13.03.2014 Views

Dromen - Jeugdboekenweek

Dromen - Jeugdboekenweek

Dromen - Jeugdboekenweek

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Een schat roept bij de meeste kinderen onmiddellijk duidelijke fantasiebeelden<br />

op. Laat ze die beelden op groot formaat schilderen. Pas als het<br />

schilderij klaar is vertelt ieder aan de rest van de klas wat zijn/haar schat<br />

voorstelt. Je kunt de tekst er eventueel op een aparte strook bij schrijven.<br />

Schatkistjes maken hoort er ook bij. Laat de kinderen een mooi doosje<br />

meebrengen of knutsel zelf mooie doosjes ineen. Elk kind heeft thuis<br />

wel een aantal voorwerpen die hij/zij als ‘schat’ apart houdt. Misschien<br />

willen ze die wel meebrengen om in het schatkistje te stoppen. Je kunt<br />

ook op schattenjacht gaan in de schoolbuurt. De doosjes raken<br />

gegarandeerd snel vol: een knoop, een sleutel, een steentje met een<br />

aparte vorm, een geldstuk, een plukje haar, een touwtje…<br />

Terug in de klas kan er bij elk van die voorwerpen zeker een leuk<br />

fantasieverhaal bedacht worden. Aan welke jas heeft die knoop ooit<br />

vastgezeten? Op welke deur past die sleutel?<br />

Werken met het hele boek<br />

Zorg voor een exemplaar dat de kinderen individueel kunnen lezen.<br />

Misschien wil iemand wel weten of Sil die schat nu echt vindt.<br />

Dit verhaal (AVI 1) kan door kinderen uit een eerste klas op dit tijdstip<br />

in het schooljaar zonder veel moeite zelfstandig gelezen worden.<br />

Wanneer vooraf de nieuwsgierigheid werd gewekt, is dit een ideaal<br />

boekje om zelf in stilte in weg te duiken.<br />

Andere boeken van Elle van Lieshout en Erik van Os<br />

O, mijn lieve, lieve Lien, Zwijsen, 1999<br />

Kijk mijn ogen, Kimio, 1999<br />

Vang dat kind, Zwijsen, 1999<br />

Wat goed van Saar, Kimio, 2000<br />

Illustraties van Annemie Heymans<br />

Roberto Piumini, Matthijs en z’n opa, Querido, 1994<br />

Jaak Dreesen, Marieke, Marieke, Averbode, 1997<br />

Peter Van Gestel, Mariken, Fontein, 1998<br />

Jaak Dreesen, Mijn beer, Averbode, 1999<br />

Andere boeken van Annemie Heymans<br />

Vier tantes in een slootje, Zwijsen, 1997<br />

Rommelkruid en nagelgruis, Zwijsen, 1997<br />

Niet leuk voor Sjaantje, Zwijsen, 1999<br />

Boek 5<br />

Een fee en een reus in de lucht<br />

Brigitte Minne, ill. Anne Westerduin<br />

Clavis, 1994, p. 5-11<br />

Over de auteur<br />

Brigitte Minne werd op 16 oktober 1962 geboren in Brugge. Haar<br />

voorliefdes zijn: Karel, Liesbet en Jasper, de dieren om en in haar huis,<br />

rode oortjes-boeken, mooie kindertelevisie, film en hutsepot. Haar<br />

spookbeelden zijn: oorlog, geweld en honger. Bekroningen: De Prijs<br />

Beste Jeugdboek van de stad Beringen, de prijs van de Kinder- en Jeugdjury<br />

Vlaanderen (2x) en de prijs van de Kinder- en Jeugdjury Limburg.<br />

Ze werkt mee aan tijdschriften, tv, theater en film. Daarnaast schrijft ze<br />

ook boeken voor kinderen en jongeren. Ze hecht veel belang aan hun<br />

mening. Brigitte Minne schrijft op een openhartige wijze over delicate<br />

onderwerpen als ouderdom, dood, prostitutie en euthanasie. In haar<br />

jeugdromans gaat het vaak om jongeren die op zoek zijn naar zichzelf en<br />

in moeilijke situaties verkeren. De eerste liefde is erg belangrijk voor de<br />

jonge hoofdpersonen, evenals de hulp van begrijpende volwassenen.<br />

Naast haar tienerromans schrijft ze ook boekjes voor beginnende lezers.<br />

Over de illustrator<br />

Anne Westerduin volgde een opleiding plastische kunsten te Brussel.<br />

Bij het maken van illustraties laat ze zich vooral inspireren door de sfeer<br />

die het verhaal uitstraalt. Ze schetst een globaal beeld, waarop ze details<br />

invult. Deze details bepalen uiteindelijk het beeld. Ze doet dus meer dan<br />

een plaatje maken bij een verhaal. Haar stijl is in de loop der jaren<br />

opmerkelijk geëvolueerd. Ideeën haalt Anne Westerduin uit de wereld<br />

waarin ze rondloopt. ‘Oren en ogen openhouden.’ En ‘mensjes bekijken’:<br />

dat is haar advies.<br />

Over het boek<br />

In dit eenvoudige verhaal spelen fantasiedromen de hoofdrol. Bas kijkt<br />

naar de lucht en ziet daarin beelden die de meeste volwassenen blijkbaar<br />

niet zien. Maar er is ook nog Fiel. Dat is zijn buur en gelukkig beschikt<br />

die over meer fantasie. Samen zien ze de gekste figuren in de wolken.<br />

Een fee en een reus in de lucht behoort tot de serie ‘bas en fiel’. Deze bestaat uit<br />

zes leesboekjes die door beginnende lezers, na acht weken<br />

leesonderwijs, zelfstandig gelezen kunnen worden.<br />

Werken met het fragment<br />

Fantaseren bij voorbijtrekkende wolken is een heerlijke bezigheid! Kies<br />

een mooie, bewolkte dag uit en ga met de klas languit op een grasveldje<br />

liggen. Kijk naar de voorbijdrijvende wolken en laat de fantasie maar<br />

opborrelen.<br />

Ook vlekken kunnen inspirerend zijn. Neem een vloeibare kleurstof<br />

(ecoline, sterk verdunde plakkaatverf of inkt) en laat de kinderen met<br />

dikke borstels royaal spatten maken op een groot blad papier. Laat alles<br />

goed drogen en dan is het tijd om te kijken en te fantaseren. Wanneer de<br />

kinderen een vorm ontdekken in een vlek, kunnen ze de contouren<br />

omlijnen met fijne stiften of potloden (of er zaken aan toevoegen) zodat<br />

het figuurtje voor iedereen herkenbaar wordt. Door een scheutje<br />

detergent aan de verf toe te voegen, kun je ook spatten op vellen plastic<br />

(de zeep ontvet). Het droogproces gaat wel veel langzamer. Met speciale<br />

Eerste leerjaar – 43

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!