Dromen - Jeugdboekenweek
Dromen - Jeugdboekenweek
Dromen - Jeugdboekenweek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Spel<br />
De kinderen nemen een droom in gedachten en beginnen hem op te<br />
schrijven, op een teken van de leerkracht wisselen ze de dromen uit en<br />
de kinderen proberen hun eigen droom verder te koppelen aan de<br />
nieuwe droom. Het wisselen kan meerdere keren gebeuren.<br />
de gang… dan een kamer… Kijk rond… naar de meubels, het behang,<br />
schilderijen, de lampen, hoe het was als de gordijnen dichtgingen…<br />
De geuren… uit de tuin… uit de keuken… De geluiden… een fietsbel…<br />
de deurbel… muziek… verhalen… liedjes… als je in bed lag de<br />
stemmen van de anderen die nog op waren… Je speelgoed… je<br />
knuffel… Je ziet de mensen… Je vader… je moeder, oma, tante, broer,<br />
neefje. Iemand doet iets…je doet zelf iets…’<br />
Voor je met het fragment start, kun je de film bekijken.<br />
Het fragment<br />
De kinderen lezen het fragment stil. Bij een tweede lezing strepen ze aan<br />
wat echt gebeurd kan zijn. Ze vergelijken de resultaten en praten erover.<br />
Twee kinderen lezen het verhaal voor. De anderen tekenen ondertussen<br />
een portret van grandmère.<br />
Na het lezen<br />
De kinderen geven hun mening over het fragment, hoe is de sfeer?<br />
De volgende vragen bieden de mogelijkheid dieper op de inhoud in te<br />
gaan.<br />
Welke mensen zou je rangschikken bij de nachtmerries, de grauwe<br />
dromen, de verrukkelijke dromen? De kinderen noteren individueel.<br />
Heb je er voor elke soort minstens één?<br />
Weet je meestal wat je gedroomd hebt?<br />
Kunnen dromen je humeur beïnvloeden?<br />
Waarom zou grootvader de mensen om hem heen willen dromen? Wie<br />
zou jij nu om je heen willen?<br />
Er is een verschil tussen opa en Jacob in het denken over mensen die<br />
doodgaan. Hoe ziet opa het? En Jacob? Hoe zou dat komen? Voor Jacob<br />
is het denken aan de dood van zijn ouders een ........ .Voor opa is het<br />
denken aan grandmère een ........... . Begrijp jij dat je dankbaar en blij<br />
kunt zijn over mensen die dood zijn? Heb jij zo iemand die alleen een<br />
verrukkelijke droom is gebleven?<br />
Jacob zou het liefst onmiddellijk zijn ouders zien. ‘Was hij maar thuis’,<br />
duidt op welk gevoel?<br />
Kon grootvader het leven van grandmère zien als een mooie droom toen<br />
ze echt doodging? En nu? Wat betekent dat? Waarin vindt hij troost? Opa<br />
en grandmère moeten erg veel van elkaar gehouden hebben, opa zegt<br />
dat heel mooi.<br />
Denk aan iemand van wie je erg veel houdt: welke geur, welke bloem,<br />
welke kleur en welke muziek passen bij die persoon? De kinderen<br />
kunnen het schrijven en/of tekenen.<br />
Heb jij ook wel eens enge gedachten als je gaat slapen, wanneer is dat en<br />
wat doe je om ze te verdrijven?<br />
Verwerking<br />
Als de kinderen voldoende beelden hebben mogen ze beginnen<br />
schrijven. ‘Ik sta... ik zit... in de tuin... in een kamer. Het is licht... de zon<br />
schijnt... Ik ruik...’<br />
De begeleidende stem valt weg en de kinderen schrijven verder. Wie<br />
klaar is kan een tweede herinnering nemen, erover tekenen of rustig een<br />
boek lezen. Het moet rustig blijven tot iedereen klaar is. Wie dan wil<br />
mag zijn herinnering voorlezen.<br />
Verhalenjacht<br />
Oude mensen herinneren zich dingen van heel lang geleden vaak het<br />
best. De kinderen zoeken een foto van heel lang geleden en vragen aan<br />
oma of opa om te vertellen over de dag dat die foto genomen werd.<br />
Of ze vragen om te vertellen over een ingrijpende gebeurtenis uit hun<br />
kinderjaren.<br />
Ze kunnen aan hun ouders vragen om te vertellen over de dag van hun<br />
geboorte. Al deze verhalen kunnen geregistreerd worden met een<br />
cassetterecorder. Ze worden achteraf uitgeschreven en kunnen gebundeld<br />
worden onder de titel: ‘Ik droomde dat ik op jacht was naar oude<br />
verhalen…’<br />
Andere boeken van Sjoerd Kuyper<br />
De rode zwaan, Leopold, 1996<br />
De schoolstrijd, Leopold, 1997<br />
Robin en Knor, Leopold, 1997<br />
Robin en God, Leopold, 1997<br />
Ik word wel koningin, Leopold, 1997<br />
Aardbeien op brood, Leopold, 1998<br />
Alleen mijn verhalen nam ik mee, Leopold, 1998<br />
De piemelgniep, Leopold, 1998<br />
Malmok, Leopold, 1998<br />
Robin en opa, Leopold, 1998<br />
Robin en Sinterklaas, Leopold, 1998<br />
Robin op school, Leopold, 1999<br />
Het boek van Josje, Leopold, 1999<br />
De prinses op het hek, Zwijsen, 1999<br />
Het poezenvarken, Leopold, 2000<br />
Robin en Knor in de winter, Leopold, 2000<br />
Robins zomer, Leopold, 2000<br />
In het diepe, Zwijsen, 2000<br />
Herinneringen lijken heel erg op dromen, sommige details zijn vergeten,<br />
andere krijgen een grotere betekenis dan ze oorspronkelijk hadden.<br />
Door middel van een geleide brainstorm gaan de kinderen terug naar<br />
toen ze vier jaar waren. De kinderen zitten met de handen voor de ogen.<br />
De leerkracht roept op rustige toon beelden op uit die tijd.<br />
‘Je bent vier jaar… Je zweeft boven het huis waar je toen woonde… Voel<br />
de lucht, het weer, de wolken. Nu daal je… misschien op straat, of in de<br />
tuin, of in het huis. Je staat in de tuin… op een balkon… een trap…<br />
Zesde leerjaar – 103