoerige programmatische verklaring. Een dergelijke literaire<br />

ondersteuning van een muziekwerk was gebruikelijk in de romantiek –<br />

veel componisten zijn ook literair begaafd –, maar ook zonder die<br />

begeleidende tekst en zonder kennis van de achterliggende liefdeshistorie<br />

is deze inventieve en virtuoos gecomponeerde symfonie na meer<br />

dan 170 jaar stevig overeind gebleven. Berlioz’ inleiding gaat als volgt:<br />

‘Een jonge musicus met een ziekelijke overgevoeligheid en een rijke<br />

verbeeldingskracht vergiftigt zich, in een aanval van liefdeswanhoop, met<br />

opium. De ingenomen dosis, die te zwak is om hem te doden, dompelt<br />

hem in een diepe slaap met hevige dromen en vreemde visioenen,<br />

gedurende welke zijn sensaties, gevoelens en herinneringen zich in zijn<br />

zieke brein omzetten in muzikale gedachten en beelden. De geliefde<br />

vrouw zelf is voor hem een melodie, een steeds terugkerend thema (idee<br />

fixe) geworden, dat hem niet meer loslaat.’<br />

Binnen die opiumdroom heeft het eerste deel ‘Rêveries–Passions’<br />

(Dromerijen–Hartstochten) als titel. De jonge kunstenaar dagdroomt<br />

over de tijd toen hij zijn geliefde nog niet had ontmoet. Maar dan<br />

herinnert hij zich de uitzinnige liefde, zijn jaloerse driftbuien, de tedere<br />

momenten, de angst om verlaten te worden.<br />

In het tweede deel, ‘Le bal’ (‘Een bal’), vindt hij zijn geliefde terug op<br />

een bal, midden in het tumult van een feest. Harpklanken leiden een<br />

wals in.<br />

Het middendeel, ‘Scène aux champs’ (‘Scène op het land’), begint<br />

bucolisch: op een mooie zomeravond hoort de kunstenaar twee herders<br />

een lied spelen, op Engelse hoorn en hobo. Die pastorale stemming<br />

maakt hem rustig tot zijn geliefde hem plots verschijnt. En dan, opnieuw<br />

in de woorden van Berlioz: ‘Zijn hart krimpt ineen; smartelijke voorgevoelens<br />

pijnigen hem. Stel dat zij hem bedriegt! Een van de herders<br />

hervat zijn rustieke lied, de ander antwoordt niet meer. De zon gaat<br />

onder. In de verte gerommel van de donder. Eenzaamheid. Stilte.’<br />

In het vierde deel, ‘Marche au supplice’ (‘De mars naar het schavot’),<br />

droomt de kunstenaar dat hij zijn geliefde heeft gedood en daarom op<br />

het schavot zal worden geëxecuteerd. De optocht naar het schavot, op<br />

een dreigend marsritme, is rumoerig, dan weer statig, tot het rumoer<br />

wegsterft en alleen nog de marcherende stappen te horen zijn. Op het<br />

einde is de idee-fixe te horen, een laatste liefdesgedachte die bruusk<br />

wordt afgebroken door het vallen van de bijl.<br />

Het slotdeel, ‘Songe d’une nuit du Sabbat’ (‘Droom van een heksensabbat’),<br />

lijkt wel de muzikale pendant van een visoen van Jeroen Bosch.<br />

De kunstenaar is op een heksensabbat terechtgekomen en ziet rond zich<br />

gruwelijke wezens als schimmen, heksen en monsters. Terwijl ze te<br />

midden van helse geluiden wachten op zijn begrafenis weerklinkt<br />

Smithsons melodie, maar ditmaal als een banale, groteske dans. Het is<br />

zijn geliefde die op de heksensabbat opduikt en in de duivelse orgie<br />

meedanst. Doodsklokken, een parodie op het ‘Dies Irae’, de heksen<br />

dansen rond het graf.<br />

Eenmaal Berlioz zijn heftige en tegenstrijdige sentimenten voor<br />

Smithson in muziek had neergelegd en verwerkt, verlegden zijn<br />

passionele gevoelens zich al vlug van de actrice naar de jonge pianiste<br />

Camille Moke. Deze beeldschone achttienjarige zou later onder de naam<br />

Camille Pleyel een van de beroemdste pianovirtuozen van de<br />

negentiende eeuw worden. Berlioz had haar leren kennen in de meisjeskostschool<br />

waar ze beiden les gaven, zij piano, hij gitaar. Zijn vriend, de<br />

pianist-componist Ferdinand Hiller, was al op haar verliefd, maar dat kon<br />

geen beletsel zijn. In zijn memoires bekende Berlioz dat Camille hem ‘in<br />

vuur en vlam zette en alle duivels uit de hel in hem wakker riep’. Dat hij<br />

Harriet Smithson in een heksensabbat opvoerde en Camille Moke er van<br />

betichtte dat ze ‘alle duivels uit de hel’ wakker riep, zegt iets over hoe hij<br />

tegen vrouwen als bron van alle kwaad aankeek. Zoals zoveel mannen<br />

die een moeizame relatie met hun moeder met zich meesleepten had hij<br />

het moeilijk met vrouwen.<br />

Na de succesvolle creatie van zijn Symhonie Fantastique op 5 december 1830<br />

kon hij het zich veroorloven om zich te verloven met Camille, weliswaar<br />

nadat hij haar moeder had moeten beloven tot Pasen 1832 te wachten<br />

om met haar te trouwen. Camilles moeder was een harde zakenvrouw<br />

die in Parijs een lingeriewinkel had geopend nadat haar Belgische (!)<br />

echtgenoot hun hele kapitaal had vergooid. Ze wilde voor haar dochter<br />

de beste partij en hield Berlioz achter de hand, terwijl ze uitkeek naar<br />

nóg beter. En beter was inderdaad de drieënvijftigjarige rijke pianobouwer<br />

Pleyel. De piano was hét instrument van de negentiende eeuw<br />

en pianofirma’s als Pleyel en Érard konden de vraag nauwelijks volgen.<br />

Goed gezien dus van Camilles moeder, die, terwijl Berlioz op concertreis<br />

in Italië was, haar dochter uithuwelijkte aan Pleyel. De bedrogen<br />

componist moest het in Italië stellen met een laconiek briefje. Zijn<br />

reactie was typisch voor Berlioz: ‘Twee tranen van woede sprongen in<br />

mijn ogen, en mijn besluit stond onmiddellijk vast. Ik moest meteen<br />

naar Parijs, waar ik zonder mededogen twee schuldige vrouwen en een<br />

onschuldige man moest doden.’ Maar eenmaal in Nice gearriveerd was<br />

hij gekalmeerd en liet hij zijn moordplannen varen.<br />

Gelouterd door zijn avontuur met Camille Moke realiseerde hij zich dat<br />

Harriet Smithson de enige ware was en weer begaf hij zich op het<br />

veroveringspad. Op 9 december 1832 organiseerde hij in Parijs een<br />

uitvoering van de Symphonie Fantastique, waarop hij haar inviteerde. Hij<br />

hoopte dat het haar dan zou dagen dat zij het onderwerp van de<br />

symfonie was. En zijn plan slaagde. In zijn Memoires rapporteerde hij: ‘De<br />

symfonie heeft een verpletterende uitwerking. Dit succes, het hartstochtelijk<br />

karakter van het werk, de brandende melodieën, de liefdeskreten,<br />

de vlagen van razernij, de heftige geluidstrillingen, van zo nabij,<br />

van een dergelijk orkest, moesten wel een even diepe als onverwachte<br />

indruk maken op haar nerveuze inborst en haar dichterlijke verbeelding<br />

– en dat deden ze ook. Toen, diep in haar hart verzuchtte ze heimelijk:<br />

"Stel dat hij mij nog steeds beminde!"’ Maar zelfs na die fantastische<br />

liefdesverklaring was miss Smithson nog niet helemaal over de streep.<br />

De steeds hopelozer wordende Berlioz zag nog maar één middel: haar<br />

van zijn liefde overtuigen door in haar bijzijn vergif te slikken. In een<br />

brief aan een vriend bracht hij nadien verslag uit: ‘Vreselijke kreten van<br />

Henrietta… Verheven vertwijfeling!… Wreed gelach van mijn kant!…<br />

Verlangen weer te leven bij het horen van haar heftige liefdesverklaringen!…<br />

Braakmiddel!… Twee uur lang vomeren!… Slechts twee<br />

korrels opium bleven achter; ik was drie dagen ziek, maar ik heb het<br />

overleefd.’ Tegen zoveel hardnekkigheid kon Harriet niet op en eindelijk<br />

gaf ze haar jawoord. Op 3 oktober 1833 trouwden ze, met Franz Liszt als<br />

een van de getuigen. Maar al vlug bleek hun huwelijk een mesalliance.<br />

Harriets ster als actrice taande, haar schoonheid verbleekte en ze zocht<br />

11

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!